17' CLUBNIEUWS DER A. F. C. AJAX J 128 Afbrekend. Verdediging. De vleugelhalf houdt speciaal het oog op den bin- nenspeler van de tegenpartij en belet hem den bal te bemachtigen- door geplaatste ballen te onderscheppen. Degene die den bal in zijn bezit heeft, heeft de beste kans, zoo het plan moet, dezen te beletten den bal in bedwang te krijgen. Wanneer bij het doel, ruim op naar de buitenspelers of trap uit, koppen is goud waard, doch drijven moet nagelaten worden. Een goede pas naar een voorspeler verdrijft het gevaar. De vleugelhalf moet den buitenspeler dekken- bij het ingooien door de tegenpartij. In een volgend artikel zal ik 't meer speciaal over het werk van den centerhalf hebben. EEN VACANTIE IN ENGELAND, NDERTUSSCHEN was onze vacantie voor de helft achter den rug en werd het tijd aan de terugreis te denken. De Zon dagmorgen werd benut tot het maken van een wandeling langs den zeeboule vard, welke begint bij Teignmouth en loopt langs de badplaatsen Cullercoats, Whitleybay, Monksedton. Eerlijk moeten wij zeggen, dat ze ons niet meevielen, alles steen en rotsen, ternauwernood een strookje strand; toch moeten jaarlijks duizenden naar deze plaatsen gaan, als men het aantal hotels en logeer- inrichtingen ziet. Maandagmorgen nog steeds schitterend warm weer en waren wij weer op de terugreis naar Barnsley. Wij zouden hier eenige dagen blijven en wij hadden nu de gelegenheid deze stad eens goed op te nemen, daar tot nu toe vrijwel al onze vorige bezoeken slechts „nacht bezoeken" geweest waren. Barnsley is een mijnstad met een bevolking van on geveer 60.000 zielen, bovendien getuigen de vele fa brieken van een belangrijke textielindustrie. De straten zijn zeer heuvelachtig en het verkeersprobleem eischt ook hier vele afbraken van huizen voor het maken van nieuwe straten. Er is groote werkeloosheid door de ma laise in den steenkolenhandel en dit slaat natuurlijk te rug op het geheele economische leven van de stad. Tot de slachtoffers behoort ook de Barnsley F. C. Hoewel nooit rijk gezegend geweest zijnde met geldmiddelen, maakt de club nu zeer zware tijden door. Eigenaardig is, dat in Yorkshire veel meer rugby (waarover nader) gespeeld wordt. Barnsley is omringd door plaatsen, waar rugby bloeit, alléén in Barnsley kan rugby geen vasten voet krijgen, hoewel het herhaaldelijk geprobeerd is. Maar hierdoor kan Barnsley alleen maar rekenen op den steun van z'n eigen inwoners en deze laat, zooals gezegd, deels door de slechte tijden, te wenschen over. Een professional club als Barnsley moet, wil zij zich kunnen bedruipen, kunnen rekenen, dat een 25 a 30.000 menschen de wedstrijden bezoeken. Bij Barnsley is men reeds tevreden, wanneer men er 10.000 krijgt. In den gouden tijd van de cupsuccessen was dat anders. Op den dag, dat Barnsley in het Crystal Palace speelde, wordt verteld, dat alleen de gebrekkigen en zij, die bo ven de 80 waren, in Barnsley achtergebleven waren. In de Bestuurskamer ziet men de chèque van 2500 in een lijst, Barnsley's gedeelte van de ontvangsten der cupmatches. Maar kapitaalreserves konden niet worden gemaakt, ondanks de voor dien tijd groote bedragen, welke ontvangen werden door den verkoop van spelers. De geheele halflinie, Glendenning, Boyle en Utley, ging voor 1000 per man. Steeds waren er tekorten, maar met wat men noemt „Yorkshire grit" wilden de directeuren niet het hoofd in den schoot leggen en de club opheffen. Steeds gaven zij uit eigen zak, wanneer er tekort kwam. Barnsley staat als een bolwerk van ons Association voetbal. Men moet bewondering hebben voor Mr. J. S. Rose, voorzitter van de club reeds 21 jaar lang, industrieel, gewezen burgemeester van Barnsley, die ondanks zijn bijna 60 jaren vol enthousiasme is voor het spel en nog een ding hoopt te beleven: Barnsley in de eerste Divisie. Over de 8000 schuld, welke de club heeft en waar hij en zijn medebestuurders garant voor zijn, geen woord! Maandagavond 6 uur had Barnsley een uitwedstrijd tegen Oldham Athletic in Oldham, even buiten Man chester. Oldham was zeer goed begonnen en had nog geen enkelen wedstrijd verloren. Om half twee kwamen de spelers, in totaal 12, de manager, trainer, twee directeuren en ondergeteekende te zamen op Oakwell, zooals de grond van Barnsley genoemd wordt. Een groote char-a bancs stond klaar; een ieder kon gemakkelijk zitten, hetwelk wel noodig was, daar de tocht minstens 3 uur zou nemen. Het spreekt vanzelf, dat elke speler op tijd was, overal orde V

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1930 | | pagina 6