Uit de lichtmast Te serieus MdTF! Alsof hij uit de lichtmast komt val len scoort Geels zijn tweede van vijf doelpunten tegen Feyenoord (1 november 1975). een voor Geels zure bijsmaak. 'Toen ik er dat seizoen vierendertig had gescoord, kwam ineens die Roemeen Georgescu. Die lieten ze er vijftien maken in de laat ste drie wedstrijden. Dat sloeg helemaal nergens op. Iedereen dacht: die gouden schoen gaat naar mij. Mocht ik uiteinde lijk blij zijn dat ik brons had. Nee, dat was zo corrupt als wat. 'Toch, als ik die foto en die schoenen zie, besef ik iets te hebben bereikt. Het zijn eigenlijk de enige dingen die ik heb bewaard van het voetbal. Shirtjes en prij zen heb ik allemaal weggegeven. Mijn kleinzoon Quinn mocht altijd een beker uitzoeken als hij won met sjoelen. Zijn kamer in Voorthuizen is een soort Geels- museumpje geworden. En als ik het sjoe len won, dan was hij kampioen van de jeugd geworden en mocht hij óók een beker uitzoeken. Maar de drie schoenen houd ik zelf.' Meer scoren dan in zijn Ajax-tijd deed Geels vrijwel nergens. De puntaanvaller die in 1974 overkwam van Club Brugge, werd in vier Amsterdamse jaren even zo vaak Neerlands topscorer. De cijfers zijn nog steeds imposant: in 166 officiële duels als Ajacied scoorde Geels 153 goals. Met 256 eredivisiegoals moet de Velserbroeker voor altijd genoegen nemen met een tweede plek op de natio nale topscorerslij st. Achter PSV'er Willy van der Kuijlen, die er 312 scoorde. Geels, counterend: 'Hij is Nederlands topscorer aller tijden, maar ik heb natuurlijk drie jaar in België gespeeld. Als je de doelpunten die ik daar heb gescoord erbij optelt, dan heb ik er 326.' Lachend: 'Maar dat wordt dus niet gedaan, en daarom sta ik op nummer twee.' Geels kijkt niet alleen naar zijn totale productie. Vijf keer scoren tegen Feyenoord tijdens de competitiekraker in het seizoen 1975-1976 is nog steeds niet genoeg. Het hadden zes Geels-treffers moeten zijn, vindt de goalgetter bijna dertig jaar na de 6-0 zege. 'Er werd er ook nog één afgekeurd vanwege buiten spel. Daar had ik echt vreselijk de ziekte over in. Ik heb die wedstrijd nog op videoband. Het was een honderd-pro cent-goal! Daar kan ik nog kwaad om worden. Ik ken een foto waarop ik als het ware uit de lichtmast val om die bal erin te koppen. Van Hanegem wilde me een rotschop geven. Prachtige foto is dat. Mijn timing en kopkracht waren altijd al sterke punten.' Zo lepelt de oud-Ajacied meer persoon lijke pluspunten op. Dat hij bijna nooit geblesseerd was, bijvoorbeeld. Een klein mirakel, vooral omdat spitsen het ook toen zwaar te verduren hadden. 'Ik heb geloof ik in mijn hele carrière maar één gele kaart gehad. Al zou ik niet meer weten wanneer of tegen wie. Ik had gewoon een verschrikkelijke hekel aan schoppen. Ik kon goed met tegenstanders omgaan. Wat Cruijff vroeger had, dat dansen, het ontwijken van je tegenstan der, dat had ik ook. Zoiets moet in je zit ten, valt niet te leren.' De inbreng van een trainer vond hij tij dens zijn actieve carrière toch al gering. De topspits speelde vaak op intuïtie. De trainer kon hem niet veel meer leren. 'Een trainer is niet belangrijk. Een speler weet toch wel hoe hij moet spelen. Ik luisterde daarom praktisch nooit naar wat een trainer voor de wedstrijd zei. Echt niet. Al dat gelul over tactiek. Wat is dat nou voor flauwekul? Hou het toch simpel.' Na zijn actieve carrière was Geels onder meer manager bij Telstar en voetbalrap porteur voor een ochtendkrant. De Velserbroeker hield het kort vol, vooral omdat hij - tegen zijn zin - toch w'eer te veel met de bal bezig was. De clinics die hij voor sportmerk Quick verzorgde bij amateurclubs Krijg een kick van Quick), waren wél helemaal naar wens. Met Robbie Rensenbrink en Wim Meijer trok Geels langs menige club. Heerlijk ongedwongen. Helaas draaide de sport- firma - bijna failliet - de geldkraan dicht. Pogingen van recentere datum om Geels te strikken liepen op niets uit. Diverse clubs polsten de oud-spits als trainer. 'Als ik daar op in was gegaan, en bijvoor beeld spitsen was gaan trainen, was ik weer mijn vrijheid kwijt en had ik mezelf verloochend. Ik doe het graag zoals ik het zelf wil. Mijn vrijheid is belangrijk.' Het zijn woorden die van toepassing kunnen zijn op zijn afscheid. Tamelijk abrupt, tijdens een wintersportvakantie, besloot Geels zijn contract bij NAC in te leveren. In 1983 was hij definitief voet baller-af. 'Je moet niet twee keer per dag tegen je zin onder de douche gaan staan, vind ik. Ik was toen 32 en vond het alle maal welletjes.' Risicoloos genieten van een spannende wedstrijd is Geels nooit verleerd. Al beperkt het voetbal kijken zich vaak tot de samenvatting van een topwedstrijd. 'Als alles tactisch goed in elkaar zit, kan ik daarvan genieten. Daar kijk ik liever naar dan naar individuele spelers. Tijdens topwedstrijden ben ik altijd hon- Hpinpkon Bier m i 66 Ajax Magazine

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 2005 | | pagina 66