Voordat de Ajacieden aan de laatste reeks wedstrijden van het seizoen begonnen, werkten zij in het zand in plaats van op het trainingsveld aan een goede teamgeest om zo met frisse moed het kampioenschap binnen te halen. Teambuilding Niet het strand van Noordwijk, maar de over dekte zandbak van The Beach in Aalsmeer was begin maart de speelplaats van de selectie. Liepen de mannen een jaar geleden in gedach ten verzonken aan de Zuid-Hollandse kust ter voorbereiding op het treffen met Valencia, nu waren ze met het hoofd volledig bij de onder linge partijen. In Aalsmeer waren 21 fitte Aja cieden en voetvolleyspecialist Guido Albers als stand-in in elf teams verdeeld. Voor de inde ling was een onafhankelijk persoon gekozen. 'Want de spelers begonnen zelf alweer te vra gen of ze met hun beste maatje mochten spar ren. Daar waagde ik mij niet aan,' sprak team manager David Endt, die de enige 'begeleider' van het gezelschap was. De technische/ medi sche staf had een eigen 'teambuildingdag', afzonderlijk van de spelers. De teamsamensteller had interessante combi naties uit zijn koker gehaald. Zo speelde de fij nbesnaarde Rafael van der Vaart met 'door douwer' Anthony Obodai en waren de van griep herstelde Yakubu en Maxwell door het lot aan elkaar verbonden. Van enige zwakte was trouwens bij dit duo niets meer te mer ken, ze reikten tot de kwartfinales en werden toen pas verslagen door Julien Escudé en Daniël de Ridder. Die kwartfinale was de mooi ste wedstrijd van de middag. Het was fantas tisch om te zien hoe Yakubu sommige ballen nog terug wist te krijgen, hoe Maxwell met zijn Braziliaanse finesse de bal beroerde en hoe vervolgens Escudé alles weghaalde en Daniël de Ridder met een overdosis effect de genadeslag toebracht. Die partij was nog in volle gang toen Endt de loting voor de halve finale verrichtte. Van der Vaart gaf hem nog even één overweging mee: 'Ik wil niet tegen de winnaar van deze partij,' knikte hij richting middelste zandveld. Uiter aard werd het lootje Van der Vaart wél aan hen gekoppeld. Zijn angst was niet onterecht. Samen met Obodai moest hij het onderspit delven tegen superduo Escudé-De Ridder. 'Zo'n middag is best fijn,' was Johnny Heitinga van mening. 'Dan kun je je gedachten eens verzetten.' Maar of de verdediger nou op het trainingsveld, in het stadion of zoals vandaag in het zand staat, hij wil maar één ding: win nen! De een wat meer dan de ander. Deze middag leek op papier een dreamteam geboren: Ste ven Pienaar en Zlatan Ibrahimovic. Maar de twee net van hun blessures herstelde technici bakten er in het zand weinig van. Zelfs de poe delprijs ging nog aan hun neus voorbij, omdat ze te weinig hadden gedaan met hun kwalitei ten. Die was nu voor Yannis Anastasiou en Tom de Mul. 'Mijn zoontje,' grijnsde de Griek teder richting de jonge Belg. 'Nou, het zou toch bijna kunnen, niet?' De échte prijzenpakkers waren een bloedfa- natieke Tsjech en Belg. Niet Zdenek Grygera, die samen met omhaalkoning Nigel de Jong vroeg werd uitgeschakeld. Nee, de eerste prijs ging naar Tomas Galasek en Wesley Sonck, die in de halve finale het gelegen heidsduo Albers-Boschker uitschakelden. Sonck kreeg de lachers regelmatig op de hand als hij na een misser woedend op zich zelf werd. Dat fanatisme gaf in de finale de doorslag. Het Frans-Nederlandse duo Escudé- De Ridder moest hun teammakkers Galasek en Sonck toch voorrang verlenen in Aalsmeer. Als voorproefje op het Leidseplêin hieven de winnaars trots de Cup. AJAX MAGAZINE oadas ABNAMïo

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 2004 | | pagina 18