Aj ax genadeloos m Veredelde training Historische grond 43 capaciteit, die momenteel 40.000 toe schouwers bedraagt. Zoveel zitten of zaten er zelden voor een voetbalwedstrijd, al was bijvoor beeld de olympische finale van 1952 (tussen Hongarije en Joegoslavië) met ruim 58.000 toeschouwers wel uitverkocht. Maar het toeschouwers record voor een competitiewedstrijd van de vaste bespeler tot 2000, HJK Helsinki, bedraagt een schamele 17.293, voor een wedstrijd in 1965 te gen Valkeakosken Haka. Momenteel speelt HJK Helsinki zijn thuiswed strijden in het nieuwe Finnair-sta- dion. De olympische sporttempel is sindsdien alleen nog af en toe het voetbaldecor van het nationale elftal. Beroemder is het stadion in een an dere tak van sport: zowel in 1983 als in 2005 vonden er de wereldkam pioenschappen atletiek plaats. Rens Blom behaalde er in 2005 goud bij het polsstokhoogspringen (een trotse 5,80 meter). Bijnaam In 1979 lootten HJK Helsinki en Ajax elkaar in de eerste ronde van het Europa Cup 1-toernooi, het toernooi van de landskampioenen. Ondanks die titel rommelde het binnen Ajax. Hoofdtrainer Cor Brom was begin september ontslagen. Aanleiding was onenigheid over de verdeling van de financiën van een trainingskamp in Drenthe. Het was de stok waarmee het bestuur onder leiding van Ton Harmsen de trainer, met wie het een slechte relatie had, kon slaan. Brom werd opgevolgd door jeugdtrainer Leo Beenhakker. De wedstrijd in het Olympisch Stadion van Helsinki zou de eerste Europese wedstrijd van Beenhakker worden. Weinigen kon den toen bevroeden dat het de eerste in een heel lange reeds zou zijn en dat Beenhakker deze belangrijkste Europese beker voor een club jaren later een officieuze bijnaam zou ver schaffen: 'de cup met de grote oren'. Zoals meestal gebeurt als een nieuwe trainer gedurende het seizoen aan treedt, stelde Beenhakker een 'daad'. In het weekeinde voor de wedstrijd in Finland had hij tegen AZ '67 de van Real Madrid overgekomen Deen Henning Jensen buiten de basisploeg gelaten. In Helsinki kwam het tot een gesprek tussen de gekwetste vedette en de technische staf (Beenhakker en assistent Bobby Haarms). Het twee tal legde de international uit dat hij op dat moment conditie tekortkwam om in de spits te spelen. Beenhakker: 'Vooral op het korte werk, de sprints, kan hij niet genoeg brengen. Henning was het ermee eens dat hij een be paalde trainingsachterstand had en dat we daar de komende tijd aan gaan werken. Hij is en zal nu een maal nooit een Engelse spits worden, maar we kunnen wél sleutelen aan zijn spel. Op dit moment kies ik zon der aarzelen voor Ling en Tahamata op de vleugels. Daartussen heb ik dan een derde aanvaller nodig die kan jagen en knokken. Zo'n type als Tonnie Blanker, een Amsterdams jochie van 19 jaar. Het is met Jensen net als met Karei Bonsink (een andere aankoop, MvH). Een goede voetbal ler, maar van een soort dat Ajax al ruim in voorraad heeft. Om die reden mag Bonsink nu al op zoek naar een nieuwe baas.' Hier zien we een tweede consequentie van een nieuwe trainer: de aankopen van zijn voor ganger zijn hun krediet kwijt en een 'beschermeling', in dit geval Blanker, die Beenhakker natuurlijk goed kende uit zijn periode als jeugdtrainer, wordt naar voren geschoven. Lopend patiënt Bij zijn aantreden had Beenhakker Ajax 'doodziek' verklaard. Na een onverwacht goed gespeelde wedstrijd tegen AZ '67 (3-2 winst) had dokter Beenhakker zijn diagnose ietwat bij gesteld: 'Laten we zeggen dat Ajax lo pend patiënt is geworden.' Een goede Europese wedstrijd tegen het zwakke Helsinki zou het herstel verder kun nen bevorderen. In Finland was men verheugd met de komst van de - in hun ogen - nog steeds gerenommeerde club. Hulptrainer Esa Heinonen van HJK Helsinki: 'Voor de loting hadden we een lijstje gemaakt met clubs die we graag in het Oympisch Stadion wil den ontvangen. Ajax stond op een van de eerste plaatsen.' Illusies over een kolkend Olympisch Stadion maakte Heinonen zich echter niet. 'In Finland lopen de meeste men sen nauwelijks warm voor voetbal, eenvoudigweg omdat ijshockey meer aantrekkingskracht uitoefent. In de winter spelen die clubs twee wedstrij den in de week. De toegangsprijzen zijn er hoger dan bij voetballen. Dus als het seizoen voor ons in april begint, kunnen de mensen gewoon niet meer veel geld uitgeven voor de voetballerij.' Soren Lerby in duel met de Finnen Juha Dahllund (links) en Pasi Rautiainen. FOTO: ARCHIEF AJAX De voetballers van Helsingin Jalkapollo Klubi waren veredelde amateurs. Heinonen: 'De spelers hou den wat aan hun voetbalactiviteiten over, maar dat geldt niet in de eerste plaats in financieel opzicht. Het gaat vooral om een maatschappelijke car rière.' Ondanks alle beperkingen werd er op 19 september 1979 geschiedenis geschreven in het Olympisch Stadion. Voor het eerst sinds 1965 kwamen er meer dan 17.000 toeschouwers naar een wedstrijd van de thuisclub. Het aantal van 17.020 was meer dan de helft van het totaal aan bezoekers dat Helsinki in het hele vorige seizoen had getrokken. Zij kregen waar voor hun geld. Ajax won moeiteloos met 8-1, tot op de dag van vandaag de grootste uitoverwinning van de club in het Europese voetbal. Lerby (2x), Arnesen (2x), Tahamata (2x), Krol (strafschop) en Ling scoorden voor Ajax. Wim Meutstege, die met een mislukte terugspeelbal in de eerste mi nuut de spanning er nog bijna had in gebracht: 'We hebben er een veredelde training van gemaakt. In Nederland heb je het tegen een amateurclub vaak moeilijker, omdat die jongens zich doodvechten. Maar hier bleven ze hun spelletje tot de allerlaatste minuut meespelen. Niet schopperig, gewoon voetballen.' Helsinki-reserve Juha Pekka Laine, ooit voor MW spelend: 'De nacht voor de wedstrijd hebben de meeste jongens slecht ge slapen. Na deze afstraffing zullen ze dat weer doen.' En in het Olympisch Stadion van Helsinki keerde de voet- balrust weer terug. november 2006 Ruud Krol brengt Ajax in het begin van de tweede helft uit een strafschop op 5-1nadat enkele minuten eerder Helsinki eveneens vanaf elf meter had tegengescoord. FOTO: ARCHIEF AJAX

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 2006 | | pagina 43