CLUBNIEUWS DER A. F. C. AJAX
67
buiten, enz. De anders zoo tactisch optredende Joop
Pelser schoot nu in kwaliteit van aanvoerder te kort.
En waar deze bedenkelijke afwijking blijkbaar geboren
werd uit zenuwen en wanhoop, kan er niet genoeg
op aangedrongen worden, toch nimmer zich zóó te
laten deprimeeren. Het succes is meestal nihil, vooral
in 'n situatie als in dezen wedstrijd, waar het vijan
delijke doel toch aan alle kanten even krachtig werd
bewaakt. Terwijl het bovendien de tegenpartij moreel
sterker maakt door den indruk van zwakheid, dien
dit gedoe vestigt. Nooit meer doen Pelser 1
Het respect voor individueele prestaties verdwijnt
er door, en het onderling vertrouwen zoowel als het
vertrouwen op de kracht van 't geheel wordt er ernstig
door geschaad.
Zooals gezegd was de speelvorm niet slecht maar
bleef deze zonder succes tegenover dien van de rood
gelen. Smit heeft weinig te doen gehad, het eenige
doelpunt had hij wellicht kunnen voorkomen door
den bal te onderscheppen, overigens werd hij, vooral
na rust, weinig gestoord in z'n zonnige overpeinzingen.
In de 2e helft even geblesseesd, was hij gelukkig
spoedig weer present.
Zoowel Fons als Frans hadden zwakke momenten,
ondanks ze wel actief genoeg waren, maar zich ver
gisten in de plannen der aanvallers. Daardoor stond
de linksbinnen van G.-A. keurig vrij, toen de kogel
door de kerk ging. Niettemin hebben ze ruim vol
doende gespeeld.
De geheele middenlinie was vanmiddag de sappige
middenmoot niet. Terwee de beste, daarna Hordijk.
Door het fraaie uitkoppen van 2 ballen, toen Smit
ter aarde lag, heeft hij een zeker doelpunt voorkomen.
Vóór was Wim weer de ster, na hem direct Brokmann.
Wat hebben vooral deze twee 'n schitterende partij
weer gespeeld en even onberispelijk als onverwachts
geschoten. Brokmann alleen verdiende met z'n uit
nemend schot al meer succes. Jammer dat Gupffert
een kwartier voor tijd een spier scheurde, waardoor
een goede kans op beter ernstig verminderde.
v. Dort was hard-werkend en aanpassend als ge
woonlijk. Van Kooge kan ik wel het eerste, niet het
laatste beweren. Om den aanval succesvoller te maken,
moet deze baby-speler minder afhankelijk spelen.
Samenspel is prachtig, maar als te zien is dat 'n
partner als Wim voortdurend zwaar gedekt wordt,
profiteere men daarvan door zelf er door heen te
breken. Allicht had men dan Gupffert wat los gelaten.
Jan de Natris mist de mate van spirit en initiatief
van Wim, anders zou hij even onovertroffen zijn. Z'n
spel was ook nu nog goed, maar niet enthousiast genoeg.
Laat hij daarnaar nog wat meer streven.
De speelwijze van G.-A. was na het eenige doelpunt
van dezen spannenden strijd verdedigend, waardoor
van fraaie momenten weinig sprake meer was. Vooral
na rust was Deventer zoo goed als ingesloten, en
stonden de robuste rood-gelen ook vrijwel alleen met
kalmte en zekerheid hun heiligdom te beschermen.
Alleen voor de wijze, waarop zij daarin slaagden,
behouden we respectvolle gedachten, maar verder
ook niet.
Een Kampioenselftal moet meer durf toonen c^m
zoo'n spelletje aanduidt, en al mag men aannemen
dat het tot het spelen van een meer gedetailleerde
partij voetbal even goed in staat is, getoond is dit
maar half. Alleen in 't verdedigen bleek het geheel
schitterend en onvermoeid. Tegen dit bolwerk plat te
loopen, was haast geen schande.
Het optreden van den arbiter kon maar matig beko
ren. De warmte moge dan als een excuus gelden,
een feit is toch, dat verschillende feiten in zijn onmid-
delijke nabijheid hem ontgingen. Vooral het geval,
toen Smit gekwetst tusschen de andere spelers op
den grond lag, en het spel maar kalm doorging,
moest wel vreemd aandoen. De leiding der Kampioens
wedstrijden schijnt intusschen alleen in handen van
enkele ouderen te mogen blijven, terwijl andere func
tionarissen eenvoudig niet in aanmerking. Tot dezen
onbillijkcn toestand werkt de Pers intusschen vol
ijverig mee. Het meest kromme optreden weet ze
goed te praten (geval Tromp bij W. II—G.-A) ofte
verontschuldigen.
Zondag 26 Mei 1918..
Ajax—A.F.C.
4 3
'n Desillusie
Het schijnt niet onwaarschijnlijk, dat het verloop
der kampioenscompetitie ten slotte op '11 desillusie
voor de Rood-Witten zal uitloopen, want het op
treden der Ajacieden in de laatste ronden biedt zoo
weinig zekerheid en vertrouwen, dat wij sterk be
ginnen te twijfelen aan een bevredigend eindresultaat.
De wedstrijd tegen A.F.C. heeft ons weinig hoopvol
gestemd, 'n Dergelijke débacle in een ontmoeting
met een tegenpartij, wier kracht over alle liniën vrij
gemakkelijk werd overtroffen, is op z'n minst genomen
treurig en heeft de reputatie van onze gevreesde ver
dediging kortweg door het slijk gesleurd. De over
winning verloor alle glans en verdienste en wij vroegen
ons af, hoe de rood-witte verdedigers van de Amster-
damsche voetbaleer zich wel gevoeld zouden hebben,
indien A.F.C. hun eens alle illusie had ontnomen,
door nog 'n paar gaten in het Ajax-net te boren
Wij kunnen geen woorden vinden om de verbazing
te schetsen, die zich van ons meester maakte, toen