\r CLUBNIEUWS DER A. F. C. AJAX gaandeweg, zoodat Piet van Deyck, Wim Smit, Ingenbleek en Müller ieder voor een goed doel punt konden zorgen. Vooral Smit's goal was een voorbeeld van hersenwerk in het doelgebied, een briljant doelpunt, dat luide werd toegejuicht vanaf de reeds dichtbezette tribunes. Wesling, the good old Panny heeft ons door zijn werken in verrukking gebracht. Piet van Deyck en de tweede Piet, n.l. Vunderink, hebben ook heel goed gespeeld. Deze officieuse kennismaking eindigt dus on beslist, daar iedere partij eenmaal heeft gewon nen. Het tweede gaat nu nog een beetje bekeren en wij hopen dat de jongelui er niet zoo gauw uitgebekerd zullen worden. Nog even doorzetten jongelui, nog een paar weken en het uitstekende seizoen van het eerste en het tweede kan afge sloten worden. Hopenlijk zal deze kroniek schrijver dan kunnen eindigen met een eind- goed al-goed! J. J. G. I KAMPIOENSPUREE. j De Kampioenspuree die ik op de Paaschdagen voorgezet kreeg en die me, waarschijnlijk met alle Ajacieden, een beetje zwaar op de maag ligt, werd als van ouds voorafgegaan door een best verteerbaar voorgerecht, n.l. de schoolwed- strijden, door den A.V.B. uitgeschreven. Ik was er in jaren niet geweest. In vroeger jaren, n.l. in den tijd van Waterschoot van der Gracht, later in de dagen van Geelkerken, ach, toen hadden de leiders aan drie of vier terreinen genoeg. Wel is de belangstelling voor deze wedstrijden toegenomen. Zestien velden zijn dagen achter elkaar noodig om den honderden spelers gelegen heid te geven zich te meten en ik heb respect voor vader Bon met zijn helpers Katoen en Broeksmit, ik heb eerbied voor zijn assistenten de commissarissen, die hun tijd, hun werkkracht geven om de schoolwedstrijden te laten slagen. Tot dusverre zijn ze driedubbel geslaagd. Ik heb weer eens genoten van deze wedstrijden, die je doen mijmeren over den tijd dat onze 33 goeie Kooiman voor jaren her, met schoolboys als Joop Martens, Vunderink, Couzy, Hulsman, Geudeker e.a. kwam aandravenKooiman, die wist en nog weet dat de toekomst van ons in de jeugd ligt. Toe, Kooi, kijk nog eens uit naar wat veelbelovend jong goed. Wel is Ajax groot, maar zonder versch bloed kan Ajax al evenmin als welke club dan ook. Zelf had ik het genoegen twee matches, twee heel goede matches te leiden. En zeer toeval lig trad mij beide malen als captain van het overwinnend elftal een Ajax-speler tegemoet. Eerst als captain van de H.B.S. met 5-jarige cursus de jongste Bakker van onze juniores en den volgenden dag als captain van de zegevie rende le Openbare Handelsschool Moschheuvel, die als linksbuiten ]bij Ajax II tegen Feyenoord II fungeerde. Bakker noch Moschheuvel zag ik eerder in het Ajax-shirt, doch dat weet ik reeds bij voor baat, dat we van beide jongelingen nog heel veel plezier kunnen beleven. En als de gespierde Bakker zijn gevaarlijke glij-attaques nalaat, zal zijn spel daardoor zeker winnen, 't Voetbalspel is geen sulpartij Bakker, houdt mij dit ten goede! Behalve het om de veertien dagen in elkaar zetten van deze courant en het neerpennen van een of meer artikelen voor derzelver inhoud, vervul ik geen functies meer in het actieve Ajax-leven. Dies bleef ik van den wedstrijd FeyenoordAjax maagdelijk, m.a.w. heb ik evenals velen uwer slechts eenmaal het leed van een nederlaag medegemaakt, n.l. dat na afloop van onzen home-match. Ik heb me dus maar niet te sappel gemaakt dat ik den eersten dag den hockey-bal in plaats van den voetbal heb zien rollen, vooral omdat de bladen in geuren en kleuren het nieuws brachten. Maar ik maak me sterk dat velen uwer al even teleurstellend naar den uitslag zullen gekeken hebben als ik Zondagmiddag om 4 uur voor een sigarenwin kel in plan-„Zuid". Enfin, merkte een van de omstanders op: „Morrege krijge ze toch van

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1928 | | pagina 3