Topscorer
derd procent voor Ajax. Maar als
Feyenoord het goed doet, vind ik het ook
leuk voor Gullit. Een 0-0 wedstrijd kan
leuk zijn, maar is, vind ik, toch een beetje
armoedig. Het gaat er toch om dat de bal
een keer in het netje valt.
'Ik was vroeger veel te serieus. Veel te
gespannen ook. Als ik het over zou
mogen doen, dan zou ik veel rustiger
naar een wedstrijd toeleven. Als ik twin
tig, dertig procent meer of beter had
kunnen ontspannen, was ik een nog veel
betere voetballer geworden. Ivic zei: je
bent te gefocust op presteren, presteren,
presteren. Je ziet het ook met toneelspe
lers en filmsterren. Vooraf zijn ze
zenuwachtig, maar als het gaat lopen,
belanden ze in hun eigen wereldje. Als
ik voor een wedstrijd in het gangetje van
de Meer stond, was ik gespannen. Stond
ik nerveus te plukken aan mijn shirt.
Dat zie je ook bij tennissers. Lleyton
Hewitt spant de kroon. Als ik hem zie
plukken aan zijn shirt, broekje of kousen
zie ik mezelf. Het zijn patronen die laten
zien hoezeer je bezig bent met het spel
letje. Als we trouwens in een drafje
het veld opliepen, was ik de spanning al
bijna kwijt.'
Geels is nooit de moeilijkste geweest. Na
Telstar, Feyenoord, Go Ahead Eagles en
Club Brugge maakte de Haarlemmer
ook bij Ajax snel vrienden. De opvolger
van Johan Cruijff ('Maar Johan was niet
op te volgen') trainde in de zomer
van 1974 voor het eerst mee. René
Notten, Willy Brokamp en Henk van
Santen waren andere nieuwelingen in de
ploeg van trainer Hans Kraaij, zelf
opvolger van George Knobel. Piet Keizer,
Arie Haan en Ruud Krol behoorden
tot de meest gelauwerden in de Amster
damse selectie.
Ajax startte het seizoen 1974-1975 sterk.
Ondanks het prima begin wierp de breuk
tussen Kraaij en Keizer een donkere
schaduw over het seizoen. Na slechts vijf
competitiewedstrijden te hebben ge
speeld, hield Keizer het voor gezien. Zeer
tegen de zin van de linksbuiten hield
Kraaij hem soms buiten de ploeg. Keizer
stopte plotsklaps met voetbal. 'Piet was
een wereldspeler, maar als je ouder
wordt kan een trainer altijd gaan experi
menteren,' blikt Geels terug.
Als de oud-spits terugdenkt aan zijn tijd
bij Ajax en de wedstrijden die hij speelde
met Keizer, schieten hem plots twee
andere sporten te binnen, biljart en tafel
tennis. De toenmalige Ajacieden lustten
er, rondom de trainingen, wel pap van.
'Alle voetballers kunnen biljarten en
tafeltennissen, neem dat maar van me
aan. Ze weten hoe een bal moet worden
gespeeld. Bij Ajax hadden we onze eigen
biljartcompetitie. Piet Keizer was een
ge-wel-di-ge biljarter. Bij uitwedstrijden
werd in de bus veel gekaart. Het biljart
paste niet in de bus.'
De ophemeling van de sterspelers door
het publiek is hem - ook al net als vroe
ger - nog steeds een gruwel. Ook de
media-aandacht bekijkt Geels met scep
sis. 'Het zijn toch allemaal maar gewone
klootzakken? Waarom wordt er tegen
sommige jongens dan zo opgekeken?
Omdat ze miljoenen verdienen? Neem
nou de ophef over de huwelijken van
Van der Vaart en Stekelenburg. Zoiets
staat op de voorpagina van De
TelegraafDa's toch een voorbeeld van
hoe het niet moet?! 's Middags ga je
gewoon naar de één en 's avonds naar de
ander. Het wordt allemaal veel te belang
rijk gemaakt.'
Naast het spelen op gouden schoenen
kan Geels ook weinig waardering
opbrengen voor de houding van sommi
ge spelers. 'Als je er bijvoorbeeld uit
wordt gehaald, moet je dat accepteren
als prof. Geef die bal een schop in plaats
van een reclamebord. Of maak ruzie met
je vriendin. Volgens mij was het vroeger
ook leuker. Al weet ik niet hoe het nu
echt gaat. Gaan die jongens nog weieens
met zijn allen weg en doen de vrouwen
weieens wat met elkaar? Spelers corri
geerden elkaar vroeger vaker, denk ik.
En dan niet zoals Sonck en Sneijder
laatst bezig waren. Zo bedoel ik het
natuurlijk ook weer niet.'
Een korte, maar serieuze longaandoe
ning liet Geels kennismaken met de keer
zijde van het leven. Hij sloeg zich met
steun van familie glansrijk door de moei
lijke, kritieke tijd heen. 'Als je zoiets
beleeft, ga je alles vanzelf meer waarde
ren. Je bent pas echt helemaal uit beeld
als je dood bent. Tot die tijd moet
je genieten.'
Over de longaandoening praat hij liever
niet meer. Net zo min als hij iets wil zeg
gen over zijn vertrek bij Ajax, in 1978.
Ondanks een afscheidsfeestje in het spe
lershome (waarmee ook trainer Tomislav
Ivic werd bedankt voor bewezen dien
sten) ligt Geels' vertrek bij Ajax nog
steeds gevoelig. 'Hoe het zat, zal ik nooit
aan iemand vertellen. We zijn echt niet
kwaad uit elkaar gegaan hoor, al heb
ik er wel mijn eigen gedachtes over.
Sommige gedachtes wil ik voor mezelf
houden, daar wil ik absoluut niet
over praten.'
Terugblikkend is hij vooral tevreden.
Drie dof geworden voetbalmuiltjes wor
den weer keurig netjes terug op hun
plaats gezet. De foto uit het Bois de
Boulogne hangt weer aan de muur.
Georgescu kan er moeilijk worden afge
knipt. 'Ik heb zoveel leuke dingen meege
maakt. Veel meer leuke dingen dan nega
tieve. Je bent gelukkig of je bent het niet.
En ik ben gewoon een gelukkig man.'
mei 2005 67