*i
TYP6N III.
i
Jan Bedaard!
Ingezonden.
4°
CLUBNIEUWS DER A. F. C. AJAX
s
„Is die plaats vrij meneer?"
„Zeker!
Voorzichtig schoof hij langs mij heen wrong
zich tusschen de ijzertjes haalde de kampioens
uitgaaf te voorschijn en las alsof hij rustig in de
Universiteitsbibliotheek zat in plaats van op de
Ajax-tribune
't Begin l
't Krantje werd opgevouwen verdween in z'n
groote jaszak. Hij keek toe kalm zwijgend
koud! 't Publiek rondom schreeuwde - be
rispte noemde namen moedigde de spelers
aan vloekte alleen m'n buurman zal stil
naast mij roerloos volgde kalm het spel
trok langzaam aan z'n sigaar de blauwharde
oogen volgden strak den bal maar op z'n gezicht
geen spoor van emotie van meêleven.
't Scheen hem weinig te kunnen schelen
hij lachte alleen even toen de Kwatta-stadslui
waar wij ,,midden-tusschen-in" bleken te zitten
bij dë eerste goal dansten en rondsprongen van
vreugd
't Ging verder.
Goal! I - i I Hoera! Gebrul, gezwaai met
hoeden en wandelstokken De heele boel
staat op lacht! lacht! Alleen hij zit stil
roerloos-onbewegelijk 1
Rust.
,,'n Mooie wedstrijd meneer 1"
„Ja! ze spelen goed!"
„Wie bedoelt u? Nu zal ik dan toch weten
voor wie hij is nu zal hij dan toch z'n kalme
neutraliteit prijsgeven! 'k Wacht af.
„Allebei!"
Toch zou ik het weten!
De Natris had den bal teutte even
héél eventjes maar. Toen-opeens brak hij los
heftig: „Vooruit Jan! Vlug dan Vlug!
Rauw-snerpend klonk het De menschen die
voor ons zaten keken even achterom.
Hij trok weer aan z'n sigaar schijnbaar
kalm maar ik wist dat hij een der onzen was l
W. 6 April '19 VLINDER.
vU
'f»
E vj/ S
E 'h 3
Amsterdam, 31 Maart 1919.
Den Weled. Heer Secretaris
der A. F. C. „Ajax"
Amsterdam.
Weled. Heer,
Zondag 23 dezer, woonde ik den wedstrijd Ajax
Haarlem bij en kwam door omstandigheden, pas
te 2 uur op het veld. U kunt zich waarschijnlijk
wel herinneren dat op die klok alle plaatsen reeds
uitverkocht waren. Op de overdekte tribune hadden
zich zelfs reeds een aantal supporters staande
opgesteld, waarvoor oogenschijnlijk geen zitplaatsen
meer waren. Ik heb geprobeerd alsnog een zitplaats
te bekomen, aangezien ik mij natuurlijk niet kon
indenken dat het nóodig was dat meerdere men
schen zouden moeten staan, die recht hadden op
een zitplaats. Mij is daarbij opgevallen dat eeriige
spelers van lagere elftallen een koffertje naast
zich op de banken hadden neergezet, welke één
of meerdere plaatsen in beslag namen.
Op mijn vraag of deze koffers van de banken
konden worden afgenomen, kreeg ik ten antwoord
dat de plaatsen zouden worden bezet door spelers,
die zich nog aan het verkleeden waren. U zult
begrijpen dat ik, aangezien de wedstrijd inmiddels
reeds begonnen was, geen verdere moeite deed,
mij door één der Heeren orde-commissarissen 2
plaatsen, (ik was met eene dame) te laten aan
wijzen. Ik kon en kan echter nog niet begrijpen
dat het mogelijk is meer plaatsen te „reserveeren",
vooral niet bij een dergelijke belangrijken wedstrijd
Mijn verzoek is nu van U gedaan té krijgen,
dat U bekend maakt, eventueel in het „CLUBNIEUWS"
dat dergelijke dingen niet zijn geoorloofd, waarna
ik het recht krijg, bij weder voorkoming van een
dergelijk geval, mijn eigen rechter te zijn, door
mij te beroepen op bekendmaking in deze.
Aangezien er 'nog verscheidene belangrijke
wedstrijden op het programma staan, zoudt U mij
ten zeerste verplichten als U het bovengevraagde,
ook al ter bevordering van de goede gang van
zaken, in het eerstvolgend verschijnend „club
nieuws" op wilt nemen
U beleefd dankend voor de te nemen moeite,
teeken ik,
Hoogachtend,
F. A. HEINRICH.
(Het Bestuur deelt mede, dat het dringend ver
boden is, tasschen e.d op banken te zetten, ten
einde plaatsen te reserveeren).