PAG. 24 - AJAX CLUBNIEUWS WAT IS ER MET AJAX 2 GEBEURD? 1 0 1 1 1 1 1 1 1 1 0 1 0 H V V 0 n Van den rechtervleugel af inloopend lost Volkers 'n mooien schuiver die via de paal uit gaat. Toen volgden echter weer felle aanvallen van de Spartanen en kregen Diepenbeek, Bonneveld en v. Kol druk werk, waarbij de laatste eens fraai de meerdere van 3 Spartanen bleef. Onder aanhoudenden druk van Sparta komt het einde van de eerste helft. Na de rust bleek het dat Sparta in de eerste helft te veel van haar krachten had gevergd. Nadat de eerste tien minuten nog van gelijk opgaanden strijd gesproken kon worden zakten de Spartanen steeds meer af en de periodes dat de bal op de Sparta helft bleef werden steeds langduriger. Het overwicht kwam echter niet in doelpunten tot uiting. Piet v. Reenen had intusschen van een zijner bewakers 'n trap opgeloopen, die hem het spelen bemoeilijkte en de rest van de voorhoede slaagde er niet in het tot 'n goed schot te brengen. 15 minuten voor het einde geschiedde het malheur, dat Sparta op goedkoope wijze den gelijkmaker ver schafte. Bonneveld liet 'n onbeteekenende roller loopen in de meening dat de bal uit zou gaan en tot groote schrik van al wat Ajax was verdween de bal in onzen uitersten doelhoek. Dat gaf de Sparta menschen weer zooveel energie dat we zelfs nog blij mogen zijn in de laatste minuten niet geklopt te zijn geworden. Dat scheelde werkelijk zeer weinig, toen Oostlander een voorzet van de Jong ineens opving en tegen den onderkant van onze lat joeg, wederom stond Diepenbeek klaar om den terug* stuitende bal met 'n fikschen omhaal weer het veld in te zenden. Toen scheidsrechter Aerts ten slotte het einde aan kondigde hadden we 'n spannende 2 X 45 minuten op Spangen doorgebracht. Intusschen behooren we weer tot het leidend peleton dat in onze afdeeling nogal ruim gedimensioneerd is en met de wetenschap in ons hart dat de onzen veel beter kunnen zien we wederom met vertrouwen de Ajax voetbal toekomst tegemoet. doel verl. punt. v. t. 0 4 10-3 1 4 9-5 0 4 7-5 0 4 9-7 0 4 7-6 1 3 7-8 1 3 5-10 2 2 12-10 2 2 9-9 3 0 5-17 Dat is een vraag welke bij vele zoo niet alle toe* schouwers opgekomen zal zijn die op Zondag 27 September den wedstrijd Ajax 2E.D.O. 2 bijwoonden. Toegegeven dat elk elftal zoo goed speelt als de tegenpartij toelaat en hier gaan onze gedachten naar E.D.O. reserves die 'n knappe technische partij voetbal speelden, vrij van grofheden. Doch 'n tegenpartij met 'n dergelijk speltype, „ligt" onze elftallen juist 't meest en dies hadden we ook juist daarom beter spel verwacht. Het falen was op sommige plaatsen individueel, doch daarnaast faalde ook de ploeg in haar geheel. Juist het samenspel en positie kiezen, dat bij onze reserves altijd beter verzorgd was dan bij onze tegenstanders, liet ons nu volkomen in den steek. Feitelijk waren alleen Windt, die vooral door z'n tactisch opstellen opviel, en Vunderink, volkomen Ajax 2 fahig, al dient daarnaast ook het werk van Landsaat onder de lat en Heins in de voorhoede genoemd te worden. De aanval bestond uit 'n aantal losse eenheden, die meestal op zich zelf en enkele malen met z'n tweëen optrokken, doch nimmer hun kracht zochten in 'n goed georganiseerd gemeenschappelijk offensief. Kortom het vlotte soepele samenspel, het in elkaar grijpen van de linies onderling, dus juist datgene wat de wedstrijden van onze reserves de laatste jaren zoo aantrekkelijk maakte, ontbrak. De meest gevaarlijke situatie kreeg het E.D.O. doel juist in de eerste minuten te doorstaan, toen een verre trap van Windt bij Heins belandde en deze onverwachts en raak op doel schoot. De Haarlemsche doelman wist echter het leder zoodanig van richting te veranderen dat het juist langs het doel vlak rolde en 'n corner opleverde. Kort hierna kwam het eenige doelpunt van den wed* strijd. Bij een aanval over den linkervleugel kon Landsaat slechts ten koste van 'n corner afweeren. De hoekschop passeerde geheel ons doel en werd toen door de rechts* buiten op fraaie wijze ingekopt. Het lichte veldoverwicht, dat onze reserves hierna verkregen, leverde geen resultaat op. De E.D.O. doelman wist de overigens ook niet zeer gevaarlijke schoten steeds uit den doelmond te grabbelen. Na de rust was het spelbeeld niet veel anders dan er voor. Ajax over 't algemeen iets meer in den aanval, doch de E.D.O. voorhoede gevaarlijker dank zij haar goed spelende centervoor die keurig het spel verdeelde. De meest critieke situatie, welke de Haarlemsche doelman te bezweren kreeg ontstond uit 'n vrije schop wegens gevaarlijk spel, binnen het strafschop gebied gegeven. Martens bracht de bal aan het rollen en de direct gesp. gew. gelijk West*Frisia 3 2 K. F. C. 3 2 Stormvogels 3 2 Ajax 3 2 't Gooi 3 2 Hermes*D.V.S. 3 Sparta 3 H. B. S. 3 R. C. H. 3

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1931 | | pagina 4