ir
"Nï
CLUBNIEUWS DER A. F. C. AJAX
onveranderden stand. Het begin van de tweede helft is sensati
oneel. Zoo van den aftrap neemt „de Spartaan" voorhoede den
bal mee, en de stand is 2-0. Ajax is nu een geslagen elftal
en toch duurt het nog geruimen tijd eer het de Spartaan ge
lukt voor den derden keer te doelpunten. Dat geschiedt met
een schot in den linker benedenhoek dat de keeper hopeloos
laat glippen. Onze voorhoede onderneemt nu ook eenige aan
vallen maar verder dan de backs kunnen zij het niet brengen
zoodat „de Spartaan" keeper vrijwel niets te doen krijgt. De
voorhoede der Spartanen weet nog twee doelpunten te maken
en met 5-0 in het nadeel van Ajax kwam het einde. We gingen
in een begrafenis stemming huis toe. Over de spelers het vol
gende: de Bruijn heeft zijn doel goed verdedigd, 3 van de 5
doelpunten waren absoluut onhoudbaar, de derde goal had hij
echter moeten voorkomen, terwijl de vierde ook niet onhoud
baar was. De gebroeders Hörchner hebben gewerkt als paarden
en kunnen op een goeden wedstrijd terugzien. Onze invaller
linkshalf bleek een geweldige aanwinst, hij en van Beek, die
spil speelde, daar Kuipers voor het vierde elftal inviel (waarom
worden toch aldoor spelers uit het vijfde elftal gehaald om
voor het vierde in te vallen, ons elftal wordt daardoor steeds
noodeloos verzwakt terwijl het er al zoo beroerd voorstaat, er
zijn toch geloof ik wel spelers in 6b die wel eens voor het
vierde elftal willen of kunnen spelen?) waren een bijna onover
komelijk struikelblok voor „de Spartaan" voorhoede. Smit, die
voor deze gelegenheid rechtshalf speelde was de minste van
de drie, hij werkte hard en maakte ervan, wat er van te maken
was, maar hij is toch niet de aangewezen man. Mij lijkt de volgende
half linie de sterkste, van links naar rechts: Provilij, van Beek
en Kuipers. Ook de nieuwe linksbuiten H. Over is éen aan
winst, hij is tamelijk snel en plaatst de ballen goed voor doel,
hij en zijn buurman v. d. Tooren waren de besten uit de voor
hoede, maar zij ondervonden te weinig steun van de anderen
om succes te hebben. De mid-voor Bijl is een harde werker
maai hij speelt de. ballen telkens veel te hoog, terwijl Levendig
en onze vriend Flip veel te licht zijn om tegen spelers als die
van Spartaan, Blauw-Wit en andere clubs succes te hebben.
Zij hebben echter hun best gedaan. F. H. W.
A. F. C. IV - Ajax V.
Voordat ik met mijn verslagje van den wedstrijd begin, wij
ik eerst even vertellen dat we gewonnen hebben met 4-0 (zegge
vier nul). Waar onze voorhoede die vier doelpunten van daan
gehaald heeft,? „Ik weet het niet, het gaat mij boven m'n pet,
in vier wedstrijden wisten ze slechts 2 doelpunten te maken
en nu in één match, liefst 4. Maar enfin, ze zijn er en dat is
de hoofdzaak, ga zoo door mijn zonen en we komen van de
onderste plaats af.
Voordat de strijd een aanvang neemt blijkt, dat Ajax met-
12 spelers en 2 reserve spelers aanwezig is. Na een klein
beetje heibel, wie wel en wie niet zal mede spelen, komt Ajax
met het volgende elftal in 't veld. Voor van 1. naar r. Over,
v/d Tooren, Bijl, Smit, Levendig, halfs, van Beek, Benjamins,
Fytsma, achter Hörchner, Kuipers en de Bruijn. Als de bal
aan het rollen is gebracht, blijkt, dat Ajax iets sterker is. Onze
voorhoede spelers gaan steeds goed combineerend op de
A. F. C. veste af, maar doelpunten maken, brrr„Lou kans1'.
„Neen", ik vergis me. Onze aanvoerder wist een buitenspel
doelpunt te fabriceeren, wat natuurlijk geannuleerd werd. Bijl
en Smit lossen eenige niet onverdienstelijke schoten, maar, of
ze worden gekeerd, of ze vliegen over en langs het doel. De
A. F. C. voorhoede zit echter ook niet stil en onderneemt zoo
nu en dan eenige uitvallen. Bij een dezer weten zij een buiten
spel doelpunt te maken wat het zelfde lot ondergaat als het
onze. De strijd wordt nu verder hoofdzakelijk op het midden
veld uitgevochten en rust komt met blanken stand.
