'V
iwJlai-WiMirfl
No. 20.
DONDERDAG 15 NOVEMBER 1923
6de JAARGANG.
X.
Het tooneel stelt mijn huiskamer voor. Het
stuk speelt op Maandagavond. Het is negen
uur, ongeveer de tijd, waarop de gedienstige
ons gelukkig komt maken met het Algemeen
Handelsblad, welks gretig gelezen posteditie
voor ons de schakel vormt tusschen de Meie
rij en het overige deel van den aardknikker
Al het nieuws is oud: roof, moord, verdeeld
heid, werkstaking, speech PangKwaree en
meer walgelijks. Dan komt de spurtOok
al van die frissche mededeelingen! Scheids
rechters gelyncht (al bleef het bij de poging),
spelers bij hoopjes het veld uitgezonden we
gens wangedrag, verbod om te voetballen op
Zondag ergens in 'n negentienderangs negorij,
omdat de naaktheid van bloote knie en hals
sommige fijne christelijke luyden aan 't blo
zen deed slaan.
Nou, nou, we gaan er op vooruit!
Dan laat ik mijn Handelsblad van ergernis
op den bodem zinken
En kijk eenigszins ontdaan de hulpe mijns
levens aan!!
„Wat nu weer", vraagt deze, ook 'n tikje
van streek.
„Gewoon bar", breng ik uit.
„Revolutie in Duitschland", raadt mijn liefde,
aan gene zijde des huiselijken haards, en ze
houdt op met haar borduur-toeren
„Gewoon bar", repeteer ik overtuigd.
„Troelstra Kabinetsformateur
„Koolhaas minister van voetbal?" vraagt de
vrouw dan lachend.
„Neen", zeg ik. „Veel erger! Ajax weer
door zoo'n Overgangertje gekielhaald! Ge
woon bar! Nu weer door 't Gooi!"
En in diep peinzen blijf ik verzonken, zie in
eens uit tijden van glorie, de geweldige
Meersche ploeg voor me, bezig den zooveel-
sten tegenstander te verpletteren.
Ajax, de Poelier, die alles slachtte. En on
genaakbaar was! Ajax, de schaar der dapp're
Meersche helden, onze trots, ons grootsch
bezit!
En ik bloos als ik aan mijn clublied denk,
dat nu wel 'n beetje hoogdravend, verwaten
aandoet!
jax onmachtig tegen de Overgangertjes
Waar blijft ïu 't effect van den Ajax-marsch",
meen ik teg- n de betere helft, die tot herstel
van evenwicht 'n kopje thee heeft geschonken.
Troosteloo' hap ik in 'n Verkade's biskwietje!
,,'n Juichtoon"Vol sarcasme klinkt 't me
tegen!
Je bent geen cent beter dan de rest", meent
tenslotte mijn wettige echtgenoote
„Je staart je, als vanouds, blind op het eerste
elftal. Je vergeet, dat er nog een Ajax II, III,
tJt I Brieven uit de Meijerij I j
Het lied van Ajaxl
Juichtoon