De week van John van den Brom De week begon grauw voor John van den Brom, maar aan het eind ervan straalde de zon hem met gouden stralen tegemoet. Het team van Jong Ajax leek de titelkansen in de voorlaatste speelronde vergooid te hebben, maar in de slotwedstrijd kwam alles goed. De trainer sloot een week van extremen af met de kampioensschaal, en een nat pak. tekst Monique Janse fotografie Louis van de Vuurst Stoom afblazen Stoom afblazen doet Van den Brom in de dagen na het duel. Op de Toekomst, de thuishaven van Jong Ajax, is het een komen en gaan van oud-voetballers. Ook bestuurslid technische zaken Klaas Nuninga laat zijn gezicht vaak zien en schuift regelmatig bij aan de ronde tafel. Niet zelden vinden Nuninga en Van den Brom elkaar in dat gezelschap. 'We praten over voetbal en dan kan het over alles gaan. We kunnen uren doorpraten en voeren interessante discussies. Hij had de wedstrijd van maandag tegen Jong RKC gezien en daar hebben we over gesproken. Ook komen dingen die binnen de club spelen aan bod, maar ook voet balzaken buiten Ajax bespreken we. Het mooie van de ronde tafel is dat er veel aan wordt gelachen en dat we tevens heel serieus over voetbal spreken.' De pest in Met een op papier goed elftal begint John van den Brom aan de wedstrijd tegen RKC. De voorsprong op Feyenoord bedraagt twee pun ten. De Rotterdammers hebben een beter doelsaldo dus een gelijkspel is absoluut niet wenselijk. 'We moesten winnen om het in de laatste wed strijd bij NAC af te maken,' herinnert Van den Brom zich. 'We hadden zelfs al kampioen kunnen worden als Feyenoord punten zou verspelen. De schaal stond al in de kast, de bloemen in het water. Organisatorisch hielden we er rekening mee.' Het liep anders. 'We hadden de wedstrijd niet onder controle,' aldus de trainer. 'We kwamen wel op voorsprong door een fantastische goal van Urby Emanuelson en toch zat ik niet rustig op de bank. We hadden moeite met het hard spelende RKC en het werd gelijk. In de slotfase leken we alsnog te winnen door een doelpunt van Boakye. RKC kwam met tien man te staan, dus we hoefden de wed strijd alleen nog uit te spelen. Dan wordt het weer gelijk en daar had ik zo ongelooflijk de pest over in. Dat was niet voor het eerst dit seizoen hoor, die momenten heb ik vaker gehad en dat hoort er ook bij. Want waar je als speler een nederlaag op een gegeven moment afsluit, daar blijf je er als trainer voortdurend aan denken. Door het gelijke spel stonden we voor het eerst in het seizoen geen eerste. We hadden het kampioenschap niet meer in eigen hand. Ik kon voor een goed gevoel over de laatste wedstrijd ook niet terugvallen op de eerdere duels tegen NAC, want thuis hadden we moeizaam gewonnen en in het bekertoer nooi schakelden zij ons uit. Bovendien moesten wij nu naar NAC toe.' 14 Ajax Magazine

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 2005 | | pagina 14