U
No. 16
WOENSDAG 15 OCTOBER 1924
7de JAARGANG.
't Bracht al dadelijk de stemming eruit!
Twaalf uur was afgesproken bijeen te komen
en om half een stonden we nog aan den Over
toom.
Toch was de zaak zoo klaar als een klontje.
Een auto voor twintig personen heeft nu een
maal niet meer dan twintig plaatsen en hoe
je nu staat te rekenen en of je het nu al zonde
vindt van het geld er een tweeden wagen bij
te nemen, ontkomen doe je er toch niet aan.
(Het Bestuur had voor dezen wedstrijd één
groote auto voor 23 personen gecharteerd,
hetgeen ons voldoende voorkomt. Red.)
Hein Delsen maakte een pracht van een
bluf en Koolhaas hakte de knoop door. Maar al
was de stemming voor een brokske bedorven,
de heerlijke zomerdag en het besef dat dui
zenden Amsterdammers met ons mee trok
ken en mee leefden in den zwaren kamp, die
wij strijden gingen tegen de Stormvogels
bracht de barometer weer op peil.
Na een heerlijken tocht, hoewel reizen per
spoor rustiger is en meer aan te bevelen vóór
een wedstrijd, kwamen wij op het, midden
tusschen de duinen gelegen, terrein van de
Stormvogels aan en vol goeden moed en wil
gingen wij het veld in.
De ingewijde bemerkte ras, dat het een har
de partij zou worden. De kampioenen hebben
een elftal dat niet alleen uitstekend voetbal
speelt, maar dat bovendien geweldig zwoegt
van het begin tot het einde, 't Werd een
titanenstrijd, waarvan langen tijd niet viel te
zeggen hoe hij zou afloopen.
Wij namen de leiding door Wim Volkers na
vlot samenspel in onze voorhoede, maar nog
voor de rust bracht Sint de partijen op gelij
ken voet. In de tweede helft .waren wij ge-
ruimen tijd in de minderheid en twee doel
punten waren er het gevolg van. Een paar
gloeiende kogels uit onze voorhoede verdienden
beter lot dan tegen paal en lat te komen en ook
had Van der Wint niet over pech te klagen. We
verloren met 31 en hoewel de Stormvogels
de overwinning eerlijk verdiend hebben door