Eén krantenknipsel
als herinnering
Arnold van Haren
Eentje!
Rechtsbenige linksbuiten
Eén krantenknipsel heeft Arnold van Haren als tastbare herinnering overgehouden aan zijn eenjarige periode bij Ajax, maar dat is meteen
het meest cruciale voor deze serie: hij wordt geknuffeld door medespelers na zijn enige doelpunt in Ajax-dienst, in december 1965. 'Er zat niet
meer in,' zegt de 61-jarige Monnickendammer veertig jaar later over zijn Ajax-tijd. 'Ik was niet goed genoeg.' Maar als schoonvader van
Frank de Boer bleef hij op latere leeftijd nou niet bepaald verstoken van het directe contact met topvoetbal.
tekst Marcelle van Hoof
Het heeft enige tijd geduurd
voor we erin slaagden Van
Haren te pakken te krijgen.
Hij is met zijn vrouw gere
geld op reis naar zijn de
laatste jaren 'overal' voetballende
schoonzoon en als hij al in Nederland
is, verkeert hij niet vaak in eigen huis;
het echtpaar Van Haren past op hond
en woning van het gezin De Boer.
Op een meegebrachte foto uit het
Ajax-Nieuws staat Van Haren, terwijl
de groep wordt toegesproken door
Rinus Michels, naast Toon den Boer,
ook een Ajacied die één keer scoorde.
Het is achteraf gezien niet gek dat ze
naast elkaar staan, want anno 2005
voetballen Den Boer en Van Haren nog
steeds met elkaar. 'Al veertig jaar lang
spelen we samen,' zegt Van Haren.
'Na Ajax bij Haarlem, De Volewijckers,
DWV en DRC. Tja, hoe gaat zoiets?
Toon hield van kaarten. En het ging niet
om de winst maar om het plezier; Toon
is een gevoelsmens, net als ik. In die
tijd waren er nog vriendschappen in het
voetbal. Ik ben in de open achterbak
van de auto van Piet Paternotte mee
gereden naar Ajax. Zat je in de open
lucht, maar ik had het voor geen goud
willen missen. Het ging niet om geld,
daarvoor kreeg je te weinig. Wat ik bij
De Volewijckers verdiende, ging op in
de kantine.
'Al was het maar een jaar, ik ben er
trots op dat ik bij Ajax heb gespeeld.
Cees de Wolf en ik gingen in 1965 van
Purmersteyn naar Ajax. Jany van der
Veen had ons gescout. Het was het eer
ste volledige seizoen van Rinus Michels.
Ajax had een slecht seizoen gedraaid,
maar had toch nog spelers als Cees
Groot, Klaas Nuninga, Bennie Muller,
Sjaak Swart. Henk Groot en Co Prins
kwamen terug. Daar keek je echt wel
tegenop. Ik was een rustige jongen.
Toon den Boer en ik waren verlegen
jongens. Arie van Eijden speelde er ook,
die trad toen ook nog niet graag op de
voorgrond. Aan de andere kant had je
een jongen als Gerrie Splinter, die kon
heel goed voetballen, maar daar had hij
maling aan. Als Michels iets tegen hem
zei, deed Gerrie het precies andersom.
Of hij nou wel of niet speelde, maakte
hem niet uit. Ik had geen over-mijn-lijk-
mentaliteit. Ik speelde vrij netjes,
maakte zelden overtredingen (in het
clubblad van mei 1966 staat bij een
verslag van Velox 2 - Ajax 2 een uit
roepteken achter de naam Van Haren
als hij een strafschop heeft veroorzaakt,
MvH). Op de trainingen deed ik het
overigens veel beter dan in wedstrijden.
Dan was er minder druk. Maar daaraan
lag het niet. Ik kwam gewoon tekort.
'Ik had een goede techniek, maar was
niet zo snel. En ik had Piet Keizer, die
in het Nederlands elftal speelde, als
linksbuiten voor me. Dan is het heel
lastig. Achteraf denk ik dat ik misschien
geen linksbuiten had moeten staan.
Bij latere clubs heb ik in de achter
hoede, als laatste man, gespeeld en op
die plek ging het beter.
'Ik trainde vijf keer in de week. Mijn
vader verkocht vis op de markt in
Monnickendam. 's Morgens ging ik met
mijn vader mee en 's middags was ik bij
Ajax. Als ik de hele dag moest werken,
ging ik pas 's avonds trainen. Mijn
voetbaltas zat geregeld vol gerookte aal.
Die verkocht ik aan mijn medespelers,
ze kregen trouwens wel korting.'
Andersom volgde Van Haren rijlessen
bij de rijschool van zijn medespeler
Frits Soetekouw. 'Ik kreeg persoonlijk
les van hem.'
Van Haren zou twee wedstrijden mee
doen in Ajax 1. Hij weet nog precies
tegen wie: 'Bij Willem II, waar ik inviel
voor Henk Groot en bij DOS, als
vervanger voor Piet Keizer. Van mijn
doelpunt tegen Willem II kan ik me
niets meer herinneren.' Gelukkig zijn
daar de wedstrijdverslagen. Ajax won
met 4-1. Het Parool van 13 december
1965: 'Van Haaren reageerde veel
sneller dan Vriens en Van der Heijden
op een uitgekiende pass van Keizer.
De linksbuiten scoorde beheerst.' Van
Haren: 'Regelmatig spelden krant en
Ajax-Nieuws mijn naam verkeerd. Ik
was overigens eigenlijk rechtsbenig,
maar ik stond meestal linksbuiten.'
Opvallend was dat in de Volkskrant een
supporter van beide teams om hun
mening werd gevraagd. Namens Willem
II was dat de 57-jarige H. Glessings,
J.P.Coenstraat 5 te Tilburg, van beroep
vertegenwoordiger: 'Ajax is beter dan
Feyenoord.' Sigarenhandelaar G.J.
Hulscher (55), Halve Maansteeg, Am
sterdam verklaarde bijzonder tevreden
te zijn. 'Opnieuw is het bewijs geleverd
dat Ajax een prachtige partij voetbal
speelt als de tegenstander óók blijft
voetballen. Ajax is wat harder
Slechts één knipsel heeft Arnold
van Haren aan zijn Ajax-tijd
overgehouden. Zijn naam staat
verkeerd gespeld, maar het is wel
een foto van het belangrijkste
moment: Van Ha(a)ren heeft
gescoord.
Invaller Arnold van Haaren (no.
12) wordt door zijn ploeggenoten
gefeliciteerd, nadat hij zijn eer
ste doelpunt in het hoogste elftal
van Ajax heeft gemaakt.
juni 2005 59