Na de niet aanwezige thee pakt Ajax-direct flink aap en de
voorhoede zwermt telkens voor het A. F. C. doel, doch het zoo
vurig begeerde punt blijft maar steeds uit, en toch, erNvaren
kansen genoeg, zelfs opgelegde kansen werden hopeloos gemist.
De tijd verstrijkt al meer en meer en nog steeds geen resul
taat. Nog twintig minuten zijn te spelen, nog 15 minuten en
zoowaar, eindelijk, daar gaat het dan toch gebeuren. Smit krijgt
den bal in vrije positie toegespeeld, even loopt hij door en met
een schitterend schot verdwijnt de bal in het net 1-0. Onze
voorhoede is nu niet meer ie houden, verwoed vallen zij aan
en als v. d. Tooren den bal te pakken krijgt, passeert hij eenige
A. F. C.ers en met een schot in den hoek, geeft hij den keeper
geen kans 2-0. A. F. C. tracht nog op te halen, maar onze
achterhoede geeft „niet thuis"! en zet de voorhoede weer aan
't werk, waar Levendig snel opbrengt, goed voorzet en Bijl
zorgt voor de rest 3-0. Nog éénmaal weet van der Tooren met
een schot via de deklat te doelpunten en dan klinkt het fluitje
voor den laatsten keer, zoodat Ajax 5 zijn eerste overwinning
kan boeken.
F. H. W
Watergraafsmeer III—Ajax VI.
Als de scheidsrechter beginnen blaast, blijkt het, dat bfj ons
de goal-keeper ontbreekt, zoodat met 10 man begonnen wordt.
Later komt een adspirant het elftal completeeren, doch be
grijpelijkerwijze, kon hij tegen een rechtsbuiten^ die ongeveer
drie maal zoolang was als hijzelf, niets uitrichten.
Reeds onmiddellijk na den aftrap heeft Ajax succes, als
Kreuger met een hard, laag schot scoort, welk doelpunt echter,
o.i. ten onrechte, wegens buitenspel wordt geannuleerd. Ajax
blijft het eerste kwartier aanvallend, doch weet haar meerderheid
niet in doelpunten uit te drukken.
Langzamerhand neemt Watergraafsmeer het spel in handen,
en onze achterhoede moet alle zeilen bijzetten om doelpunten
te voorkomen. Na circa een half uur spelens, heeft de Water-
graafsmeer-middenvoor succes, als hij een van de vele voor
zetten van den rechtsbuiten, benut, en zoodoende Watergraafs
meer de leiding bezorgt. 10. Tot half-time komt er in den
stand' geen verandering meer.
Na de rust is Watergraafsmeer het eerst in den aanval, en
uit een corner op ons doel, brengt haar rechtsbinnen de stand
op 2—0. Ajax moet zich thans hoofdzakelijk tot verdedigen
bepalen; uit een scrimmage voor ons doel bewerkt een der
achterspelers de bal met de hand, en Watergraafsmeer verhoogt
uit de daarvoor toegestane penalty, haar score tot 3—0.
Watergraafsmeer begint nu iets forscher te spelen, waarin
vooral de links-back zich onderscheidt. Eenige waarschuwingen
worden uitgedeeld, en plm. een kwartier voor het einde wordt
onze midhalf, wegens onbehoorlijk optreden tegenover den
scheidsrechter, van het veld gezonden.
In den resteerenden tijd weet Watergraafsmeer nog eenmaal
ons net te vinden, eveneens uit een penalty, zoodat deze
wedstrijd met 40 door ons verloren werd.
De VIJFDE nederlaag in successie!
Bij Ajax waren alleen Otten en Dukker goed, de rest slap.
Ajax VI—D.E.C. Ill 0-2.
In het begin is D.E.C. sterk in de meerderheid doch weet het
ondanks slecht verdedigen van Ajax niet tot een doelpunt te
brengen.
Lam redt tweemaal achter elkaar keurig als de backsmissen.