'ER WORDEN NU VOORAL GRAPPEN GEMAAKT OVER ONS NATIONALE ELFTAL OMDAT DE RESULTATEN NIET BEST ZIJN. DAAR MOET JE ALS SPELER BOVEN STAAN' De scholen waarop ik heb gezeten lagen in de zelfde lijn. De middelbare school was vroeger een klooster geweest. Toen ik er les kreeg was het dat niet meer, maar je merkte nog wel het een en ander van het verleden. Respect jegens de leraren was vanzelfsprekend. Ik ben hier in Nederland ook nog naar school geweest, maar dat ging toch wel heel anders. Niet dat hier geen respect was voor docenten, maar je sprak ze gewoon aan met hun voornaam. Het was in z'n geheel een heel andere benadering. In Nederland is het meer in groepjes werken. In België is het met de leraar voor de klas die zegt hoe al les in elkaar steekt. Daar moest je dan zelf notities van maken. Dat deed ik braaf en nauwgezet. School was toen belangrijker dan voetbal. Vanaf het moment dat ik gevraagd werd naar Ajax te komen, veranderde dat. Je neemt een beslissing om alles achter je te laten. Alleen voor het voetbal. Je laat je familie achter, je vrienden, je school. Ik dacht er nauwelijks aan wat ik zou kwijtraken. Het leek onbelangrijk. Ik had het ge voel dat ik die kans niet kon laten gaan. Voor mij was het meteen een uitgemaakte zaak dat ik naar Ajax zou gaan. Je bent jong, en je denkt niet bij de randvoor waarden na. Er was trouwens niet veel tijd om te overwegen. Een week had ik tussen de vraag en de beslissing. Maar voor mijn beslissing had ik niet veel meer dan vijf seconden nodig. 'Ik had een week een stage ge lopen met de BI. We speelden een toernooi. De woensdag erna kreeg ik een telefoontje dat ik kon komen. De volgende woensdag moest ik het laten weten. Ik denk dat het voor mijn ouders nog wel een moei lijke beslissing is geweest. Ik was vijftien. Echt een heel serieus gesprek over de consequenties hadden we er niet over. Ze zagen hoe graag ik het wilde. Daarin wilden ze mij niet tegenhouden, hoe moeilijk ze het er ook mee hadden. Want dat was wel het geval. Mijn moeder had het er heel moeilijk mee. Dat heb ik vooral later gemerkt. Ze heeft er toen niet veel over gezegd. Maar voor mij is het natuurlijk ook niet gemakkelijk geweest toen ik was vertrokken. Het eerste halve jaar heb ik het zelf ook ook moeilijk gehad. Ik miste thuis. De beste plek is toch altijd thuis, en nergens anders. Op momenten dat het met voetbal iets minder ging, merkte je het gemis van het thuisfront. Je mist de warmte om je heen. Terwijl ik wel een fantastisch pleeggezin had in Amstelveen. Geen kwaad woord daarover. Dat waren heel goeie mensen. Ik heb nog steeds contact met ze. De familie Roos is en was geweldig. Ze hebben Pienaar ook gehad en zo. Ze hebben me heel goed opgevangen. Ik voelde me er thuis. Ik zat er met nog een andere Belgische jongen: Dieter Reynaert, een keeper.' Rode Duivel Reynaert heeft het bij Ajax niet gered. Hij speelt tegenwoordig bij de ambitieuze Belgische derde klasser KV Willebroek-Meerhof. Bij Vermaelen heeft de opoffering wel geleid tot Ajax 1. Toch heeft Vermaelen echte voetbaldromen nooit gehad. Nooit het verlangen herkend dat hij bij Barcelona wilde spelen. Bij Milan, Manchester, München noch Madrid. Vermaelens ambitie eindigt bij de reikwijdte van zijn mogelijkheden. 'Ik wil niets meer dan het beste uit mezelf halen,' geeft hij toe. Voorbeelden ontbreken, maar hij geniet van een speler als Fabio Cannavaro. Gek genoeg ook van Marco Materazzi, die hij bewondert om datgene wat hij zelf graag iets meer zou hebben. 'Soms verlies ik nog duels omdat ik niet meedogenloos genoeg ben,' biecht hij op. Maar Vermaelen prijst zich vooral gelukkig om wat hij al heeft bereikt. Ajacied is hij, en Belgisch inter national: Rode Duivel. 'Ik wilde altijd heel graag voor het nationale elftal spelen,' zegt Vermaelen. 'Ik ben er nog steeds trots op, terwijl er nu vooral grappen worden gemaakt over het nationale elftal omdat de resultaten niet best zijn. Daar moet je als speler boven staan. Je moet zien wat je voor ogen hebt. En daarvoor gaan. Maar het is nooit leuk als mensen op tv gaan lachen met het nationale elftal. Ook deze kwalificatie verliep zeer stroef. We zijn met een nieuwe trainer en een nieuwe groep be gonnen, dus het kan nog groeien. We moeten er de tijd voor nemen. Als je naar de spelers kijkt, moe ten er mogelijkheden zijn. Van Buyten van Bayern, Dembélé en Martens van AZ, Simons van PSV. Als we maar eerst weten wat we willen en hoe. Mensen vragen me heel vaak hoe het kan dat het Belgische voetbal zo is weggezakt. Het ligt niet aan één ding. Aan ge brek aan opleiding; aan kwali teit van spelers; aan financiën; maar vooral aan het ontbreken van visie. In Nederland is er een vaste voetbalvisie. Iedereen kent die. En of dat nou 4-3-3 is of een ander systeem. Er wordt altijd naar de voetballende op lossing gezocht. Opbouw van achteruit. De verdediger heeft de bal, de middenvelder wordt ingespeeld, driehoekjes, en dan voetballend naar voren om daar met creativiteit een opening te forceren. Dat is herkenbaar. Er I zit een idee achter. Maar wat is de Belgische voetbalvisie? Die is er niet. Of het moet zijn dat er veel mensen achter de bal spelen. Maar is dat een visie? Blijkbaar is er wel wat mis bij ons. Kijk alleen al naar de in frastructuur. Het verschil met Nederlandse stadions is enorm. Neem Waalwijk. RKC staat bijna onderaan. Het speelt in mei 9007

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 2007 | | pagina 23