Dick Schoenaker
in het Parooltheater
Bericht uit igië
Een bescheiden groep belangstellenden vulde op donderdag 14 oktober
het Parooltheater om te luisteren naar de verhalen van Dick Schoenaker,
een atypische oud-Ajacied die halverwege de jaren zeventig furore maakte
in de Meer.
Er zijn nu eenmaal grenzen
tekst// Armand Schreurs
30 november 1980, Ajax - FC Twente: Johan Cruijff is bij een 1 -3 achterstand van de tribune afgedaald naar de dug
out en geeft aanwijzingen. Ajax wint met 5-3.
tekst// Hugo Logtenberg
Eerder verschenen in Het Parool
De huidige elftalleider van Jong Ajax
speelde negen seizoenen aan de
Middenweg en won daarin liefst zes
landstitels en twee nationale bekers.
Hij was niet, zoals veel Ajacieden, geze
gend met een gouden techniek, maar
moest het hebben van zijn fysieke ver
mogen. Gevraagd naar het hoe van zijn
zo kenmerkende loopvermogen ant
woordt hij bedachtzaam en nuchter: 'Ik
wilde gewoon verdedigen én aanvallen.'
En dat wilde hij niet alleen, hij kon het
ook. Waar Tscheu-la Ling zijn tegen
standers op onnavolgbare wijze zijn
hielen liet zien, maakte teamspeler
Schoenaker meters en bikkelde hij, on
der aanmoediging van de Joegoslavische
coach Ivic, wanneer nodig.
Toch had hij net als zijn voorganger
Johan Neeskens ook onmiskenbare of
fensieve kwaliteiten. Zo was Schoenaker
in zijn Ajax-jaren doorgaans goed voor
een klein dozijn goals per seizoen. In het
seizoen 1979-1980, bij afwezigheid van
een veel scorende spits, kwam hij zelfs
tot een ongekende prestatie voor een
middenvelder; hij werd clubtopscoorder.
De door Schoenaker bewonderde
Tomislav Ivic was inmiddels vertrokken
als coach en vervangen door Cor Brom.
Zijn verbintenis met Ajax duurde door
een slechte verhouding met voorzitter
Ton Harmsen evenwel niet lang.
Schoenaker had wel een idee waarom.
'Tijdens de voorbereiding zaten we in
De Lutte in een trainingskamp. Het ver
haal ging toen dat Brom voor het spelen
van een wedstrijd tegen de plaatselijke
amateurs een paard en een varken zou
krijgen als beloning. Het paard zou voor
zijn dochter zijn, het varken voor in de
diepvries.'
Het zal Schoenakers afkeer van het trai
nersvak niet hebben doen afnemen.
Het besef afhankelijk te zijn van grillige
spelers, weerhield hem definitief van dat
beroep. Bovendien wordt volgens
Schoenaker de aan een trainer toege
schreven invloed op spelers overschat.
Zelfs als die luistert naar de naam
Johan Cruijff.
Zo prikte hij in het Parooltheater de
mythe door dat een achterstand in een
thuiswedstrijd tegen FC Twente zou
zijn omgebogen nadat Cruijff was
afgedaald van de tribune, had plaatsge
nomen in de dug-out naast een enigszins
verbouwereerde Leo Beenhakker en
eigenhandig wisselingen in het elftal
had doorgevoerd.
De komst van Cruijff, die die zondag
avond uitgebreid in beeld werd gebracht
en daarna nog vaak is herhaald, was
Schoenaker en zijn teamgenoten echter
volledig ontgaan.
Voor enkele weken publiceerde de grootste Vlaamse ochtendkrant Het Laatste
Nieuws een opmerkelijke uitspraak van Wesley Sonck. 'Telkens ik weer de grens over
rijdt, begin ik spontaan te lachen,' aldus sprak de spits.
Toegegeven, dat gelukzalige gevoel overvalt mij ook weieens. Wanneer ik, meestal op
een laat uur, hongerig vanuit Nederland weer naar België rijdt. Als ik mij kan verheu
gen op een portie Vlaamse karbonaden, in bier gestoofd, met friet. Een heerlijkheid,
die in elke betere frituur verkrijgbaar is, aan een betaalbare prijs, tot elf uur 's avonds.
