Vaders van Beiden vierden ze een lange en imposante carrière als speler. De ambities als jeugdtrainer bij Ajax hebben niets meer met persoonlijke roem te maken. Arnold Mühren en Simon Tahamata stellen er een eer in hun club te dienen, en de spelers die hun club in de toekomst groot moeten houden. Zoals eens zijzelf deden. godenzonen tekst Raymond Bouwman fotografie V Louis van de Vuurst De spelers die ze trainen op de Toekomst weten waarschijn lijk weinig van het verleden van hun trainers. Mühren en Tahamata berusten met een zeker genoegen in die relatieve onbe kendheid. Persoonlijke geldingsdrang is nooit hun voornaamste eigenschap ge weest. International Simon Melkianus Tahamata (48) speelde twintig jaar op het hoogste niveau. Van 1976 tot 1996 was hij in diverse tenues, maar vooral bij Ajax een onbetwiste pu bliekslieveling. In 149 wedstrijden scoorde hij 17 keer voor Ajax. International Arnoldus Johannes Hyacinthus Mühren (53) is de man van een van de belang rijkste voorzetten uit de Nederlandse voetbalgeschiedenis. Hij speelde acht tien jaar als bejubelde prof. Mühren kwam tot 219 wedstrijden in Ajax 1 en 37 doelpunten. Ooit lag de wereld aan hun voeten. Anno 2004 richten zij zich vol gedrevenheid op tegenstanders als JSV-Nieuwegein, Legmeervogels en Buitenboys. Samen doen ze namelijk de E2 van Ajax. Mühren traint de C2, Tahamata de D3. Mühren: 'In het seizoen '89-'90 heb ik een jaar de El en D2 getraind. Het was direct na mijn voetbalcarrière. Het was een investeringsjaar. Ajax wilde me wel drie jaar houden. Maar de omstandig heden waren niet ideaal. Ajax had be lastingschulden. Wat de club me kon bieden was niet voldoende om mijn ge zin van te onderhouden. Daar kwam bij dat mijn broer Gerrit vrijkwam. En ons streven was toch altijd dat we samen wat gingen ondernemen. Dat werden die jeugdclinics. We gingen het hele land door. Dat hebben we zes jaar met heel veel plezier gedaan. Daarna ben ik tweeëneenhalf jaar bij Volendam gaan werken als assistent-trainer van eerst Dick de Boer en daarna Andries Jonker. Dat waren verschrikkelijke jaren. Drie nieuwe voorzitters, twee keer bijna fail liet, een tbc-geval waardoor alle elftal len tijdelijk uit de competitie moesten worden genomen, en vice-voorzitter Peter van de Rijt die niet echt een goede indruk heeft achtergelaten. Daar was niet in te werken. En toen kwam Hans Westerhof halverwege het seizoen met het voorstel om bij de Ajax-jeugd aan de slag te gaan. Dat wilde ik graag, maar pas aan het einde van het seizoen. Ik kon onmogelijk mijn club op dat mo ment in de steek laten. Als ik dat toen wel had gedaan, was ik Volendam nooit meer ingekomen. Dit wordt alweer mijn vijfde jaar bij Ajax.' Tahamata: 'Ik zat lang bij GBA. Maar al die tijd stond ik bij Ajax op de loonlijst. Daarvoor deed ik drie jaar de jeugd bij Standard Luik. Vijf jaar GBA volgden, en nu eindelijk kon ik dit seizoen aan de slag bij Ajax. Het heeft lang geduurd. Ik ben thuis, na zoveel jaren. Want hoe wel ik bij Ajax op de loonlijst stond, had ik niet het idee deel uit te maken van de club. Daarvoor zat ik er te ver vanaf. Dat bleek ook bij de traditionele nieuw jaarswedstrijd van de trainersstaf tegen Lucky Ajax. Dan deed ik bij Lucky Ajax mee. Formeel kon ik ook bij de techni sche staf meedoen, maar ik had het gevoel dat dat niet zou kloppen. "Ik ben niet een van jullie," zei ik dan. Ik wilde het graag, maar was het niet. Nu wel. De volgende nieuwjaarswedstrijd maak ik mijn debuut. Na vijf jaar GBA was het mooi geweest. Ook ik heb bij het eerste gewerkt van GBA. Nu dus weer met de jeugd. En dat bevalt me buitengewoon goed. Er is niets mooiers dan die jonge jongens vooruit te helpen.' Carrièreplanner Mühren: 'Eigenlijk moeten de beste trai ners in de jeugdopleiding zitten. Dat is waar je het grootste rendement haalt. De F'jes, E'tjes en D'tjes moeten alles nog leren. In de A-junioren moeten ze het meeste al kunnen. Het is ook belang rijk dat je eigen ambitie niet veel hoger ligt. Niet alle oud-spelers kunnen zich in dat opzicht beperken. Logisch, als je de cursus Coach Betaald Voetbal hebt afgerond, wil je meer dan de jeugd bij Ajax trainen, over het algemeen. Dan is de uitdaging niet groot genoeg bij de jeugd, of zijn de verdiensten te mager. Ik ben nooit zo'n carrièreplanner ge weest. Ik hoef niet meer zo nodig het allerhoogste. Ik heb dat allemaal wel ge zien. Het is niet voor onze eigen glorie. Die tijd hebben we gehad. Wij hoeven niet meer zonodig op de voorgrond. Veel jongens kunnen dat niet. Die kun nen niet zonder de aandacht. Wij prijzen ons gelukkig met wat we nu kunnen doen. Wij leren de jongens zo snel mo gelijk over de bal heen te kijken, zodat ze het veld kunnen overzien. Als je in de auto alleen maar naar de pedalen kijkt, knal je binnen de kortste keren ergens tegenop. Voetballers moeten eigenlijk helemaal geen oog meer hebben voor de bal zelf. Dat proberen wij ze te leren. Als je dit werk goed wilt doen, is het moeilijk genoeg. Zeker bij Ajax.' Tahamata: 'Bij Standard en GBA ging het ook heel serieus toe in de opleiding. Maar als het in Antwerpen regende, dan gooiden ze alle trainingen eruit. Om de velden te sparen. De mentaliteit van de Belgen is heel anders. Dat merken de jeugdspelers die zijn overgekomen ook wel. Hier ben ik in de hemel terechtgekomen. Alles is perfect ver zorgd, en daar moet je zelf dus ook aan oktober 2004 65

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 2004 | | pagina 65