Film momento SI1IÉ cruijffcfef»im Johan Het was best gezellig in Tuschinski 3, die natte avond in februari. Een bezoek aan de popcornfabriek is tegenwoordig soms min der leuk, want je loopt ook daar de kans een dreun te krijgen, als je iets verkeerd zegt tegen de man naast je die binnen een half uur voor de vierde keer zijn mobieltje laat afgaan. Maar vanavond viel het mee; bezoe kers van een documentaire over Johan Cruijff selecteren zichzelf tot een onder ons-gezelschap, dat zich met een beetje plechtig (documentaire!) en ook vreemd (voetbal, maar geen ArenA) gevoel nestelt in het pluche. We hadden er zin in: de film, over de jaren van Cruijff in Barcelona, kreeg goede kritieken en de vertoonde fragmen ten op de televisie beloofden genoeg. Na een paar minuten was het al mis. Je ziet Johan op een afgegraasd stukje land bovenop een heuveltje naar een jongen lopen die daar wat staat te ballen. Met zijn jasje maakt hij een doelpaal en trapt wat naar het joch, dat ervoor kiest op goal te staan. Als de jongen is ingespeeld, haalt de oude meester uit en schiet de bal hoog over hem heen, ver weg in niemandsland. De jon gen moet uren rennen om die bal op te pik ken. Gatverdamme, wat kinderachtig, dat doe je niet, Johan! Johan doet het wel in En un momento dado, ongetwijfeld op verzoek van regisseur Ramón Gieling, die Johan Cruijff opdroeg die lullige trap te geven, want hij had bedacht dat dit een leuke rode draad zou zijn: jonge tje rent urenlang hijgend achter die bal aan en ontmoet dan onderweg steeds iemand, die wat kan vertellen. Wat een zeikerig trucje, typisch bedacht door een weinig ori ginele filmer, die vooral wil laten zien dat hij een kunstenaar is en zijn verhaal 'een struc tuur' weet te geven. Meteen dacht ik terug aan Maarten de Vos, die in 1973 ook al een docu mentaire maakte over Johan Cruijff, Nummer 14. Maarten was er alleen op uit te laten zien hoe geweldig Cruijff was en benaderde zijn held uitsluitend met een zich zelf wegcijferende nieuwsgierig heid. Maarten bedacht geen grap jes om vooral aan te tonen dat hij iets met cinema had. Nummer 14 was een journalistieke documen taire en ik vond hem zo aardig dat ik er in het toenmalige dag blad De Tijd, waar Maarten ook werkte, een halve pagina over schreef, tussen veel kleinere recensies van 'echte' films. Denkend aan Maarten de Vos schrok ik, omdat ik helemaal was vergeten dat Cruijff bij Barcelona rugnummer 9 droeg, zoals de eerste voetbalbeelden in En un momento dado bewezen. Die voetbalbeelden zijn het leukst in de film, naast gelukkig een paar aardige anekdotes van twaalf mannen en een vrouw voor wie Cruijff nog leeft en die soms een typische Cruijff-beweging probe ren na te doen. Een paar keer zien we bijvoorbeeld dat moment dat hij even blijft haken achter een reclamebord in het Wembley Stadion, als Koeman Barcelona met een verschrikkelijke dreun op 1-0 zet in de Europa-Cupfinale. Weer blijkt dat Ramón Gieling niet echt een voetbalkenner is, want het gaat natuurlijk om het moment daarna. Cruijff haastte zich naar het veld (en bleef even haken), niet om juichend naar Koeman te lopen, maar om onmiddellijk zijn aanwijzingen te geven over de tactiek die het elftal de laatste minuten moest volgen om de Europa Cup veilig te stellen. Een grandioos moment, dat bewees hoe Cruijff, misschien wel als enige, zijn koppie erbij hield terwijl iedereen die Barce lona lief had, geheel buiten zinnen was. Niet te zien in de film, nee hij struikelt bijna, oei. Ik miste ook iets over de hectische weken toen heel Barcelona zat te wachten op de Verlosser, die wel was gecontracteerd, maar nog niet speelgerechtigd was. De entree, toen hij eindelijk kwam, was door dit wach ten bijna ondraaglijk geworden en mede daarom zo uniek. Ach, er ontbrak zoveel in die documentaire, gemaakt door iemand die met wat research en handig plakwerk een film maakte die natuurlijk door de leuke momenten de moeite waard is, maar toch lang niet de film die hij had kunnen zijn. En irriteert in zijn 'meerwaarde' (die rotschop en dat voortdu rend rennende jochie). Kijkje kunt natuurlijk niet verwachten dat Gieling het meest pikante beeld mist van de afscheidsavond die Cruijff in Barcelona kreeg, een paar jaar nadat hij weg was. Het moment dat de televisie wel registreerde: Louis van Gaal, inmiddels de trainer van Barga, die de emotionele hulde aan zijn voorganger niet meer kon aanzien en stiekem wegsloop in de cata comben. Maar goed, En un momento dado gaat over zoveel niet dat behoort bij de twee periodes (als speler en als trainer) dat Johan Cruijff de keizer van Barcelona was. Aan het slot, na die dertien mensen daar voor, is Johan zelf nog even aan het woord. Toch nog nummer 14, zoals het hoort. Als film vond ik het dus allemaal niet gewel dig, maar we hadden na afloop genoeg na te praten, ik en de jongens met wie ik was, die natte avond in februari. Zou er trouwens ooit een documentaire gemaakt worden over Louis: de speler, de trainer, de technisch directeur, de tv-analist en, niet te vergeten, de dichter? Peter van Bueren APRIL 2004 111

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 2004 | | pagina 113