Lachend de grens over, net onder Breda, ik weet wat het is.
Maar Sonck bedoelde kennelijk wat anders dan het culinaire genot van onze
rijke grootmoederskeuken.
Bij Ajax zat hij wekenlang op de bank, terwijl hij bij de Rode Duivels op een vaste
basisplaats kon rekenen. Daar lag voor hem een hele wereld van verschil.
Het Belgisch elftal is de laatste maanden meer dan ooit verworden tot een verzame
ling van licht geïrriteerde voetballers, die bij hun club als bankzitter aan de kost
komen. Naast Sonck heb je in de aanval nog Thomas Buffel van Feyenoord, verder
keeper Peersman en Mbo M'Penza van Anderlecht en ik vergeet er nog een paar.
Mocht er ooit een wereldkampioenschap voor invallers georganiseerd worden, reken
België dan maar bij de topfavorieten.
Eenmaal terug in Amsterdam, moest Wesley zich bij de club verantwoorden voor zijn
interview. 'Lachend de grens over', waar stond zo'n uitspraak eigenlijk voor?
Kon Ronald Koeman daar zelf wel om lachen Vond hij het grensverleggend? Of heeft
hij Wesley voorgehouden dat voetbal net het omgekeerde, namelijk een spel 'zonder'
grenzen hoort te zijn?
Ik heb er het raden naar waar het precies over ging. Niet alles lekt uit bij Ajax, moet
je weten. Hoe zit het in dat verband trouwens met het verleden van de trainer zelf?
Vergis je niet, want dat kan in deze kwestie nuttige informatie opleveren. Laten we
dat dossier hier eventjes uitspitten.
Ronald Koeman sloot zijn grote carrière als speler af op de positie van libero bij
Feyenoord, toen getraind door Arie Haan. Hij bleek niet in Rotterdam te wonen, even
min in Schiedam of in Hoek van Holland. Neen, hij resideerde in België, ergens in een
bosrijke gemeente op een steenworp van Nederland.
Reed hij in die periode nooit een keertje blijgezind en spontaan lachend de grens over,
als hij van de Kuip kwam? Jawel, vast en zeker. Alleen verscheen dat nooit in
Het Laatste Nieuws. Kunnen zijn buren eventueel nog opgespoord worden? Waren
dat keurige mensen? Of Tokkies?
En wat te denken van Louis Van Gaal? Hoe jammer dat de technisch directeur net nu
zijn matten heeft gerold. Zoniet, werd hier ook zijn verleden opgerakeld, want
hij speelde in de zeventiger jaren in België bij de oudste club van het land,
bij FC Antwerp, onder leiding van de legendarische latere bondscoach Guy Thijs. Is de
heer Van Gaal nooit voorbij het douanekantoor gereden, met een glimlach op de
lippen...? Of was het tegendeel waar? Misschien vond hij het profvoetbal in België het
'naar beneden bijstellen van zijn ambities'. We kunnen en mogen het hem niet meer
vragen, helaas.
Inmiddels is het tij gekeerd. Het laatste nieuws is nu dat Wesley Sonck zich wel
degelijk laat opmerken bij Ajax.
Wie schoot dat heerlijke Champions-Leagueavondje tegen Maccabi Tel-Aviv op
gang? Wesley hoogstpersoonlijk. Mooi moment, nadat hij het weekend voordien
tegen Heerenveen ten aanschouwen van alle abonnees verbaal in de clinch ging
met die andere Wesley, die van Oranje. Dat akkefietje werd op zondagavond
door Hugo Borst op tv uitgelegd als 'typisch voor een Belg als Sonck, die dat over zich
heen laat gaan'.
Wat een misvatting! Wesley staat er in België immers om bekend dat hij praat
als Brugman en op zijn strepen staat. Vandaar dat hij een passende bijnaam opge
speld kreeg. 'De Hollander', jawel. Het kan verkeren.
In België als een stoute Hollander omschreven worden en in Nederland als een
brave Belg. Ik begin stilaan te geloven dat Wesley Sonck altijd lachend de grens over
rijdt, in welke richting dan ook.
Sonck schiet het
Champions-League
avondje tegen
Maccabi Tel-Aviv
op gang.