Tegelijkertijd was het steeds grotere belang van het geld er de oorzaak van dat een grote hoeveelheid clubs het betaald voetbal na korte of langere tijd weer moest verlaten. In totaal hebben 107 Nederlandse clubs betaald voetbal gespeeld. Daarvan zijn er nog maar 37 over. Een grote sanering vond plaats in 1971, waarbij de tweede divisie werd opgeheven. Dieptepunten vormden de wedstrijden van Blauw Wit en, later, FC Amsterdam in het grote Olympisch Stadion voor een handvol publiek. Maar nog steeds, elk seizoen opnieuw, moeten clubs vrezen voor hun professionele voortbestaan. De meest recente golf van professionali sering werd ingezet met de internationa le opmars van Ajax in de jaren negentig en het Bosman-arrest vlak daarna, dat van voetballers ook in de Nederlandse competitie grootverdieners maakte. De sportieve successen zijn inmiddels weer verbleekt, maar voor ouders geldt tegen woordig dat ze voor talentvolle kinderen beter kunnen investeren in een voetbal opleiding dan in een schoolopleiding. Kloek naslagwerk De halve eeuw profvoetbal wordt behandeld in twee naslagwerken die eind 2004 zijn verschenen. In 50 jaar betaald voetbal geven Matty Verkam man (voetbaljournalist en chroniqueur van Oranje) en Frans van den Nieuwenhof (chef sport van het Eindhovens Dagblad), naast een uitvoe rige beschrijving van het ontstaan van het betaald voetbal, een overzicht van 'de complete geschiedenis' aan de hand van verhalen over alle profclubs. Dus ook over clubs als Be Quick, EBOH, Enschedese Boys en Xerxes, die al lang weer uit het profvoetbal verdwenen zijn. Dit doen zij met behulp van tekstbijdra gen van regionale experts, onder wie Jean Nelissen, Henk Hoijtink, Willem Vissers en Chris van Nijnatten, die ove rigens slechts in héél kleine lettertjes op de achterflap worden vermeld. Dit levert verhalen van wisselend niveau op over het ontstaan van de club, de sportieve hoogte- en dieptepunten, en - waar nodig - de ondergang, aangevuld met historisch fotomateriaal. Sommige verhalen hebben een objectief geschied kundig karakter (over PSV, Feyenoord, De Volewijckers en AZ), andere zijn doordrenkt van clubliefde (NAC) of gaan vooral over een centrale persoon (Heerenveen: over voorzitter Riemer van der Velde en de Friese identiteit) of periode (Haarlem: 1982). Waarbij het opmerkelijk is dat de tekst over Haarlem inhoudelijk en stilistisch sterk overeenkomt met een artikel uit 1982 van de huidige W-eindredacteur Bert Nederlof die in de tekstbijdrage-verant woording op de achterflap niet voorkomt. De foto's in het boek zijn werkelijk schitterend. De portretten en voetbalplaatjes van de belangrijkste clubspelers zijn ontroerend door de haast vergeten jongenskoppies. Voor de cijferfetisjisten is achterin de superturf van 496 bladzijden nog een compleet statistisch katern opgenomen met de uitslagen, standen en topscorers van alle competities tussen 1954 en 2004 en per club een overzicht van alle behaalde titels, finales, promoties, trai ners en internationals. Ajax Het verhaal over Ajax is opgebouwd rondom een elftalfoto uit de Revue die gedetailleerd wordt beschreven ('de kou sen zijn authentiek, zwart met een rood witte bies'), en die je als lezer dolgraag wilt bekijken, maar die niet is afgedrukt. De glorieuze geschiedenis van de club komt weinig aan bod. Niet of nauwelijks wordt uitgelegd wat het totaalvoetbal van het Grote Ajax uit de jaren zeventig nu precies inhield. Ook het voetbalcredo van Louis van Gaal wordt met een paar zinnen afgehandeld: 'Van Gaal benoemt posities en speelwijze en weet van een keur van oorspronkelijk Ajax-talent een voortreffelijke eenheid te smeden.' Verder gaat het vooral over het Ajax- gevoel en de vermeende of terechte - dat wordt niet duidelijk - Amsterdamse arro gantie, en dat alles in een abstracte stijl: maar wel dat er nooit genoegen wordt genomen met het resultaat alleen. Het is een sublimatie van de oersterke ambitie die ongetwijfeld zijn rafels heeft, maar meteen de kracht van de club en het "geheim" van een rijk palmares en een bijzonder charisma aangeeft.' Gelukkig duikt plotseling, ruim 200 pagina's later, alsnog een glashelder Ajax-stuk op onder de titel: Spelers wor den nummers. Met als mooie samenvat ting van de Ajax-filosofie: 'Voetbal is een spel van fouten, zegt Cruijff altijd. Ajax wacht niet op die fouten, maar dwingt ze af.' Wel wat merkwaardig dat de samen stellers die lange ode aan Michels en Ajax daar hebben geplaatst en niet in het Ajax-hoofdstuk. Postume eerbewijzen Het door Martijn Schwillens (clubhisto ricus van Fortuna Sittard) geschreven Verdwenen maar niet vergeten ziet er minder kloek uit dan 50 jaar betaald voetbal en heeft minder spectaculaire Seizoen 1961-1962: Heerenveen - Enschedese Boys (3-1). Abe Lenstra is op zijn oude voetbaldag even terug in Friesland. februari 2005 27 foto's, maar is eenduidiger en origineler van opzet. Schwillens richt zich op de dramatiek van de voetbalclubs die maar een relatief kort bestaan in het betaald voetbal heb ben gehad. De betreffende negentien clubs, waarvan alleen AGOW weer is teruggekeerd, worden bij Verkamman en Van den Nieuwenhof ook beschreven. Maar Schwillens' verhalen zijn diepgra- vender en bevatten veelzeggende, nooit eerder gepubliceerde details. Per club heeft hij gesproken met mini maal drie nauw bij de clubgeschiedenis betrokken personen. Voor het door wrochte verhaal over FC Amsterdam bij voorbeeld interviewde hij oud-voorzitter Dé Stoop, (hoewel die 'onder geen voor waarde [wenste] te worden geciteerd'), oud-spelers Leo de Leeuw en Heini Otto en supporter Wim Veldhuizen. Die aanpak leverde uitspraken op als: 'Supporters van FC Amsterdam waren 24 uur per dag met de club bezig. De depressie na een reeks nederlagen, gevolgd door weken dat je op een roze wolk leefde omdat FC Amsterdam met nog twee wedstrijden te gaan kans maakte op een periodetitel, dat gevoel kennen de fans van topclubs niet.' Het zijn vooral deze verhalen uit de mar ge van het betaald voetbal uit Schwillens' boek, die je doen beseffen hoe ver de steeds groter wordende buidel geld de clubs en spelers in de eredivisie de afge lopen 50 jaar verwijderd heeft van het ideaalbeeld van 'zuiver' voetbal en club- trouw van Karei Lotsy en Pim Muiier. Matty Verkamman en Frans van den Nieuwenhof 50 jaar betaald voetbal, de complete geschiedenis De Boekenmakers, ISBN 90-77740-03-1, 496 pagina's, €65,00 Martijn Schwillens Verdwenen, maarniet vergeten, 50 jaar betaald voetbal Arko Sports Media, ISBN 90-77072-50-0, 211 pagina's, €34,50

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 2005 | | pagina 27