De make-over van stadion de Meer
Arie van Eijden heeft grote stem in de talloze verbouwingen
Ook voor de familie Van Eijden zijn de diverse Ajax-stadions 'historische grond'; ze wonen er praktisch. Opa Van
Eijden heeft reeds in de jaren twintig een seizoenkaart in het oude 'Houten Stadion'. Vader Van Eijden is niet weg te
slaan uit de Meer en de vier zoons Arie, Jan, Hans en Cor brengen een groot deel van hun jeugd aan de Middenweg
door. Arie maakt het het 'bontst'. Hij voetbalt honderden keren op het jeugdcomplex Voorland, het hoofdveld van het
stadion en de bijvelden. En dat is nog niet genoeg: hij heeft een grote stem in de talloze (commercieel geïnspireerde)
verbouwingen van de jaren 1980.
tekst Marcelle van Hoof
Ajax A1 poseert in stadion de Meer.
Staand van links naar rechts:
Brouwer, Arie van Eijden, Rolf
Grootenboer, Ron Boomgaard,
Günther de Haan, Han Meijer,
Hennie Cruijff en Jack Rowley.
Zittend van links naar rechts: Jany
van der Veen, Han Driessen, Adri
van Dijk, Ton Fens, Bertus Strijks,
Wim Suurbier en Piet de Waal.
Daan Roodenburgh, de archi
tect van het in 1934 geopen
de Ajax-stadion, is niet
bepaald geoccupeerd met
commerciële overwegingen
bij het ontwerp van het stadion. Niet
verwonderlijk, want Ajax is in die tijd
nog een amateurvereniging. Maar
Roodenburgh laat zich ook niet leiden
door louter sportieve overwegingen,
neen, het Ajax-stadion zal - zo luidt de
opdracht - een knus onderkomen voor
de hele Ajax-familie vormen, of, zoals
Roodenburgh het omschrijft: een mooi
huis in een grote tuin. De vorm en leef
sfeer zijn net zo belangrijk als de efficien
cy. Zo springt het hoofdgebouw als een
woningblok naar voren. De ramen lopen
in een verticale lijn met de vele deuren
van de sportzaal. Dat geeft het stadion
een huiselijk aanzicht. Tussen de tribunes
bouwt hij op de hoeken vier vijfhoekige
huizen. Deze kleine huizen zijn in wezen
onpraktisch, door hun vorm, ligging en
grootte, maar ze passen uitstekend in de
evenwichtige vorm van het stadion. Dit
illustreert Rooden-burghs streven veel
aandacht te besteden aan het uiterlijk
van het stadion. Na een aantal jaren
kiest Ajax, mede uit oogpunt van beveili
ging, voor permanente bewoning van in
ieder geval één van de hoekhuizen.
Bij een gezellig huis hoort een tuin. Op
en rond de plek waar hoeve Voorland
heeft gestaan, staan veel bomen.
Roodenburgh probeert zoveel mogelijk
bomen op het oude erf te sparen. Een
groene oprijlaan leidt naar het stadion en
de twee bijvelden zijn omringd door heg
gen. Roodenburgh is dan ook niet
bepaald blij als er vanaf de jaren 1950
steeds meer reclameborden in het stadion
verschijnen.
Arie van Eijden wordt als tienjarig jon
getje lid van Ajax. Hij doorloopt de hele
jeugdopleiding, en wordt in 1964, op het
hoofdveld, tegen Volendam met het
hoogste juniorenteam kampioen van
Nederland. Met één teamgenoot heeft hij
niet alleen een voetbalband. Net als
Johan Cruijff beoefent Van Eijden honk
bal binnen Ajax (ook Kick Geudeker,
Ger Beumer, Bobby Haarms, Jan van
Drecht, Henk Blomvliet en Ger van
Mourik zijn bekende voet- c.q. honkbal
lers van Ajax).
Honkbalwedstrijd
Het honkbal is aanvankelijk zeer popu
lair. Zo'n drieduizend mensen bezoeken
gemiddeld de thuiswedstrijden van Ajax.
De entree voor een honkbalwedstrijd is
niet hoog. In april 1959 kost een kaartje
voor alle rangen 50 cent en voor kinde
ren een kwartje. In de jaren vijftig komt
het geregeld voor dat op het Ajax-com-
plex 's ochtends wordt gehonkbald en 's
middags gecricket. Vervolgens verwisse
len de verschillende sportteams hun
tenues voor een voetbalplunje en wordt
een voetbalwedstrijd gespeeld tussen het
cricket- en honkbalteam in het stadion.
Met het uitbreiden van de competities en
de hogere eisen van de voetbaltrainers
komt het honkbal steeds meer in het
gedrang. Vanaf het midden van de jaren
zestig worden selectiespelers voor de
keuze gesteld: honkbal of voetbal. Voor
wie goed kan voetballen, zoals Van
Eijden, is die keuze niet moeilijk.
In 1972 wordt de honkbalafdeling opge
heven.
Van Eijden voetbalt op dat moment als
amateur bij Ajax, iets dat hij zo'n twintig
jaar zal blijven doen. In 1971 heeft hij bij
RCH zijn betaald voetballoopbaan afge
sloten. Hij geeft de voorrang aan een
maatschappelijke loopbaan, bij Shell. In
de avonduren volgt hij cursussen marke
ting. Die komen bijzonder goed van pas
bij zijn bestuurlijke bezigheden bij Ajax;
als commissaris algemene zaken en
(later) algemeen directeur heeft hij een
bijzonder oog voor de commerciële mo
gelijkheden van zowel club als stadion.
Eén van de eerste veranderingen in het
54 ARIE Magazine