Van onze Enquête-Commissie j tjt
K.
Zondagmiddag Ajaxtien Middenweg
Zesentachtig"
j\
CLUBNIEUWS DER A. F. C. AJAX
Bij Ajax IVAjax V zal zonder en met een
goed scheidsrechter niet worden gesmeten. Mocht
de correspondent denken dat uit dezen wedstrijd
eenig venijnige copij te halen valt, dan vergist
hij zich. Voor ruw spel moet hij maar ergens
anders omkijken. Het Ajax-spel leent zich daar
nu eenmaal niet voor! J. J. G.
Voorgesteld als adsp. lid:
J. Burger, Lod. Tripstraat 26 door Koolhaas en
ondergeteekende.
J. G. Hamerling, Hasebroekstraat 88ii door
het Bestuur.
L Koppen, Commelinstr. 45 door Koppen en
Marsfeldei*.
J. J. GROOTMEIJER,
Secr. Enq Commissie.
E 'h
Bericht van de Hlftallencommissie E E
De Commissie maakt elftalspelers, er nogmaals
op attent dat ieder speler moet uitkomen voor
het elftal, waarvoor hij een aanschrijving ontvangt.
De Commissie zal die spelers, die hieraan niet
voldoen, tot royement bij het Bestuur voordragen,
welke voordracht door het Ajax-Bestuur zal
worden overgenomen.
7L E Verzoek van den A.V.B.-secretaris i 7^
Eenige onzer leden hebben het secretariaat van
den A.V.B. opgebeld om inlichtingen in zake
wedstrijdprogramma e. d. De Heer Mulder deelt
mede dat het niet geoorloofd is hem telefonisch
op te roepen, waarvan een ieder nota gelieve 'te
nemen. Voor inlichtingen wende men zich tot
het secretariaat der vereeniging en niet tot het
secretariaat van den A.V.B.
Mf j Levens-trageöie i
Zaterdagavond tegen twaalfen
Zeg, jongen lief, wat is dat een genötje,
Dat jij nu morgen niet te voetbaltrappen hoeft,
Zooiets is je in lang niet overkomen,
Dat geeft ten minste voor een keer weer „Luft".
Dat toujours draven achter die stomme bal an
Is me allang een doorn in het oog.
Het leven geeft ons vrouwen al genoeg misère,
'kWou dat de heele Ajaxkliek de lucht in vloog.
We drinken morgen nu gezellig samen koffie
En kleeden Pietje als een heertje aan.
Dan gaan we fijn bij o.poe even babb'leu,
Dat was zoo afgesproken met m'n zuster Jaan.
'Zoo tegen vieren dan wand'len we weer huistoe,
Met eten wordt 't dan ook eens niet zoo laat,
Je zult eens zien hoe de menschen rqe bewondren
Omdat m'n hoed me zoo in-beeldig staat.
,,Hij" luistert, stil, gelaten, naar 't babb'len
van z'n vrouw,
Peinst over voetbalmiddag, die hij zoo missen zou.
Plots Wat kan dat nu wezen - klinkt
rinkelend en schel
In 't midde'rnachtelijk ure, doordringend luid
de bel.
Geagiteerd en haastig vliegt vrouwtje naar de deur,
>,Een telegram!"... wat zal dat zijn?", ze wordt
wat bleek van kleur.
Het zegel te verbreken, dat was haar wat
te machtig,
Dat deed toen ,,hij", en d'inhoud was wel
kort maar krachtig:
Henri de Lakkedere.
Ik kan mijn vers niet verder vervolgen, daar
de woorden, die m'n vrouw zich liet ontvallen,
met geen mogelijkheid op rijm te krijgen zijn.
Alleen aan m'n vriend Koolhaas de verzekering:
dat m'n vrouwtje beslist niet van een kanibalis-
tische stam is,
dat ze ook niet aan moordzucht lijdt en dat
ze het hem op den eerstvolgenden clubavond met
„dames" wel vergeven zal.
H. d. L.
Correspondentie L. B. Versje heel leuk, wel bedankt.
G.