Kees de Ruiter, dat waren harde ver dedigers. Maar meestal was het wel gebaseerd op voetbal.' Jij was intussen ook een heel behoorlijke schoolleerling. 'Ze hebben mij thuis nooit hoeven sti muleren om mijn schoolwerk te doen, nee. Ik kon aardig leren. We woonden inmiddels in Geuzenveld en ik zat op het Overtoomse veld op het Cartesius- lyceum. Ik ging 's ochtends met mijn schooltas naar school en als ik moest trainen, met name in de latere jeugd, kwam een van mijn broers op de fiets mijn schooltas halen en mijn voetbaltas brengen en ging ik met de fiets door naar Ajax. Dat was een uur fietsen. Dan was het 's avonds een opgewarmde maaltijd, en 's ochtends om zes uur ging de wekker en ging ik mijn huiswerk maken. Achteraf ben ik blij dat het er bij mij niet is ingeslopen om vanwege het voetbal de school de school te laten. Ik speelde in de betaalde jeugdcom- petitie, maar in die tijd, halverwege de jaren zestig, moest je op zaterdagoch tend nog naar school. Het is wel voor gekomen dat er na school bij het Cartesius een taxi voor de deur stond om mij op te halen. Dat werd door Ajax geregeld, zodat ik op tijd op het station kon zijn. Direct na mijn eindexamen kreeg ik mijn eerste semi-profcontract. Ik heb toen meegespeeld in de openings wedstrijd van de overdekte Reynolds- tribune tegen Stoke City, als rechts achter, met Barry Hulshoff als voorstopper. Wat een feest was dat voor mij. De Meer zat vol. Ik speelde dat seizoen twee keer mee met het eerste, toen moest ik in militaire dienst. Na drie maanden klapte mijn long in. Toen ik daarvan hersteld was, gebeurde het weer. Alles bij elkaar heeft die long me anderhalf jaar gekost. De mistwed- strijd tegen Liverpool zou ik normaliter gespeeld hebben en nog niet Barry, maar ik lag op mijn ziekenhuiskamertje naar de televisie te kijken. Toen ik terugkwam, merkte ik dat ik de aanslui ting gemist had. Of ik het zonder die longziekte wél gehaald zou hebben, kun je niet zeggen. Op dat moment denk je van wel, maar het hangt natuur lijk van zoveel toevalligheden af. Je bent dan een tijdje boos, maar dat houdt een keer op. Ik kreeg door dat ik me op het maatschappelijke moest oriënteren en na een paar keer solliciteren werd ik bij mijn gedroomde werkgever Shell aan genomen. "De Koninklijke"... Mijn grootouders kenden iemand die daar werkte en dat had me altijd geobse deerd. Nadat ik nog een paar jaar in het tweede gespeeld had, verkocht Ajax me aan RCH voor het kapitale bedrag van zesduizend gulden. De brief van Jan Westrik, met wie ik later nog in het bestuur gezeten heb, heb ik nog steeds. Als semi-prof heb ik twee jaar bij RCH gespeeld. We hadden de snelste verde diging van Heemstede, kregen heel wat penalty's tegen. Johan Neeskens was er met zijn zeventien jaar de coming man. Er was veel belangstelling voor hem; ik heb hem een beetje richting Ajax gepraat.' Want Ajax was nog steeds je club. 'Natuurlijk. Dat blijft altijd. Na twee jaar RCH vond ik dat ik het voetbal niet meer kon combineren met mijn werk bij Shell. Onze oudste dochter was inmiddels ook geboren. Vier, vijf keer per week trainen ging niet meer. Dus ging ik lekker op zondagochtend bij Ajax 3 voetballen. Voetballen was vanaf dat moment puur hobby, al was het wel een serieuze hobby.' Ajax won in die periode de ene na de andere Europa Cup. Toen jij in 1977 in het bestuur kwam, was Ajax niet meer dat grote Ajax. De club had nog wel de naam, maar niet meer de daadkracht. 'Ajax had financieel niets overgehou den aan die grote periode. We moesten dus opleiden, blijven bouwen. Dat is altijd zo geweest. Er konden geen spelers verkocht worden als er geen bijzondere baten waren. We moesten dus creatief gaan nadenken over de vraag hoe we de inkomsten structureler konden maken. Ajax was afhankelijk van de kaartverkoop. Speel je een keer een slechte wedstrijd, dan blijven de mensen de volgende keer weg en heb je een strop. We hebben toen voor het eerst een sponsormodel opgezet. Samen met het bureau Inter Football hebben we het gebruik van de naam, het logo en het collectief van Ajax aan geboden aan het bedrijfsleven ter com municatie van hun eigen boodschap pen. Mooi gezegd, maar niemand had er ervaring mee. Via een advertentie in Adformatie zijn we aan onze eerste vier sponsors gekomen. Gall Gall, Martinair, Citroën en Nuts, en kort erna Neckermann. Vervolgens zijn we dat gaan uitbouwen: businessplaatsen, sky boxen, shirtreclame. In al die ont wikkelingen liep Ajax voorop. Op de meest gekke momenten vond overleg met Inter Football plaats. Van Shell kreeg ik de ruimte en de vrijheid omdat ik mijn werk goed deed. Het was voor Shell ook zo kwaad niet dat ik Arie in de B-junioren: staand, vierde van rechts. december 2005 21

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 2005 | | pagina 21