Piet, mijn knecht en trouwe dier.aar,
Zoek eens even naar dat pak,
Naar dat pak met kleine boekjes,
Op den bodem van de zak.
We zijn nu tech thans aan het deelen,
Deel ze uit met kwistig hand;
Pet is het boek voor iederen sportsman,
Pen boek waar je van watertandt.
Piet:
Met is gebeurd Sint;
Al mijn boekjes ben ik kwijt,
Mijn last is heel wat minder,
Voorwaar geen kleinigheid.
Maar weet je Sint wie we vergeten,
Iets waar ik geen gat in zie,
Met één wedstrijd slechts gewonnen,
Het eens geduchte Ajax drie.
Sint Nicolaas:
Jammer, ja hoe vreeselijk jammer,
Ajax 3 thans onderaan;
Eens het teajm der zeer gevrecsden,
't Welk moeilijk was te verslaan.
Lui van 't derde, luister even;
Ons aller oog ziet op U neer,
Onderaan, dat is onmogelijk,
Voor Rood en Witten uit de Meer,
Trainen lui, allen gezamenlijk,
Denk aan de woorden „eendracht maakt
macht";
Stipt allen deez' raad opvolgen,
Dat is 't geen wat ik verwacht;
Want Gij spelers hebt te zorgen,
Dat het kwade wordt gekeerd,
En dat Uw team gaat overwinnen,
Dat Ajax 3 niet degradeert.
Piet:
Zeg baas, hoor eens even,
Luister wat ik daar juist hoor,
Al zitten ze ook heel zacht te praten,
't Kon niet ontgaan mijn scherp oor.
Er zijn hier lui die willen maken
Een zwemclub, sapperloot.
Ze gaan dan zeker afstand zwemmen,
Om het veld heen, in de sloot.
Sint Nicolaas:
Kom, kom Piet, niet zoo somber,
Je hebt mis verstaan,
Aan cricket en honkbal,
Daar wordt aan gedaan.
Dat zijn de spelen
Van een echt Ajacied;
Maar hoe weinig menschen,
Die je 't nog spelen ziet.
Piet:
Ja, ja, dat vind ik zonde,
Een jammer voor 't Bestuur,
Dat alles toch beschikbaar stelt,
Gereed staat ieder uur.
Sint Nicolaas:
Heel goed gezien Piet;
Maar 't wordt 'wel beter,
Al is de doorsnee Ajacied,
Een „beter-weter".
Piet:
Ja, maar goeie beste baas,
Hoe wou je dat mijen,
Negen van de tien voetballers
Gebruiken den zomer toch om te vrijen.
Sint Nicolaas:
Kom, kom Piet, je drijft over,
Zoo erg is het nu weer niet,
Soms is 't gewoon weg treurig
Zooals jij de dingen ziet.
Maar Pieterman hoor deze woorden,
De tijd, ze vliegt snel heen;
Daarom zal 't niet lang meer duren,
Of ook daarin is Ajax één.
Dan zult ge hooren, brave menschen,
Wat Ajax-lui hebben gedaan,
Gebracht, hun club, met eerlijk strijden,
Als Sportclub bovenaan.
Piet:
Heel goed baas, dat is werk,
Maar houdt thans op met lezen,
We hebben meer te doen,
