De eerste! Voetballen was vuurwerk voor Piet Burgers Piet Burgers heeft foto's genoeg uit zijn Ajax-tijd, maar ze zijn vrijwel allemaal onscherp. Dat komt omdat het kopietjes zijn, gemaakt met een digitale camera. De originelen heeft hij aan zijn kleinzoon gegeven. De herinneringen aan zijn voetbaltijd zijn echter wel nog haar scherp bij de 73-jarige Noord-Amsterdammer. 'Ik scoorde 28 doelpunten in een seizoen, maar het jaar erop stond ik weer in het tweede. Ik was de eerste topscorer van Ajax in het betaald voetbal, maar dat lees je nergens.' tekst Marcelle van Hoof Het is meer dan vijftig jaar geleden, maar het zit Piet Burgers nog steeds niet lek ker dat hij bij Ajax slechts in één seizoen op waarde werd geschat. 'Ik scoorde aan de lo pende band. Heb dat altijd gedaan. Ik ben begonnen bij DWV, en kwam in het Amsterdams jeugdelftal. De selec tiewedstrijden werden gespeeld op de voorvelden van het Ajax-stadion. Op het ene veld speelden jongens van Ajax, DWS, Blauw Wit, De Volewijckers; op het andere spelertjes van de 'kleinere' clubs, waaronder mijn DWV. De voor zitter van DWV zei tegen de selectie mensen van de bond dat ze eens op dat andere veld moesten gaan kijken, want daar speelde Piet Burgers. En ik speelde altijd goed. Ze hebben me geselecteerd. Ik was toen zestien jaar oud. Het is lang geleden, maar dat soort dingen vergeet je niet gauw. 'In de jeugd had Ajax me ook al ge vraagd, maar ik had er geen trek in. Ik zat lekker bij DWV, hoewel ze te lang de oude hap bleven opstellen en de jeugd te weinig kansen gaven. We zijn daar door gedegradeerd. Ik debuteerde op mijn achttiende in het eerste. Op mijn twintigste ben ik naar wedstrijdsecre taris Arie de Wit van Ajax gegaan, die kende ik, hij woonde ook in Amsterdam Noord, en bood mezelf aan bij Ajax. Dat vond hij goed.' Dat was in 1953. 'Ik kwam in het derde elftal terecht. Dat speelde op zondag middag voor het eerste elftal op een voorveld. Dan kwamen mensen al eerder kijken. Op een gegeven moment kwam de mededeling dat ik mee kon naar een uitwedstrijd tegen Stormvogels, in IJmuiden. Ik dacht dat ik reserve zou staan, maar ik mocht meedoen. Dat ver geet ik nooit. In mijn tweede wedstrijd, thuis tegen Enschedese Boys, scoorde ik al met het hoofd. Ik scoorde altijd. Maar wat gebeurde er: de week erop speelde ik weer in het tweede. Ik heb dat wel vaker gehad, dat ik me afvroeg hoe dat allemaal kon gebeuren. Maar dat kon je helemaal niet vragen aan de trainer, in dit geval Walter Crook. Dat deed je eenvoudigweg niet. 'In mijn tweede seizoen was Karl Humenberger trainer. Ik werd meteen opgesteld. Ik was de eerste topscorer van Ajax in het betaald voetbal. 17 doelpun ten zou ik gemaakt hebben, maar dat waren er eigenlijk 18. Bovendien waren er dat seizoen twee competities, de eerste werd afgebroken omdat in november de KNVB het betaald voetbal invoerde. En in die eerste competitie maakte ik ook al elf doelpunten, dus totaal maakte ik er dat seizoen 28, of beter gezegd: 29. Nou, dat kunnen er maar weinig zeggen, hoor. Maar er is amper een letter over Piet Burgers geschreven.' Vol trots laat Burgers een cartoon van zichzelf zien, met daarbij de tekst: 'Burgers Altijd Goals'. Vriendjespolitiek In het daarop volgende seizoen deed Burgers echter maar in vier wedstrijden mee. 'Dat is toch belachelijk. Ik was de topscorer geweest! Maar ze had den voor dat seizoen Piet van der Kuil gekocht, een Nederlands elftalspeler, en die moest worden opgesteld. Een goede speler, hoor, natuurlijk, maar ik had ook het een en ander bewezen. Later kochten ze Wim Bleyenberg, ook een aanvaller. Ze hadden Piet Burgers niet meer nodig. Dus zetten ze Piet Burgers maar op de transferlijst! Ik begreep en begrijp er niets van. Het was pure vriendjespoli tiek, daar was ik van overtuigd. Maar waar moest je verhaal halen? Het zit me nog niet lekker. Ik ben daarna voor drie duizend gulden naar 't Gooi gegaan, met Gert Bals in het doel. Zijn we kampioen van de Tweede Divisie geworden, en ik maakte dertig doelpunten. Ik scoorde altijd. Tot op late leeftijd. Ik heb tot mijn zestigste gevoetbald, altijd in de voorhoede, altijd de goals voor mijn rekening genomen. Voetballen is voor mij aanvallen, vuurwerk. 'Ik zit bij Lucky Ajax en heb het er nog weieens over, bijvoorbeeld met Loek den Edel. Die begreep ook niet waarom ze me niet opstelden. Ik heb niks bij zonders uitgehaald, was geen lastige speler. Rinus Michels, Ger van Mourik: goeie kerels hoor, maar zij hadden misschien een vlottere babbel. Ik was meer bescheiden. Maar ik was een goeie voetballer: kon én koppen én links én rechts trappen. Ik werkte hard, en had genoeg techniek in huis. Ik had Piet Burgers (rechts) scoort in zijn tweede wedstrijd voor Ajax met een fraaie kopbal (28 maart 1954, Ajax - Enschedese Boys 2-2). T april 2006 31

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 2006 | | pagina 31