r CLUBNIEUWS DER A. F. C. AJAX Copie voor het volgend nummer moet uiterlijk Dindag 3 Januari vóór 4 uur n.m, in bezit van de Redactie zijn. 146 ST. NICOLAAS-AVOND. Het was weer heel druk Op Sint zijn verjaardag, Zooals 't op een feestdag moet zijn, Met Dames en Heeren. Ja, veel lieve Dames, Trouwens dat lag in de lijn. De Sint was nog wit, Zijn knecht was iets zwarter, De zak was weer vol met geschenken, Want Zijn Eerwaarde Moet zoowel echte, als „Blue Band" Spelers gedenken. De kinderen kregen „taai-taai", De heeren toen toeters, En de dames keurige hoedjes; En de kinderen aten, De heeren zij bliezen, En de dames trokken schalksche snoetjes. Men ging toen dansen, Er kwam nog een jury, Wier werk was te appreciëeren. Maar ach, 't viel tegen, Want van de finale Viel nou totaal niets te leeren. De spelers van 't eerste, Die moesten naar huis; Captain Joop stond den scepter te zwaaien, Want één zoo'n avond, En 't is gebeurd: Je Kampioenschap is naar de haaien! Maar de andere luidjes, Die bleven nog fijn Een uurtje of wat bij elkander. Men lachte en danste En zingen deed men Het eene lied na het ander. Zoo verliep deze avond, In 't kort verteld. 'k Heb me naar huis laten rijden, Want allen gelijk haast Gingen we weg, De trap af, de rest met z'n beiden. AJAX—D.F.C. Naar aanleiding van het versje, 1.1. Zondag in Dordrecht uitgegeven door de Supporters-vereeniging der D.F.C., heb ik eenigszins gewijzigd dit vers overgenomen, als herinnering aan dezen wedstrijd. Komt Ajacieden, pakt terdege aan, Heden, dat weet je, zal het er om gaan! Vecht voor de eer nu van je oude vlag, Maakt het voor Rood-en-Wit 'n groote dag! Ajax dat gaat nooit verloren, Ajax gaat weer bovenaan! Laat de vlaggen nu maar wapp'ren, Laat de klokken nu maar slaan. Wij deelen wel en wee, Maar zingt nu met ons mee: Het allerlaatste stuk, Dan gaan we recht door zee: Rood-Witte jongens, laat je nou niet slaan, De oude club staat heden bovenaan, 't Kampioenschap verwachten we weer, Vooruit dan luidjes, jongens uit de Meer! JACK. DANKBETUIGING. Daar het mij onmogelijk is alle Adspiranten, Juniores, werkende leden en bestuurderen persoonlijk te bedanken voor het aardige cadeau, mij door tusschenkomst van Sint, Vrijdag 1.1. aangeboden, ter herinnering aan mijn tienden internationalen wedstrijd, meende ik door middel van ons clubblad hiertoe te moeten overgaan. Zij, die er aan bijgedragen hebben, kan ik de verzeke ring geven, dat het cadeau voor mij steeds een prettige herinnering zal zijn aan het gezellige clubleven der A.F.C. „Ajax". DOLF VAN KOL. JAN BECKER. Zaterdagmiddag was ik even in de gelegenheid onzen sympathieken keeper van het tweede elftal te bezoeken. Gelukkig knapt Jan weer wat op en zal hij weldra uit bed mogen. Zijn adres is: Jacob van Campenstraat 62; dit voor de Ajacieden, die eens een babbeltje bij hem willen gaan maken; het geeft hem weer een beetje afleiding. DON CLUWOS. Eenmaal in de van Campenstraat aangeland, ben ik nummer 145 even binnengewipt om Cluwen het cadeautje van Sint te overhandigen. Hoewel het vervelend voor hem was, dat hij niet de Sint geweest was, vond hij de kleine attentie van de Clubavond-commissie erg leuk. Ook bij dezen enthousiasten Ajacied is weer beterschap te bespeuren, de overwinning op D.F.C. heeft hem na tuurlijk een heel eind opgeknapt, hè Jo! FRANS SCHOEVAART. Toen onze Voorzitter Zondag 1.1. ons eerste elftal naar D.F.C. wilde; vergezellen, had hij het ongeluk met zijn oog in een scherp voorwerp te vallen, zoodat direct de hulp van een oogarts moest worden ingeroepen. Hoewel het zich eerst erg liet aanzien, is er gelukkig een kleine verbetering ingetreden. Frans, spoedige beterschap toegewenscht. M. J. K.

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1927 | | pagina 12