'Als het als team goed loopt, kom je als individu ele spelers ook het best tot je recht. Als je het omdraait, werkt het niet' hoe niet. Daar vulden we elkaar heel goed aan. Hier moeten we nog groeien in dat proces. Anticiperen op specifieke kwaliteiten van je medespelers, daar kan je in een wedstrijd heel veel profijt van hebben.' Maar is dan niet het probleem dat Ajax zo weinig in hetzelfde systeem heeft gespeeld? Huntelaar: 'Dat hoor ik vaak, ja. Maar soms word je door de omstandigheden gedwongen.' Eigen doel Na een lichte aarzeling is de lopende band waaraan Huntelaar scoort weer op gang gekomen. Waar Ajax het chro nisch kwijt was, wist de nieuwe midvoor het net weer te vinden. In die zin heeft hij zich gelukkig niet aangepast aan de dit seizoen heersende norm. Huntelaar scoort, maar geeft aan in zijn oriëntatie wel even te hebben moeten wennen aan het andere decor. In het Abe Lenstra Stadion kan je door het net heen de sup porters een hand geven. In de ArenA scoor je tegen de achtergrond van een niemandsland. 'Hier is het allemaal wat verder van het veld af,' legt de topscorer uit. 'Als je op het veld staat is het hele aanzicht anders. Als je de goal ziet, zie je daarachter een heel grote bak. Heel veel beton waar je tegenaan kijkt. Dat geeft een heel erg ruimtelijk effect. Daar moet je aan wennen. Als je bij Heerenveen voor de goal stond leek het allemaal wat kleiner. Het mag eigenlijk geen verschil maken voor het gemak waar mee je scoort, maar het is wel anders. Ik vind het zelf wel fijner scoren als je de tribunes vlak achter de goal ziet. Dan heb je ook wat meer connectie met de supporters. Dat vind ik altijd wel mooi.' Huntelaar scoorde met Heerenveen tegen Ajax en met Ajax tegen Heeren veen. Twee maal een eigen doelpunt. 'Een doelpunt is een doelpunt,' luidt Huntelaars waarheid als een koe. 'Alleen de sfeer eromheen was bij zonder. Wat ook wel apart was, was dat het telkens de eerste wedstrijd was dat we tegen elkaar speelden. En vooral omdat het net allemaal gewisseld is. Opeens zit je in de andere kleedkamer bij een thuiswedstrijd van Heerenveen. Die eerste goal was een fijne manier om afscheid van je oude club te nemen. Op dat moment was het voor Ajax minder, maar ik speelde tegen Ajax. Ik hoorde de neiging me ook vooral op mezelf te concentreren. Ook niet om me zo snel mogelijk te bewijzen. Als het als team goed loopt, kom je als individuele spe lers ook het best tot je recht. Als je het omdraait, werkt het niet. Ook niet als je als individuele speler de misplaatste verantwoordelijkheid voelt om het team over een dood punt heen tillen. Dat lukt je namelijk nooit alleen. Je kunt moeilijk als spits de bal achterin ophalen, ieder een passeren en scoren. Als iedereen zijn energie in het team steekt, komen de kwaliteiten van iedereen het best tot hun recht. Je moet simpel spelen. Balbezit houden. Je moet de juiste keuze maken. Je moet goed staan. Als dat zo is, kan je voor elkaar problemen oplos sen: vuil werk opknappen, balverlies voorkomen of de bal heroveren. Als je sneller in balbezit komt, hoef je minder lang achter je tegenstander aan te lopen. Dan kan je zelf ook weer gaan voetbal len. Dat zijn basisdingen. Goed staan en je taak uitvoeren. 'Bij Heerenveen speelde ik niet beter, maar liep het als team wel gemakke lijker. Over het algemeen was het niveau redelijk. Hier hebben we soms ook veel slechter gespeeld doordat we niet als team voetbalden, of door kleine dingen die niet klopten. Bij Heerenveen waren we al anderhalf jaar bezig. Dan ben je beter op elkaar ingespeeld en weet je hoe je iemand moet benutten en ook 22 Ajax Magazine toen nog bij Heerenveen. Ik heb er wel wat grappige opmerkingen over gekre gen toen ik bij Ajax kwam, maar ieder een wist dat het zo gaat in de voetbal lerij.' Huntelaar is blij dat Heerenveen on danks het vertrek van twee spitsen onveranderd goed presteert. Huntelaar: 'Bij Heerenveen hebben ze het altijd goed voor elkaar. Als er spelers weggaan hebben ze al een plan voor een alternatief klaarliggen. Dat gaat over het algemeen goed. Het gaat nooit echt ten koste van de positie op de ranglijst. Er wordt goed gescout, ze zetten de juiste mensen op de juiste posities in de orga nisatie. Dat zit wel goed. En Heerenveen heeft natuurlijk een goede voorzitter. Riemer van der Velde geniet heel veel respect. Toen er sprake van was dat ik misschien naar Ajax zou gaan, zei hij tegen me dat Ajax me niet kon betalen. Maar dat was prijsopdrijvend bedoeld, volgens mij. Toen het serieus werd, vroeg hij me wat ik wilde. Hij wist wat ik voor ogen had en dat ik niet nog twee jaar bij Heerenveen zou spelen. Hij wenste me veel succes, en meende het ook nog. Na mij vertrok ook Samaras nog, maar van paniek is bij Heerenveen nooit sprake. Het is een warme club, waar ik met veel plezier heb gespeeld. Ik heb ook nog steeds veel contact met spelers van Heerenveen. Petter, Lasse, Bruggink, Bosvelt, Yildirim.' Praatclub Even moest Huntelaar aan zijn nieuwe club wennen, maar het omgekeerde was meer van toepassing. Ajax had opeens weer een klassieke centrumspits. Niet iedereen was er blind van uitgegaan dat Huntelaars specifieke kwaliteiten ook zouden renderen in het onvolprezen Amsterdamse spelsysteem. 'Een spits bij Heerenveen moet ongeveer zo spelen als een spits van Ajax,' legt Huntelaar uit. 'Dus daaraan hoefde ik niet heel erg te wennen. We spelen in hetzelfde systeem. Drie spitsen, met een vrijere rol voor de linkerspits. Bij Heerenveen was dat Samaras of Nilsson, waarbij de laatste meer vanaf de buitenkant speelde. Bij Ajax is dat vooral Rosenberg. Dat gaat heel goed. Ik heb ook bijna altijd 4-3-3 gespeeld. Heel soms 4-4-2, maar dat kwam niet vaak voor. 4-3-3 ligt mij het beste. Maar behalve het systeem is er de inten-

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 2006 | | pagina 22