Uiterlijk vertoon
'Op koppen valt goed te trainen.
Toch zie je tegenwoordig nauwelijks
meer goede koppers'
jecteerd op de tienerspitsen van AZ. 'Je
houdt ze voor niet té gefocust te zijn en
rustig en ontspannen te blijven als er
een keer niet is gescoord. Meestal komt
het dan vanzelf goed.'
Hoe moeilijk is het om je te verplaatsen
in de gedachtewereld van een tiener en
spaarzame twintiger? Is er sprake van
een generatiekloof tussen de beloftes en
de veertiger?
Het spits-zijn is veranderd, is geëvolu
eerd, merkt Bosman op. Het spel is
sneller geworden, waardoor trage
spelers lijken uitgestorven. Bosman was
in zijn Ajax-jaren ook niet de rapste,
maar compenseerde veel op techniek.
Qua fysiek blonk de Amstelvener ook al
niet uit. Het uiterlijke vertoon waarmee
menige moderne spits zich hoopt te
onderscheiden, bestond nog niet eind
jaren tachtig begin negentig. Bosman:
'Mooie shirtjes, speciale haardracht,
opvallende schoenen; het is allemaal een
beetje cultuur geworden. Sommige spe
lers hebben vijf, zes verschillende paren
nodig per jaar. Niet echt een teken van
vertrouwen, vind ik. Hoe je voetbalt ligt
niet aan je schoenen, het ligt aan jezelf.
Je moet het bij jezelf zoeken. Mijn haar
zit trouwens nog net zo als het dertig
jaar geleden zat.'
De spitsentrainer is er alles aan gelegen
de kwaliteiten van zijn spelers verder te
perfectioneren. Pluspunten moeten
worden bijgeschaafd en gepolijst.
Op het trainingsveld nabij het oude
Ajax-stadion de Meer polijstte de jonge
Bosman zijn koptechniek aan de kop-
galg. 'Koppen is timing en sprong
kracht. Ik kon direct goed koppen,
maar het is een onderdeel waarop goed
valt te trainen. Goede koppers zie je nu
trouwens nauwelijks meer. Je moet niet
bang zijn om de bal te raken.'
Onder Cruijff was het permanent
keihard werken om goals te blijven
scoren. Bosman leerde loeren op kansen
en kansjes. Vooral omdat groepstrainin
gen meestal toch al in het teken stonden
van afwerken op doel. 'Cruijff bleef
maar hameren op kleine dingen. Hoe je
moet lopen, staan, of hoe belangrijk het
is om het juiste moment te kiezen.
Attent blijven en de situatie overzien.
Alles werd heel simpel en helder
uitgelegd. Door veel situaties te trainen,
ging je het uiteindelijk vanzelf zien.'
Een spitsentrainer heeft hij zelf nooit
gemist, stelt Bosman. Dat hij pas op zijn
zestiende debuteerde in de spits, was
evenmin nadelig. Als middenvelder
leerde hij het spel pas echt zien. 'Achteraf
ben ik blij dat ik Cruijff heb gehad.
Een betere spitsentrainer had ik me niet
kunnen wensen. Zonder Cruijff was ik
misschien nooit zo goed geworden.'
Elke spits zijn specialiteit. Op het kunst
grasveld aan de Alkmaarse randweg,
op steenworp afstand van de plek waar
het nieuwe AZ-stadion wordt gebouwd,
passeert een contingent topspitsen de
revue. De spitsentrainer bespreekt
regelmatig acties van wereldspitsen
als Ronaldo, Filippo Inzaghi en
Ruud van Nistelrooy.
'Ronaldo is een voorbeeld van hoe een
spits op randje buitenspel een kans kan
creëren. Inzaghi beweegt en speelt
vooral slim, waardoor hij zijn goaltjes
vanzelf meepakt. Van Nistelrooy is
vanwege zijn gedrevenheid een pracht
voorbeeld. Zonder fanatisme geen
goals. Zelf was ik geen échte killer,
al was ik wel meedogenloos bij voor
zetten. Die ballen waren voor mij. Er
moet bij een spits killersinstinct
aanwezig zijn. Hij moet de wedstrijd in
gaan met één gedachte: scoren.'
In eigen land is vooral Ryan Babel een
spitsbelofte voor de toekomst, stelt
Bosman. De Ajacied heeft een avond
eerder - in de interland tegen Armenië -
indruk gemaakt op de spitsenspecialist.
'Die jongen heeft wat. Babel is sterk,
snel, brutaal en heeft een schijn
beweging. Hij kan een goeie worden.
Al moet ik wel meer zien van die
jongen. Uiteindelijk wordt ook Babel
afgerekend op goals.'
Eén keer raken
Als de training wordt besloten met een
partijtje balbezit op een mini-veld,
begint het zachtjes te regenen. De spit
sentrainer staakt de registratie en
hult zich in een blauw hesje om zelf nog
even kort mee te doen. De techniek
om de bal één keer te raken bjijkt
nog aanwezig. Jonge beloften worden
naar hartelust de verkeerde kant op
gestuurd.
'Zelf voetballen blijft nog steeds het
allerleukste,' benadrukt Bosman nog
maar eens. 'Al frustreert het soms wel
dat je benen niet altijd meer doen wat je
hoofd wil. Wat ik vooral ben gaan
missen na mijn afscheid? Elke dag
fysiek bezig zijn en de kleedkamer
humor. Maar ook de pijn in mijn
benen na een wedstrijd. Heerlijke pijn
was dat.'
Na zijn afscheid als profspeler voetbal
de hij zeven wedstrijden bij amateur
hoofdklasser AFC. Nu speelt Bosman in
een veteranenteam bij jeugdliefde Roda.
Van pijn in de benen komt het zelden
meer, ouderdomsspierpijn niet mee
gerekend. Sjaak Swart bezorgde hem
inmiddels het nieuwe speelschema van
Lucky Ajax. Ook de wedstrijdjes met de
oud-Ajacieden doen de voetbalpassie
soms hoog oplaaien. Verdriet wierp
lang een rouwsluier over de mooie
kanten van de sport. Nu weet hij:
'Er bestaat geen mooier leven dan
anderhalf uur in de buitenlucht trainen.
En als je vervolgens in het weekend
ook nog wint, is de voldoening
helemaal groot.'
De puurheid die hij als parttimetrainer
propageert, ziet hij onmiskenbaar
terug bij oude voetbalmaatjes van Roda
en Lucky Ajax. Met de Amstelveense
66 Ajax Magazine