^3 No. 4 DINSDAG 27 APRIL 1926 9de JAARGANG. 411Is>7»lIHMJ I DE TERMINUS-COMPETITIE. i!i TIT A Er was eens een tijd het is al lang geleden dat de dagbladpers haar taak zóó opvatte, dat zij de sport en dus de sportvereenigingen steunde. Als een club dan iets organiseerde, dat sportieve beteekenis had, dan werkten de dagbladen mede, vestigden daarop de aan dacht van hun belangstellende lezers en toonden daar door hun goede gezindheid om een sportieven opzet te doen slagen. Tegenwoordig is dat anders. Men discht den lezers ellenlange beschouwingen op over buitenlandsch voetbal, doch hetgeen de Nederlandsche clubs onder nemen, dat wat velen duizenden landgenooten belang in boezemt, wordt stelselmatig genegeerd en bijna moed willig tegengewerkt. Dat de betreffende sportredacties ons daarmede geen dienst bewijzen is toch wel het algemeene inzicht, doch daaraan moeten wij wennen. In- tusschen blijkt de belangstelling voor de Terminus competitie nog ruimschoots voldoende en zij zal heusch wel stijgen, als de beslissende wedstrijden komen. We hebben de kranten gelukkig niet noodig; haar invloed schijnt wel zeer afgenomen te zijn, hetgeen in de gegeven omstandigheden wel niemand verbazen zal. Intusschen is vooral de opmerking, dat hier uitslui tend geldelijke oogmerken nagestreefd worden, bepaald belachelijk. In welk opzicht deze wedstrijden afwijken van eiken anderen wedstrijd is ons een raadsel en kan niemand volhouden. Integendeel, zij staan hooger, door dat hier nog een percentage aan liefdadige doeleinden afgedragen zal worden. Wanneer de tegenwerking van deze persbroeders dan ook tot een geringer bezoek mocht leiden, dan zijn in de eerste plaats de noodlijden den, voor wie een deel der recettes bestemd is, de dupe daarvan. Intusschen mogen we niet generaliseeren en niet van de pers in het algemeen spreken. Want aan de redacties der dagbladen werken sportjournalisten mede, die heusch wel anders zouden willen en de sportpers toont in elk geval een heel wat juister begrip van haar taak. Dit moge b.v. blijken uit hetgeen de uitstekende Rotterdam- sche correspondent van „D e S p o r t", „Jan van Buiten", (een oude bekende uit den glorietijd van „Het Sportblad") schrijft. Ook de beoordeeling van 't spel van Ajax zal onzen lezers belang inboezemen en daarom laten we hier een en ander uit het artikel van den Rotterdamschen sportjournalist volgen: „Toen ik in de afgeloopen week in Rotterda mwas werd ik aangenaam verrast door de affiche, die ons een voet balwedstrijd aankondigde tusschen Sparta en Ajax, voor de Terminus-competitie; Een kolfje naar mijn hand, want ik ben altijd nogal op Ajax gesteld en ik prijs de Ter minus-competitie, welke mij in de gelegenheid kwam stellen om na langen tijd de goedspelende Amsterdam mers weer eens in actie te zien. Ik heb gehoord, dat die Terminus-competitie bij tal van eerbiedwaardige man nen in een slecht blaadje stond. Vol verachting trekt men er zijn neus voor op en met afgrijzen veronderstelt men,

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1926 | | pagina 1