CLUBNIEUWS DER A. F. C. AJAX
„DE ALGEMEENE"
et Ajax parlement is weer bij elkaar ge
weest. Voorzitter Schoevaart heeft de
leden wee.r toegesproken, medailles uitge
reikt, Koolhaas las z'n schitterend ver
zorgd jaarverslag voor gevolgd door 'n
indrukwekkende cijferrede van Jan Oud-
heusden.
De Heer Grootmeyer vroeg na het voorlezen van
Koolhaas' verslag het woord en hield 'n zeer merk
waardige rede.
Hoewel de cijfers eerder 't tegendeel bewezen, moes
ten de in het Stadion gespeelde thuiswedstrijden als
oorzaken gelden dat Ajax geen kampioen van ^Neder
land geworden was. Dat probeerde de Heer G. ten
minste zich zelf en anderen wijs te maken, hetgeen
waarschijnlijk alleen ten opzichte van de eerste instantie
gelukte.
Ondergeteekende werd er van beticht" het clubblad
te gebruiken om „Stemming" te maken. Als het waar is
zouden we ons dus toch nog niet geheel vrij gemaakt
hebben van het voorbeeld door onzen voorganger
gegeven, daar in de vroegere clubblad-jaargangen in
derdaad merkwaardige stukjes proza te dien opzichte te
vinden zijn.
Een kapitale fout was het volgens den Heer Groot-
meijer dat in het Jubileumnummer de Eere-leden als
Holst, van der Lee enz. onvermeld waren gebleven.
Wij moesten hier even aan den Franschman Talleyrand
denken volgens wien„Het woord den mensch gegeven
is om zijn gedachten te verbergen"
Hier bedoelde de Heer G. waarschijnlijk waarom
hij zelf J. J. Grootmeyer niet met foto's en schrift
herdacht was in de jubileumuitgave
Laten we den Heer G. gerust stellen: We hebben
hem niet vergeten, integendeel, doch het beste wat we
ten opzichte van hem doen konden en wat ook
in zijn belang was, was: Zwijgen.
Het verwijt op zich zelf was trouwens reeds onjuist.
In het voorwoord van het jubileumnummer hadden
we uitdrukkelijk gezegd niet in herhalingen te willen
vervallen van het vijf jaar vroeger verschenen jubileum
nummer en daarin waren alle eere-leden gememoreerd.
Ook in 't algemeen gesproken bleken we zóó weinig
geschiktheid te hebben voor 't redigeeren van een
clubblad dat we ons reeds bij de Commissie voor ar
beid voor onvolwaardigen aangemeld zouden hebben,
ware het niet dat de Algemeene Vergadering ons bij
acclamatie weer in de redactiecommissie koosl
Nóg een helder moment deed de Heer G. opmerken
dat zoo nu en dan versch bloed in het Bestuur zeer
gewenscht is. Jammer dat de spreker gedurende zijn
11-jarige bestuurderschap nooit op dat snuggere idee
is gekomenl
Het finantieel verslag van den len Penningmeester
werd even onderbroken toen bij de voorlezing van de
secretariaats-kosten, de Heer Egeman vroeg of hij
dat zeer lage cijfer juist gehoord had daar bij den
voorganger van den tegenwoordigen functionares bij
de onkosten-rekening steeds veel hoogere cijfers ver
nomen werden.
De Heer Grootmeyer vroeg nog inlichtingen over
de onkosten-cijfers „Toer" en Clubblad waarna over
gegaan werd tot punt 8Verkiezing le Voorzitter.
De voorzitterskwestie werd vlug opgelost.
In de laatst gehouden bestuursvergadering was men
er met man en macht in geslaagd onzen huidigen
voorzitter te bewegen zijn bedanken alsnog in te trekken.
De candidaten Egeman, Koolhaas en M. Smit had
den zich spontaan teruggetrokken en restte ter verga
dering niet anders als F. Schoevaart, aftredend en
J. Grootmeijer als tegencandidaat.
Laatstgenoemde verklaarde eveneens van meening te
zijn dat Schoevaart de right man on the right place was en
trok z'n candidatuur in. Bescheidenheidshalve verklaarde
de heer Grootmeyer de candidatuur in eerste instantie
aangenomen te hebben wijl hem de andere candi
daten minder geschikt schenen! De heeren Koolhaas,
M. Smit en W. F. Egeman minder' geschikt!
Laatstgenoemde was notabene 13 jaar achtereen Ajax'
voorzitter, en is destijds als zoodanig menigmaal doof
J. G. bewierookt.
Als men echter weet dat Egeman destijds z'n functie
verliet omdat hij niet accoord kon gaan met 's heeren
Grootmeyers secretariaatskosten, dan wordt de situatie
wel wat begrijpelijker.
De heer Wesling betreurde Grootmeyers bedanken
als candidaat Voorzitter en wilde denzelfden heer can-
didaat stellen als 2e Secretaris, wat reglementair onmo
gelijk was daar ondergeteekende reeds bij enkele
candidaatstelling gekozen was.
Vanzelfsprekend wilden we onder gegeven omstan
digheden van onze reglementaire rechten geen gebruik
maken en stelden de vergadering in de gelegenheid te
bepalen of zij mij al dan niet in de bestuursfunctie
wilde handhaven.