[r~ CLUBNIEUWS DER A. F. C. AJAX 126 de heeren Mr. M. H. de Boer, Ir. J. V7. Kips, C. A. W. Hirschman, L. F. Verwoerd en J. J. Grootmeijer, die in hoofdtrekken een regeling heeft ontworpen tot het leiden van het beroeps- spel in het algemeen. Het bleek der Commissie duidelijk, dat de N. V. B. van stonde af aan de leiding van het beroepsspel in handen moest nemen en het on toelaatbaar zou zijn als naast den N.V.B. zich misschien een bloeiende Beroepsvoetbalbond zou ontwikkelen. Reeds eerder had het N. V. B.-bestuur een beginselverklaring aangenomen, waarbij het amateurspel den grondslag van den Bond zou vormen en alleen het beroepsvoetbal zou toe gelaten worden als men dit dienstbaar kon maken aan het amateurspel. Met andere woorden als de amateurclubs zouden kunnen profiteeren van de baten van het beroepsspel, zou men het laatste gaarne erkennen en regelen. Een gezonde op vatting die ieder voetbalspeler, ieder amateur, zal huldigen. De Commissie overhandigde de Algemeene Vergadering van den N. V. B. een rapport, waar in het geheele beroepsspel, mocht dit laatste toe gang tot den N. V. B. vragen, was gereglemen teerd en waarin de verhouding van het beroeps- voetbalwezen tot den N. V. B., de vorm van organisatie van beroepsclubs, de verhouding der spelers tot N. V. B. en tot hun clubs enz. in het algemeen was neergelegd. Bijzonder duidelijk was het rapport waar het gold: ,,De bescherming van de amateurclubs tegen mogelijk nadeelige invloeden van het be roepsspel." Men behoefde de vruchten van het werk der Commissie echter niet te plukken, daar de lei ders van het beroepsvoetbal na inzage van boven staand rapport vleugellam bleken en niets meer van zich lieten hooren. De tweede acte van het beroepsvoetbal speelt enkele maanden geleden. Opnieuw doken in de pers geruchten op over invoering van het beroeps spel, thans met enkele details, o.m. werden enkele namen genoemd van z.g. technici, terwijl even eens de naam van de combinatie genoemd werd. Voor de tweede maal maakten de leiders een fout, door niet openlijk voor het front te komen en blijkbaar eerst een paar stroopoppen in de tirailleurslinie plaatsten. Een accountant zond men naar Praag om de regeling van het beroeps voetbal in Tsecho-Slowakije te bestudeeren, het geen weggegooid geld was, daar natuurlijk geen Tsechische club te vinden zal zijn die zonder meer haar boeken en bescheiden gaat openleggen Men trachtte verder bij den N. V. B. mildere bepalingen te krijgen dan die, welke de Com missie voor het Beroepsvoetbal had voorgesteld en de N. V. B. beantwoordde het verzoek met een tegenverzoek, n.l. om onomwonden de namen van hen te noemen, die zich met de leiding zou den belasten. In dit stadium bevindt zich thans de tweede acte!! Van verschillende zijden is in de laatste weken betoogd dat ook deze pogingen reeds in eerste instantie zullen mislukken en dat het spel hier in Nederland slechts een armzalig bestaan kan lijden, doch de herhaalde berichten die de ronde doen leveren het bewijs, dat de Bond en de clubs terdege op hun qui-vive moeten zijn. Uit den opzet, zooals men zich die tenminste in bedoelde kringen denkt, blijkt dat er, al is het voor een deel, levensvatbaarheid in de organisatie zit. En als dat, nu nog kleine deel, zich gaat ontwikke len, kan het voor de amateurclubs meer gevaar opleveren dan men zich in onze kringen wel voorstelt. Wij kunnen het eens zijn, dat in andere lan den het beroepsspel een fiasco geworden is, doch voor ons is het geen bewijs dat het in Nederland ook niet zou lukken. Hier past alle noodige voorzichtigheid! Een voornaam punt is om alles wat in onze club, in onze organisatie, riekt naar het doel der beroepsclubs, in den kiem te smoren. Het moet niet toelaatbaar geacht worden dat personen, die zich direct of indirect met de leiding van het beroepsvoetbal inlaten, lid van Ajax zijn. Reeds nam onze Algemeene Vergadering een besluit aan, waarbij het Ajax-bestuur wordt opgedragen

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1927 | | pagina 2