Vr
CLUBNIEUWS DER A. F. C. AJAX
39
Zie Buyeii b.v. als een hinde langs het lijntje
treinen, vooral als ie. de wind mee heeft Ln
geniet van het kostelijke spelverdeelen van
Fanny Bill, met oi zonder z'n Turscke toover-
schot. Smul van de tactische taainagel Win-
tershoven, en genotter van de naar-ceu-nieu-
vven-stijl-zoekenden Roodenburg. Z'n vrije
tiappen zijn als staai-pillen en schroeien het
zijnet. Look naar de Munnik, die notabene al
tijd een dreg bij zich draagt ora vijandelijke
halfs en backs, die hij en-passant in de sloot
werkt, weer op het drooge te brengen. Zijn
z'n voorzetten niet als een Giiette zoo scherp,
en zuiverder dan natuurboter. En „Kippie" is
het geen reus? Z'n beenen komen maar net
tot aan den grond, maar doet hij er geen won
deren mee? Laveert hij soms niet als een
passagierende matroos? En Öudheusden, legt
hij soms geen gewicht in de schaal? Voedt hij
niet als een min van twintig lentes, en span
ker t hij niet als een Trakhener? En Dr. Kee-
sing, is 't geen onoverkomelijk .struikelblok?
Z'n knieën zijn loopgraaf^en-prikkeldraad-ver-
sperring tegelijk, en z'n ouderwetsche punters
doen aan het jaartal 16C0 denken. Om niet te
spreken van Ziegeler, die minstens een dupli
caat van de Boer is. Twintig keer „Histo
risch" hebben ze, in z'n schitterende voetbal
loopbaan de palen aan diggelen geschoten,
maar dacht ie, dat ie „vischte". Niks hoor,
hij is nog zoo maagdelijk als de madeliefjes,
die onder het net bevallig hun kopje omhoog
steken.
Mijnheer, het Ajax-veteranen-elftal is in- één
woord subliem, en als U maar iets, zoo'n sik
kepitje, zoo'n ietsje voor „de ruggegraat van
Ajax" ovelde, boodt U dien „sterren" minstens
een fijn diner aan. Maar natuurlijk, IJzit vol
smoesjes, de Belasting, dure dit, en dure dat,
etc. etc. Spaar ons die vlucht-heuveltjes Mijn
heer, lieg maar niet verder. U zwamt ons te
veel, en dat diner zullen we zelf wel in orde
maken, we zijn Corinthians.
Want een vroolijken avond moeten we
hebben, niet luidjes, zijne we kampioen of
zijne we geen kampioen? We hebben ge
draafd als hobbel-paarden, gezwoegd en ge
ploeterd als lastdieren, modder en koeien-
uche-uche getrotseerd, maar nu we in de oase,
die kampioenschap heet, zijn aangekomen,
willen we toch even gezamenlijk, gezellig uit
rusten. En we vertrouwen, dat vele Rood-Wit
Oudgedienden mee aan zullen zitten, om nog
eens genoegelijk over den goeden., ouden tijd
te boomen. De Heeren Roodenburg en
de Munnik zullen plaats en datum etc. etc.
vaststellen, en gaarne vernemen, op welke
„Oud-strijders" ze kunnen rekenen, 't Komt
„dik" in orde.
Veteranen, het was „glanzend",
'k Grijp onmiddellijk m'n lier,
Heldendaden te bezingen,
Doet m'n dichter-hart plezier,
Ave-Caeser, oude schutters,
Doft je kalen kruintjes op,
Bedekt ze, daar ik geen laurier heb,
Met een groenen tak klimop.
V e te rane n, 1* uigbehaar den,
Een Rood-Wit Eere-Comité,
Bieden de Ajax-Qudgedienden,
Een zalig copieus Diner,
En een gggrrroote Onbekende,
Geeft een okshoofdweet ik veel,
We tafelen, drie volle nachten,
In het Ajax-1 ucht-kasteel.
Daar, waar nu de ratten stoeien.
Op het nidden-Dam- terrein,
Komt het team in brons en marmer,
Het moet iets „groszertigs" zijn,
En Colijn, anders zoo zuinig,
Die heef tin de soos gezeid,
..••Zulke „Triomphatoren" scheld ik,
Eeuwighun belasting kwijt.
Slaven dragen gouden schotels,
Soep van krokodillen-staart.
Beren, leeuw- en tijger-lappen,
Goddelijke Nijldal-taart,
Maagden vullen onze roemers,
Methoe heet dat goedje toch,
Rrrrrny.daar ratelde de wekker.
Jammer, droomen zijn bedrog.
TRIC-TRAC.