De eerste!
van de hoekhuizen van de Meer.
Het was een kleine woning. Hij hield
wedstrijdbesprekingen thuis, dan zaten
wij op de grond, maar dat gaf helemaal
niet. Het was een vreselijke aardige
man, net als zijn vrouw. Bij Humen-
berger mochten de vrouwen mee in
de spelersbus naar uitwedstrijden.
Zijn opvolger, Vic Buckingham schafte
dat bij zijn komst in 1959 meteen af.
"Naar je werk neem je ook je vrouw
niet mee," zei hij. Niet in het
Nederlands hoor, want Buckingham
vertikte het om Nederlands te leren.
Je moest Engels tegen hem praten.
Het was een heel typische trainer.
Ik heb meegemaakt dat ik bij een kop
duel een klap op mijn oog kreeg en
niets meer zag. Ik liep naar de kant toe
om het te zeggen. Het enige dat hij zei
was: 'Piss off, play football.Dat zal ik
nooit vergeten. Ik vertelde het tegen
mijn aanvoerder, Ger van Mourik,
die de scheidsrechter inlichtte. Die leg
de het spel stil, waarna verzorger
Salo Muller het veld in kwam. Die haal
de me meteen uit het veld. Ik heb twee
weken met een doekje voor mijn oog
moeten lopen. Uiteindelijk is het goed
gekomen, maar die reactie typeerde
Buckingham. Ik heb het nooit met hem
uitgesproken, daar was hij te veel een
persoonlijkheid voor. Hij stond heel ver
boven de groep, dat is hem later ook
opgebroken.'
Vriendschap
'Bij Zeeburgia was ik aanvankelijk
voorhoedespeler, maar in het Neder
lands jeugdelftal zette de trainer, Karei
Kaufmann, me rechtshalf. Ik ben nooit
meer van die plek weggegaan. Bij Ajax
nam ik die positie over van Bobby
Haarms. We werden desondanks meteen
vrienden, zijn dat tot op de dag van
vandaag. We kunnen lezen en schrijven
met elkaar. Ik heb hem later weieens
gevraagd of hij niet boos was dat ik
zijn positie overnam. 'Dat heb ik bij jou
nooit gehad,' antwoordde hij.
'Als een speler in de voorhoede gebles
seerd raakte, schoof ik weieens naar
voren, en dan speelde Bob rechtshalf.
Als voorhoedespeler heb ik in 1959 nog
eens drie doelpunten gemaakt in de Kuip
tegen Feyenoord. We wonnen met 5-0.'
Van Ham speelde in zijn eerste sei
zoen alle 34 competitiewedstrijden.
Zijn debuut tegen MW kan hij zich
niet meer herinneren. Wel zijn sterke
punten: 'Ik was een goede kopper,
ondanks mijn geringe lengte. Ik had
een goede sprongkracht en goede
timing. Het ging vanzelf. Ik was niet
bang om te koppen. Ik moest het van
mijn techniek hebben, maar kon ook
ook heel goed een bal afpakken.
Dat was echt een gave. De jongens
vroegen weieens hoe ik dat deed, maar
dat wist ik niet. Het ging vanzelf.
Salo Muller heeft destijds in een inter
view gezegd dat hij nog nooit iemand
met zulke soepele spieren had mee
gemaakt als ik. Ik zat volgens hem heel
los in mijn lichaam.
'Bij Zeeburgia was ik een creatieve spe
ler, bij Ajax meer een dienende. Als we
tegen Fortuna '54 speelden, moest ik
Faas Wilkes uitschakelen. Ik mocht
helemaal niet van hem weg, die kerel
werd gek van me. Maar het was een
aardige vent, hoor, Wilkes. Abe Lenstra:
idem dito, maar die begon tegen me te
mopperen. Maar ik was een sportieve
speler; gaf niet iemand moedwillig een
schop. Als ik een schop kreeg van een
tegenstander, kwam Co Prins naar me
toe met de belofte dat hij die man wel
even terug zou pakken. Ik vertelde
hem dat hij rustig aan moest doen,
maar dat lukte niet altijd bij Co.
Buiten het veld was het een verschrik
kelijk aardige man.'
Nette jongen
Van Ham leek een gouden toekomst als
rechtshalf bij Ajax tegemoet te gaan.
Aan het einde van Van Hams derde
seizoen ging het echter goed mis.
'Ik raakte zwaar geblesseerd aan mijn
lies. Het leek alsof er een mes in ges
token was. Ik miste daardoor de kam
pioenswedstrijd tegen Feyenoord in
februari 2006 31