Verbeelding
Dat wijde land. Dat mooie wijde land dat voetbal heet. Lijnomgeven, afgebakend en onbe
grensd voetballand. Het is hun land, in de lengte en in de breedte, in de hoogte en heel erg in
de diepte.
Twee jongens spelen daar in het achter netten gevangen vrijland hun spel. Jongens? Mannen
zijn het, inmiddels, maar de sterrenbal tovert ze weer tot jongens die in onbegrensd plezier
zich met elkaar meten.
Ze kennen elkaar al van toen ze elkaar nog niet kenden.
Een juniorenwedstrijd op Zeist waar de één eens een kijkje kwam nemen en de ander voor
een jong Oranje-elftal aan het voetballen was. De één wist wel zo'n beetje wie de ander was:
die voetballer van Ajax. De ander wist nog niet van de één dat hij die voetballer van Ajax zou
worden. Dat wist niemand nog. De één woonde in Utrecht, de ander in Amstelveen. Maar niet
veel later speelden ze bij dezelfde club en een paar blikken van verstandhouding en een paar
opmerkingen over en weer waren als het wegen van eikaars waarde en het herkennen van
verwantschap. En er ontstond vriendschap. Het was alsof ze elkaar al veel langer kenden,
niet alleen door de gedeelde liefde voor het wijde land met lijnen en netten. Ze voelden
elkaar aan en ze vulden elkaar aan. Als leeftijdsgenoten keken en genoten ze van dezelfde
dingen en ze verbaasden en ergerden zich ook aan dezelfde zaken. Hun humor kwam over
een. Dan de één, dan de ander gevat en beantwoordend en schaterend. Samen hadden ze lol
in de stad en plukten de dagen. Samen hadden ze lol in de kleedkamer om een trainer die hun
de les had gelezen of een woordverzinsel had laten horen. Met zijn tweeën bleven ze na de
training nog even wat langer, om hun krachten en hun slimheid met elkaar te meten en te
spelen met hun vak. Hun ludieke vak van voetballer. Ze schopten steeds meer sterren uit de
bal. Reikten de bal een lijn van lichaambestuurde geleidelijkheid aan, testend of de ander het
aangereikte vraagstuk kon beantwoorden. Geweldig, schaken, dammen, stratego, mah-jong,
in een voetbalspel.
Samen streden ze op het wijde veld, dat door tribunes en volk afgebakende vrije veld. En ze
veroverden als onderdeel van een geheel bekers en titels en eer en status. Ze werden ster
ren.
Aangegeven door ieders specifieke talent gingen zij huns weegs maar de vriendschap bleef
bewaard. Niet overdreven, niet te indringend of opdringend maar zeker niet vrijblijvend.
Als toeval bestaat, dan was het toeval dat de twee voetbalbroers weer bijeen bracht. Jaren
later kruisten hun wereldse wegen zich. Verdieping in het vak van spel. Dat ze daar ooit
belangstelling voor zouden hebben!
De buitenwereld noemt ze collega's terwijl ze onveranderd teamgenoten, vrienden zijn.
Vrienden die elkaar aanvullen en geen boodschap hebben aan hiërarchie. Zij hebben hun
eigen kwaliteiten en die gebruiken ze om elkaar aan te vullen. Vertaal het niet naar volg
zaamheid. Het is als in hun spel op het oneindige, afgebakende, lijnomgeven, netbespannen
veld: ze jagen naar eikaars limieten en provoceren reacties en zo dwingen zij elkaar zich te
ontwikkelen en de oplossingen te vinden. Hun vriendschap is vakmanschap. Want de vriend
schap betekent niet dat ze het altijd met elkaar eens zijn. De één is uitgesprokener dan de
ander, en die ander heeft wat meer rust van perspectief. De één is hard zonder grof te zijn,
de ander is mild zonder week te zijn. Parelend samengaan van karakters die kunnen delen.
Inzichten, ideeën, vraagstukken. Daarbij is er geen bovenste baas. Die willen zij niet omdat
ze het verschil niet nodig hebben om te functioneren.
Het is een waarlijk dubbelspel.
En, wanneer ze een gaatje vinden in hun dag van werk, dan gaat de werkkleding niet uit maar
die verandert in speelkleding. Kom naar buiten! Ze vinden hun veldje. Hun afgebakend vrij
veldje dat misschien wel de verplaatsing is van het pleintje waar zij als jongens nooit met
elkaar hebben gespeeld maar zouden kunnen hebben gespeeld. Geleid door een sterrenbal is
hun wereld daar het zuiverst. Jezelf overtreffen, de ander opzadelen met een probleem,
jezelf en de ander uitdagen. Elkaar naar de kroon steken en de loef afsteken. Gebruik maken
van de pure techniek van het voetbalspel, het fijne raken van de bal, het vinden van de juiste
maat voor de trap en de kopstoot, de misleiding en de balans en het kiezen van de precieze
positie. Het prikken in eikaars zwakke plekken. Het accepteren van eikaars meesterschap.
De diepte van het bal-net-lijnenspel. Vrij en afgezonderd in hun eigen wereld die de hele god-
ganselijke middag mag duren. Wat een plezier om zo te zweten en na afloop met een lach
elkaar de hand te reiken. Dan de één als winnaar, dan de ander.
Beiden winnaar in het dubbelspel.
David Endt
JUNI 2004
67