158 CLUBNIEUWS DER A. F. C. AJAX Van been tot been, Gupffert, Rutte, Delsen, Geu- deker, van Dort ging de bal, totdat van Dort vlak voor doel kon intrappen. Na de pauze kreeg Henk een onwillige dijspier en passagierde op de rechtsbackplaats. Hij deed daar echter iiog tal van nuttige dingen. Ook in dezen wedstrijd was het spel van Joop Pelser een openbaring. Was het zijn wedergeboorte? Als een rots zoo sterk stond onze aanvoerder telkens in de branding, was dan weer links dan weer rechts, was overal, vuurde zijn ploeg met daad en woord aan en voor een goed deel danken wij aan hem de 4 2. Verder waren Andié de Kruijff en Hoogland in buiten gewone conditie. Toch kwamen de Young Boys steeds voor de Boer, vooral nadat Gupffert met een fraai schot er 3— O van maakte. Funk kopte een corner fraai in van een afstand van minstens 20 M. dreunde de bal in ons doel. Enorm! Een penalty werd door de Young Boys gemist, toegewezen na stevig doch zuiver aanvallen van Frans Couton. Het werd langzamerhand volslagen duister. Onze voorhoede met 4 man, ook Jan v. Dort liep een leelijke beenwonde op, werkte kolosaal hard. Rutte nam zelfs nummer vier voor zijn rekening. De Zwitsersche International op de rechtshalfplaats doelpuntte keurig voor de tweede maal. De bal was niet meer te volgen toen de scheidsrechter het einde aankondigde. Onze eerste overwinning in Zwitserland was een voldongen feit en tevens stond vast dat wij Zwitserland ongeslagen verlieten. De stemming werd er natuurlijk steeds beter door en aan het avondeten werd dan ook menige kwinkslag ge wisseld, waarbij de Schoevaarts opnieuw met goud bekroond werden voor het slaken van ,,de meest snedige opmerkingen". In ons hotel boomde men nog lang na, in de corridors klonken de mandolines van Boertje, ach nee, van Jan de Boer en Goosen, welke eerste door recherche-diensten van Grootmeijer zijn in strument teruggekregen had, nog geruimen tijd voort. Naar Interlaken. Donderdagmorgen 9 Juni om half tien trokken wij met de Electrische spoor naar Scherzligen, waar de boot gereed lag, die ons in iL/% uur via het wondervolle Spiez naar Interlaken voer, over de Thuner See Om twaalf uur waren wij in Hotel Bristol Terminus. Hoogland voelde zich helaas ongesteld en trok direct naar bed. Met citroen en heete thee werd Jacques in zoover weer op gekikkerd, dat hij den volgenden dag weer fit was. Denzelfden middag gingen wij 1200 M. naar boven met de Harder-Bahn, een soort lift, die je al hooger en hooger trekt. Wij hadden de gewaarwoording of wij in een vliegmachine zaten. De huizen onder ons werden vliegen en de Thuner See lag aan onze voeten als een reep van een krant. De expresse slingerde zich door het Berner Oberland en geleek een voort- kruipende rups. En recht over ons, nog hooger troonde de witte, in de zon lachende Jutigfrau, 4160 M. hoog, waarheen wij den volgenden dag onze schreden zouden zetten. Een deel trok met de lift en eenige Heeren en twee dames gingen te voet naar beneden, een gevaarvolle tocht, waarover men 11/2 uur deed. Was het voor de Heeren reeds moeilijk, voor de twee dames was het een tocht die wel bewondering afdwong. Des avonds gingen wij de Roulette in het Kurhaus een paar Zwitsersche Franken aanbieden. Rien ne va plus. Faites votre jeu! Interessant was het zeker en voor enkele dames en Heeren zelfs erg duurl Vrijdagmorgen trok de Wenger-bahn ons kalm en zeker omhoog. Drie volle uren zaten wij in den Tandradbahn-Lauterbrunnen. Wengen, Wen- geralp, alles gleed onder ons weg en in Scheidegg, in den schoot van de Jungfrau, waar de eeuwige sneeuw ligt, staarden wij stil en verbaasd om ons heen, totdat de werkelijkheid ons terug riep. Jan van Dort kreeg een natte sneeuwbal juist onder zijn hoed, die zachtkens in zijn boordje begon te smelten! Een brok gletscher, die André leelijk deed smakken, kostte hem een natte pantalon en de wereld-reiziger de Bois toonde ons het leven der kabouters in een gletscher-hut, Een deel van het gezelschap vond het hoog genoeg, doch een zevental stoere knapen trok nog hooger op naar Eiger en werd daar door een rots-geul van minstens 100 M. tot staan gebracht. Via Grindelwald, 1037 M., keerde men naar Interlaken terug, waar wij met Henk en Joop om zeven uur aan een glaasje kirsch zaten. De terugreis. Hiermede waren wij aan het keerpunt van onze reis. Zaterdagmorgen gingen wij weer op de boot

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1921 | | pagina 6