CLUBNIEUWS DER A. F. C. AJAX Steunt het Olympisch Comité 1928 j Elftallen voor September 77 Wat is gevaarlijk spel? Ja, dat is moeilijk te omschrij ven. De regel, die hierop van toepassing is, heeft niet alleen ten doel de tegenstanders, maar ook den speler tegen zichzelf te beschermen. Een speler, die den bal laag bij den grond kopt of een hoogen bal trapt, maakt zich als er spelers van de tegenpartij in de onmiddellijke nabijheid zijn, aan gevaarlijk spel schuldig. Ook het op trekken van de knie, of wild met zijn ellebogen heen en weer slaan, geldt eveneens als een overdadig gebruik maken van lichaamskracht, als gevaarlijk spel. Ten slotte moet het zich op den bal laten vallen, als daardoor een opeenhooping van spelers kan ontstaan, onder dezelfcje rubriek gerangschikt worden. Je ziet uit al deze voorbeelden, dat een speler ge vaarlijk voor zichzelf en voor een ander kan spelen. Intusschen is dat een punt, waarover nogal eens ver schil van meening bestaat. B.v. de bekende scheidsrech ter Groothof, bijgenaamd „de spelregel professor", vindt dat een speler, die gevaarlijk voor zichzelf speelt, daarin volkomen vrij is en ziet dan ook voor den scheidsrech ter geen reden van ingrijpen daarin. Als men dat consequent door wil voeren (aldus Groot hof), zou men om dezelfde reden een speler, die een hartziekte heeft, het spelen moeten ontzeggen. Intusschen heb ik in m'n langjarige praktijk waargenomen, dat de meeste referee's het niet met den heer Groothof eens zijn en b.v. spelers, die den bal laag bij den grond kop pen, straffen. Ik vind dat daarvoor toch wel wat te zeg gen is, want als een speler gevaarlijk voor zichzelf speelt, zal hij allicht een ander daardoor hinderen. Als Rutte b.v. een bal wil trappen die ongeveer 50 c.M. boven den grond zweeft en een speler Üer tegenpartij kopt het leder weg, dan zal Rutte allicht niet door trappen. In een dergelijk geval komt dus een speler der tegen partij niet in het bezit van den bal door gevaarlijk spel van de tegenpartij. Eén ding is echter eigenaardig en dat is, dat het straf fen voor gevaarlijk spel over het algemeen niet op doel- verdedigers toegepast wordt en juist die kunnen er dik wijls wat mee! Maarik heb het al eerder gezegd, Jan is een bijzonder mensch! De groeten van je vriend DEKLAT. De Elftallencommissie A stelde voor September de drie volgende eerste elftallen vast: le ELFTAL H. F, Anderiessen, W. G. Anderiessen, J. de Boer Jr., E. Hamel, W. Iseger, A. H. van Kol, J. H. Martens, F. R. Rutte, H. F. Twelker, C. E. de Vlieger, W. F. Volkers. 2e ELFTAL J. Becker, C. H. W. de Bois, W. L. Hangard, H, J. ten Have, W. J. Ingenbleek, C. E. Jurriaans, H. Otten, P. Vunderink, J. H. Wiegel, A. H. van Westerloo, A. F. Wheeler. 3e ELFTAL L. H. Arens, W. de Boer, F. H. W. de Bruyn, P. v. Deyck, H. Geestman, A. Heins, A. v. Klaar- bergen, J. Kuipers, J. A. Lindeman, J. D. Provily, W. Smit. BRAVO JUNIORES! j Onze Juniores eerste prijswinners in het V.V.A.- tournooi. De fraaie zilveren Gilette-Beker voor dit jaar ons eigendom. Zooals reeds uit den „kop" van dit artikeltje blijkt, hebben onze Juniores een flink stuk werk geleverd. Vooral daarom verdienen zij een woord van hulde, om dat ze in alle opzichten blijk hebben gegeven hun taak als voetballers-leden van Ajax ernstig op te vatten. Niet alleen in het tournooi zelf, doch ook daarvóór, is er ernstig en goed geoefend en wanneer ook de oefen wedstrijden plaats vonden, op Zaterdagmiddag, Ko ninginnedag of op Zondagen, steeds gaven ze hun vrijen tijd om te bereiken, dat een zoo sterk mogelijk elftal in het veld zou worden gebracht. Voor een niet gering deel is de goede voorbereiding dan ook de grondslag voor het succes geweest, op den afgeloopen Zondag behaald. Wat de wedstrijden zelf betreft, zal ik het kort ma ken. De eerste kamp ging tegen Blauw-Wit, dat het zelfde elftal in 't veld bracht, waartegen wij het vorige seizoen tweemaal verloren. Een tactische fout was oor zaak, dat wij 10 minuten voor het einde een 01 achter stand te boeken kregen. Onze boys lieten echter den moed niet zakken; er werden nog enkele schepjes op gegooid en 3 min. vóór tijd scoorde Tonny Meijer op fraaie wijze den gelijkmaker. Als het laatste fluitsignaal geklonken heeft, is de stand nog zqodat een ver lenging van 2X5 min. gegeven wordt om alsnog een

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1926 | | pagina 7