Het Jaarverslag der A. F. C. „AJAX" over het seizoen 1916—1917. CLUBNIEUWS DER A. F. C. AJAX "5 De duizenden paardenblommetjes geelden er tus- schen het mollige, vette gras. Tot onze knieën ver dwenen we er in Jan Grootmeijer floot, nadat we ons verzadigd hadden aan het landelijk schoon, de elftallen in het veld. Wij hadden v. Dort achter, Jan Goosen midden en Kooge en Bieshaar in de voorhoede. Overigens de oude getrouwen. Robur kwam eveneens onvolledig in het veld. Het is voor de vriendelijke Apeldoornsche club 'n heel erge deceptie geworden. De eerste drie minuten brachten reeds evenveel gaten in haar net! Brokman, Bieshaar en Kooge bleken voor de zeer middelmatig spelende verdediging een onweerstaan baar trio. En alsof het doel vol met Apeldoornsche moppen lag, zoo gretig stormden our blue boys (voor deze gelegenheid hadden we de blauwe kieltjes aan) op den invaller-doelman af. Deze vriend, die Kraaijenbrink moest vervangen, had 'n moeilijke taak. En de Geldersche spes patria, die d'r oogen stonden „uut te kieken noar die Amsterdammers", die zoo ongenadig hun dier'bre club aftakelden, had wat aan te hooren Laten we 't niet uitvoerig hebben over deze ver plettering van Robur. Brokman maakte 5, Kooge 3, Bieshaar 2, Gupflert en de Natris elk 1 en Feith van Robur eveneens I doelpunt, totaal generaal 131 Het was overigens zeer gemoedelijk en gezellig. Het niet talrijke publiek beloonde het snelle en handige spel van ons elftal met hartelijke applausjes. Dit willen we nog zeggen De zaakjes worden door de onzen, vergissen we ons niet, op dezelfde wijze als 't vorige seizoen vervolgd. Natuurlijk vormt deze wedstrijd geen basis tot eenig oordeel (trouwens het zou al zeer voorbarig zijn nu reeds 'n meening te uiten) doch dit is zeker er is weer dat élan, dat enthusiasme, dat de onder grond is van succes, en dat vol vertrouwen stemt. Volgende week krijgen we voor de Zilveren Bal 'n zwaarder examen 1 D. F. C. de stoere Dordtsche club, is in de eerste ronde onze tegenpartij. Wij rekenen er op, dat onze mannen op volle kracht zullen spelen en op Spangen 'n waardige entree zullen maken. Our best wishes! VLOKKIE Mijne Heeren. Aan mij, als secretaris der vereeniging, is volgens artikel 22 H. R., de aangename taak opgedragen onze vereeniging verslag uit te brengen, over de resultaten van het afgeloopen seizoen. En, oprecht gezegd, vol doe ik hier met zeer veel genoegen aan, omdat ik, naast de weinige donkere punten van ons vereeni- gingsleven, slechts gewag kan maken van een intense bloei van onzen club „AJAX". Overal toch waar wij heenblikken zien wij lichtpunten. Alles wijst op een gestadige vooruitgang van onze vereeniging: de spel- kwaliteit; de uitbreiding van het aantal leden, niet het minst van het aantal adspirantleden, de goede club geest welke momenteel gelukkig heerschtde verstand houding tot, beter gezegd de uitstekende kritiek van de sportpers in het algemeen over Ajax; de steeds grootere publieke belangstellinghet ontstaan en het bloeien van ons Cluborgaanhet feit dat het geheele seizoen verloopen is zonder dat kwestie's van onaan- genamen aard, zooals vroeger, door Algemeene Ver gaderingen moesten worden beslecht; alles wijst er, zooals gezegd op, dat het onze vereeniging voor den wind gaat. Memoreeren wij in het kort de geschiedenis van onze vereeniging over het afgeloopen seizoen dan vangen wij aan met het gedeelte, dat zich achter de groene tafel afspeelde en herinneren wij het eerst aan onze Jaarlijksche Algemeene Vergadering welke op 5 Augustus 1916 in Kras plaats vond. Er deden zich verder geen spoedeischende zaken voor, zoodat dit de eenige vergadering was, welke het Bestuur behoefde uit te schrijven. In deze vergadering werd het bestuur als volgt samengesteld: W. F. Egeman, voorzitter; H. D. Dade HNzn 2de voorzitter; J. J. Grootmeyer, secre taris; M J. Koolhaas, 2de secretaris; Tj. de Munnik, penningmeester; J. Ph Geerlings, 2de penningmeester; F. Schoevaart, Jan Pelser en H. R. Reyenga, com missarissen. Lang mocht echter dit bestuur niet vol ledig blijven, daar reeds spoedig de Heer Pelser, wegens verandering van zaken, zijn ontslag als com missaris indiende. Daar deze Heer geen functie be kleedde, waarin onmiddellijke voorziening noodig was, besloten wij tot de komende vergadering deze functie open te houden. Het Dagelijksch Bestuur was samen gesteld uit de Heeren Egeman, de Munnik en onderget. Hunne voorloopige besluiten werden op de gebruike lijke wijze in de Bestuursvergaderingen bekrachtigd. Verschillende belangrijke zaken stonden op het programma, met de uitwerking waarvan wij reeds spoedig een aanvang maakten. We noemen slechts het terrein, dat noodwendig verbetering eischte, en waaraan de meeste zorg besteed werd. Vooral onze voorzitter was gedurende den geheelen zomer, ten einde een waakzaam oog te houden, aanwezig. Veel succes hebben wij helaas niet mogen boeken. Al was de Heer Buttstedt, welke met de verbetering belast was, bij nacht en ontij op het Ajax veld te vinden, het weer liet ons in den steek. Regen liet zich wach ten en hoewel er met de kracht der wanhoop getracht werd, door spuiten het veld nat te houden, het baatte niet. Toen kwam eindelijk het regenwater, waarna wij zoo lang gesmacht had den. Echter in die mate, dat ons terrein de massa niet verslinden kon en de groei van het gras uiter mate belemmerd werd Het seizoen ving aan, toen slechts jonge grassprietjes ons veld bedekten en ieder begrijpt dat, mede door de onophoudelijke regenbuien, ons veld enorm te lijden had Onze leden, welke op de J. A V. het Bestuur machtigden een groote som uit te trekken voor de verbetering van het terrein,

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1917 | | pagina 3