Onvoltooid verleden Tot en met de finale ontlading drong Michel Kreek de lichamelijke ongemakken weg, daarna was de batterij leeg Vreugde en verbetenheid tekst David Endt fotografie Louis van de Vuurst In 1986 werd het Bl-elftal van Ajax kampioen. Een heerlijke belevenis voor de voetballers, hun trainer en hun leider, maar in het beeld van de Ajax-historie geen unieke weelde. Jeugdelftallen en kampioenschappen, bij Ajax hoorden die bij elkaar. Het speciale van deze titel werd pas een aantal jaren later duidelijk. Het bleek namelijk een gouden lichting voetballers te zijn. Een daarvan schopte het zelfs tot recordinternational. Frank de Boer en zijn broertje Ronald waren met Richard Witschge en Danny Muller de smaakmakers van het junio renteam. Bergkamp... Vink... Michel Kreek viel minder op door briljant talent maar hij was er wel. Tanig en onver zettelijk, met vreugde en verbetenheid. Zet 'm op, Michel! Actieradius op links en een toen al fijne lange trap voor zowel de passing als het doelgerichte schot. Op links. Daar had-ie altijd gespeeld. Vanaf zijn achtste jaar toen hij zijn clubje uit West verliet omdat hij er bij de Talentendagen van Ajax tus senuit was gepikt. Daar ging Michel, van west naar oost, bijna iedere dag. Om aan de Middenweg zijn jongens droom na te streven. Linksbuiten, links back, linksmidden. Kampioenschappen met de junioren en samenspelen met begaafde leeftijdgenoten die zich naar de Oranjeshirts voetbalden. Een generatie verder duurde het ook net wat langer dan de talent-gekusten eer Kreek het eerste elftal bereikte. Op een herfstdag in 1989 waren er dertien invalminuten voor hem weggelegd in het Haarlem-stadion. Bladerloze bomen aan de Jan Gijzenkade. Een jongen stroopt zijn trainingsbroek van zijn benen af, mikt zijn jack op de bank. Smalle bleke benen, smal en bleek gezicht. De stand is glad en onkreuk baar: Van 't Schip eruit - Michel Kreek erin. Wie? Michel Kreek, nieuwe loot aan de Ajax-stam, Amsterdammer tot in het diepst van zijn vezels. Op de linker vleugel maakte hij de tijd vol, net genoeg om een klassieke schaarbeweging ten beste te geven waarmee hij de kijkers in de waan bracht dat hij een echte Ajax- linksbuiten was. Voor het eerst in het hoogste shirt, zou er meer in zitten? Het was niet zo vanzelfsprekend, er moest geknokt worden, obstakels dienden opzij gezet worden. Maar Michel ging het gevecht niet uit de weg. Voetballen in het tweede, zorgen dat je beter wordt. Zet 'm op, Michel, ga ervoor! Hij zette zijn tanden in zijn uitdaging, zo mooi zou het zijn voet baller, profvoetballer te worden. Het contract kwam. Een contractje. Maar wat maakte dat uit, een eerste mijlpaal was bereikt. En een dik jaar na de dertien Haarlemse minuten was de bescheiden maar serieus ogende Michel Kreek opeens een vaste waarde in Ajax 1. Links op het middenveld groeide hij in het elftal, groeide hij in zijn rol. Nummer 8: Michel Kreek. Een steunpilaar gesteund door het elf tal dat tikte als een Zwitsers horloge. Onvermurwbaar zette hij zijn pijntjes opzij, bikkelde en draafde, passte en schoot. Legde tegenstanders genade loos aan banden. Ajax ging de UEFA Cup winnen, een onmogelijk bereik baar geacht doel bereiken. De club stei gerde naar de Europese top en Michel zat hoog te paard. Ah, de vreugde na de verbetenheid! Het seizoen was als in een roes voorbijgegaan. Tijd om bij de evenementen en de zich opstapelende hoogtepunten stil te staan was er amper. De volgende wedstrijd volgde. Tot en met de finale. Tot en met de finale ont lading drong Kreek de lichamelijke ongemakken weg, daarna was de bat terij leeg. De benen die een jaar lang zo sterk waren geweest, waren gevuld met leegte. Zijn smalle gezicht was ongezond spits. Maar wat een gezegend seizoen was het geweest, wat een onvergetelijke aaneenschakeling van emotiegeladen momenten. Het leek een voltooiing terwijl het nog maar een begin was. Maar voorbij het begin kwam de hapering. Werklustige inzet, onvoorwaardelijke overgave, pro fessioneel en serieus. Zet 'm op, Michel! Maar het magisch gevoel leek door de nieuwe realiteit te zijn aangetast. Blessures deden hem pijn. Verbazend was het. De vanzelfsprekendheid van zijn droomseizoen was vervangen door stroefheid die lang niet altijd zichtbaar - maar voor hem wel voelbaar was. Op een herfstige woensdag in oktober, alweer vijf jaar na zijn debuut en alweer 113 wedstrijden later, voetbalde Michel in Wenen zijn laatste Ajax-minuten. Een nieuwe linkermiddenvelder had zich aangediend, eentje die dat seizoen een schitterjaar zou doormaken. Voor Michel zag de toekomst grauw, leek het verleden ongrijpbaar. Italië lonkte, riep, zoog. En Amsterdamse Michel pakte zijn boeltje, bedankte zijn club en reisde naar een nieuw leven. Twaalf louterende jaren. Van Padua tot Perugia, van Arnhem tot Athene. En zelfs nog Tilburg. Michel Kreek, alom gewaardeerd en gevierd en onveranderd voetballend in zijn kracht. Fundamenten die hem waarlijk geliefd maakten in het land waarop hijzelf verliefd werd, Italië. Gioia e grinta, forza Michel! Vreugde en verbetenheid... Twintig jaar na het B-juniorenkam pioenschap in de Meer meldde Michel zich op de Toekomst. Om zijn moege- voetbalde lijf af te trainen en om zich te richten op weer een nieuwe fase in zijn leven. Trainer Kreek die ooit jonge voet ballers de weg naar een beloofd land zal wijzen, een kampioenschap mee zal vieren. Iets terug zal te geven door ze iets mee te geven. maart 2006 35

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 2006 | | pagina 35