De algemeen directeur ontvangt uit handen van de voorzitter het delftsblauwe bord behorende bij het veertigjarige lidmaatschap van Ajax (3 november 2002). Je bleef in die tijd wel bij Ajax komen. 'We hadden gewoon onze plaatsen op 110. Bijna elke thuiswedstrijd zat ik daar, en op zaterdag ging ik bij de jeugd of de zaterdag kijken. Ik kreeg ook een uitnodiging om bij de opening van de Toekomst te zijn, maar dat kon ik emotioneel niet opbrengen. Die vrijdagavond ben ik met Janna in de stad gaan eten. We wisten dat het om negen uur afgelopen was en zijn om half tien toch even naar het parkeerterrein gereden. Alles was nog verlicht, we zijn even stil blijven staan kijken en daarna weggereden. Het was zo emotioneel omdat ik had meegewerkt aan de ontwikkeling van het stadion en van de Toekomst.' 28 april 2002: de kampioenen van 1977 alsnog gehuldigd. Een paar jaar later werd je gerehabiliteerd. 'In februari 2000 was ik met mijn gezin op vakantie in Mexico. Daar kreeg ik bericht of ik op zaterdagochtend voor tien uur uur Michael van Praag wilde bellen. Ik belde Michael en hij zei: "Arie, de Ledenraad en het bestuur zijn tot de conclusie gekomen dat ze een fout hebben gemaakt. We willen het royement ongedaan maken. Wil je weer lid worden?" Ik zei tegen Michael dat hij me hiermee verraste, ik moest er even over nadenken. Ik was nog een weekje op vakantie en kwam 15 maart weer terug in Nederland. De vereniging Ajax vierde toen haar honderdjarig bestaan. Op vrijdag was het grote feest voor de club en het personeel in Aalsmeer, op zaterdagavond was het concert in het Concertgebouw. Daar was ik voor uitgenodigd vanwege mijn functie bij de KNVB. Op zondag middag had ik een uitnodiging voor de presentatie van het jubileumboek op de Toekomst, want daar had ik aan meegewerkt. Die donderdag voor de festiviteiten heb ik Michael gebeld. Ik zei: "Ik zou jokken als ik niet zeg dat ik zo trots ben als een pauw. Dus ik doe het, op twee voorwaarden: als ik ooit uit jullie mond hoor dat het gratie is of dat het is omdat Ajax honderd jaar bestaat, dan zeg ik je nu: dan doe ik het niet. Want jij hebt vorige week gezegd dat jullie een fout hebben gemaakt. Dat vond ik al jaren. Wat de kranten ook schrijven." Michael antwoordde dat hij het geweldig zou vinden als ik op het feest kwam. Uiteindelijk ben ik een clubman, dus ik ben naar het feest geweest. Emotioneel, want m'n broer Cor werd tot lid van verdienste benoemd. Op het feest in het Concertgebouw waren wat journalisten en toen begon het al te suizenArie dit en Arie dat. Er werd meteen gesugge reerd dat dit het begin was van mijn terugkeer als directeur. Jongens laat me alsjeblieft met rust, zei ik, ik ben weer lid geworden van mijn kerkgenoot schap, en verder heb ik het heerlijk naar m'n zin bij de KNVB, die job is nog lang niet klaar. Alsjeblieft zeg. Frank Kales zat er nog, Jeroen Slop kende ik nog niet, die heb ik toen voor het eerst een hand gegeven. 'Tja, wat een verschil. Dat ritje naar de Toekomst was er een met oude emoties richting mijn club. Tot aan tranen toe. Die rit naar het Concertgebouw had het ultieme rehabilitatiegevoel. Want mijn club zag in dat ze misschien toch niet goed had gehandeld. Dat is het ultieme gevoel.' En dan keerde je er nog in functie terug ook. 'Dat ging pas veel later spelen. In de zomer, tijdens het EK, zei Michael dat hij opdracht had van de raad van commissarissen om mij te polsen voor een terugkeer. Na een gesprek, hier in deze kamer, zeiden de heren: "Dan zijn we eruit." Nou nee, antwoordde ik, nog niet. Ik wilde eerst even met het thuisfront overleggen. Kijk, vrouwen zien dat toch wat harder dan mannen. In hun ogen was ik door Ajax gepie peld, gepakt. Ik zal nooit vergeten dat Janna bijna woorden kreeg met m'n jongste dochter, die toen ook thuis was. Tot Janna zei: "Kim, laten we maar stoppen. Wij krijgen ruzie en hij doet toch z'n eigen zin.'" En dat heb je gedaan. Hoe kijk je erop terug? 'Op een mooie periode van vijf jaar waarin ik de opdracht had de club financieel gezond te maken en het clubgevoel terug te brengen. Ik kende de club natuurlijk van haver tot gort, maar het moge duidelijk zijn dat ik een heel andere organisatie aantrof dan ik indertijd had verlaten toen ik vanuit de Meer naar Zeist ging. Daarom is mijn periode bij de KNVB zo'n goede geweest. Dat was een veel grotere orga nisatie dan Ajax. Hier waren we toch allemaal een beetje doe-het-zelvers. De organisatie Ajax was bij mijn terug komst een beetje uit z'n voegen 24 ARIE Magazine

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 2005 | | pagina 24