Trots overmant hem als zijn beeltenis opduikt op een foto uit het seizoen 1990-1991
Ajax en Amsterdam verdwijnen nooit uit het leven van Stefan Pettersson
Oude liefde
'Mister Ajax' terug
op het Leidseplein
Dinsdag 3 mei 1994, Ajax-stadion de Meer
Twee dagen nadat Ajax de landstitel heeft veiliggesteld, blijkt FC Groningen te sterk voor
de ploeg van trainer Louis van Gaal. De Meer rouwt slechts kort om het 0-2 verlies. Het
volgepakte stadion aan de Middenweg hult zich direct na de wedstrijd in een felrode
gloed. Bengaals vuurwerk wordt vooral door de F-side ontstoken. Stefan Pettersson loopt
zijn laatste ronde. Na zijn honderdvijftigste competitiewedstrijd neemt de Zweed
afscheid van Ajax, de Meer en het publiek. Na zijn laatste optreden in rood en wit is het
mooi geweest. Vijf dagen later wacht in Tilburg alleen nog Willem II. Daarna keert de man
die in 1988 Ajacied werd terug naar zijn geboorteland. Het afscheid van de publiekslieve
ling valt menigeen zwaar. Sinds Sjaak Swart sportief met pensioen ging, ontving geen
Ajacied een groter eerbetoon dan Stefan Pettersson. Tot verrassing van velen benoemt
voorzitter Michael van Praag de afzwaaiende Zweed tot 'Mister Ajax'.
Zondag 15 februari 2004, het Leidseplein
De Meer leeft slechts voort in gedachten. Spreekkoren zijn verstomd, de speciaal voor
Pettersson ontstoken fakkels al lang gedoofd. Wat rest zijn de herinneringen. Op de zon
dagmorgen voorafgaand aan Ajax - Volendam ligt het Leidseplein er verlaten bij. 'Het is
hier weieens drukker geweest,' merkt Stefan Pettersson fijntjes op als hij het plein komt
opgewandeld. De trams van de lijnen 5 en 6 rollen tingelend voorbij. Toeristen hebben
slechts oog voor de Stadsschouwburg. Op het bordes van diezelfde Stadsschouwburg
beleefde Pettersson mooie, indrukwekkende en onvergetelijke momenten. Momenten
waarop ook de Zweed het volgestroomde plein een nieuwe kampioensschaal, KNVB Beker
of UEFA Cup kon tonen.
Terwijl de stad kalmpjes ontwaakt, laaft de oud-Ajacied zich gretig aan alle indrukken...
Als Pettersson enkele minuten later in een café twee cappuccino's heeft besteld, blijkt
een voor hem meegebracht presentje een schot in de roos. Het jubileumboek 'Ajax 100
Jaar' blijkt zeer aan de ex-Ajacied besteed. Driftig bladert de Zweed direct naar de
hoofdstukken waarin zijn Amsterdamse seizoenen staan beschreven. Trots overmant hem
als zijn beeltenis opduikt op een foto uit het seizoen 1990-1991. Na zijn doelpunt tegen
PSV richt de Stefan Pettersson van toen zijn gebalde vuist ten hemel. Bryan Roy loopt al
richting middenlijn. Aron Winter steekt twee armen in de lucht, terwijl de balende Gerald
Vanenburg de Eindhovense smart symboliseert. Het toenmalige Olympisch Stadion (oude
staat) ziet de Zweed zoals dit, gevuld met Ajax-supporters, hem het liefste zag. Breed
lachend. Als een echte winnaar. Gehuld in een Ajax-tricot.
De Pettersson van 28 oktober 1990 is niet meer. De voetballer is sinds 1999 een nieuw
leven begonnen. Of eigenlijk: sinds 2001. Gescheurde enkelbanden leidden in 1999 onge
wild het einde van de carrière van de speler van IFK Göteborg in. Een jaar lang knokte
Pettersson voor een rentree. Op het moment dat een arts hem adviseerde 'dat het mis
schien beter was te stoppen' ging er geestelijk een knop om bij de speler. 'Ik had er vol
gens de dokter nog hooguit één seizoen aan vast kunnen plakken,' vertelt Pettersson na
een ferme slok van een nog dampende cappuccino. 'Maar als ik daarvoor zou kiezen, zo
werd ik gewaarschuwd, liep ik wel de kans later misschien meer problemen met de knie
te kunnen krijgen. Bijvoorbeeld tijdens het lopen of golfen. Het risico was dus gewoon te
groot om door te gaan.'
Pijnlijk genoeg werd de speler tien jaar eerder, bij Ajax, geveld door exact eenzelfde
blessure. Het revalidatieproces van toen bleek niet vergeefs: in de seizoenen erna
behaalde Pettersson de grootste successen in zijn carrière. Toen hij eenmaal 'oud' en -
bijna letterlijk - versleten was, bleek de revalidatie in Zweden het begin van het einde.
'Zelf wilde ik wel door, maar mijn lichaam wilde simpelweg niet,' kijkt Pettersson terug.
De cappuccino blijft even onaangeroerd staan. De blik van de oud-voetballer, die in de
afgelopen tien jaar overigens verbazingwekkend weinig is veranderd, glijdt over het
Leidseplein.
Misschien denkt hij wel terug aan 21 augustus 1988, de dag waarop de Ajacied Pettersson
debuteerde in een uitwedstrijd tegen Fortuna Sittard. Net als zijn allerlaatste wedstrijd
als Ajacied (Willem II - Ajax) ging ook zijn debuutwedstrijd met 2-1 verloren. Tussentijds
had de speler over hoogtepunten niet te klagen. Met twee landstitels (1990 en 1994), één
KNVB Beker (1993) en een UEFA Cup (1992) viel er voor de Zweed en zijn club genoeg te
vieren. 'De jaren waarin Ajax geen kampioen werd, waren natuurlijk stuk voor stuk diep
tepunten,' vervolgt Pettersson. 'Terwijl het winnen van de UEFA Cup echt een van de
hoogtepunten was. Het hele toernooi was bijzonder. Vooral omdat we zoveel complimen
ten ontvingen voor de manier waarop Ajax voetbalde. Naast talloze meer persoonlijke
dingen, waaronder het afscheid, was natuurlijk ook de bekerfinale in 1993 geweldig. Een
Kuip vol fans van Ajax én Heerenveen. Onvergetelijk.'
MEI 2004 47