Inspiratie had Endt opgedaan in Italië.
'Daar bestaan al vanaf het midden van de
jaren vijftig prachtige magazine-achtige
clubbladen. Die van topclubs als Inter, AC
Milan en Juventus zijn landelijk te koop.
Ook het programmablad van Ajax moest
professioneler worden, meer allure krij
gen, vonden we, alleen al met het oog op
sponsorwerving. In het seizoen 1986-1987
kwamen we bij de Europa-Cupwedstrijden
tegen Malmö en Real Zaragoza met mooie
programma's op A4-formaat. We wilden op
alle mogelijke manieren de band tussen
Ajax en zijn publiek versterken.'
Die band werd zo hecht dat het magazine
(te) veel supporters niet bereikte: ze
waren niet bij de wedstrijd of waren dat
wel, maar dan was het blad al op. Met
ingang van het seizoen 1987-1998 bundel
den het magazine en het clubblad hun
krachten in één uitgave met de titel
Ajax/magazine/clubblad. De redactie was
in handen van Ajax en van Inter Football
bracht de uitgever (Adrem BV) David Endt
mee. De cover bestond - naast een brede
balk met Ajax-sponsors - uit een litho van
een Ajax-speler (Johan Cruijff?), gemaakt
door Frank Gude. De litho paste in de lijn
van 'kunstzinnige' Ajax-covers: in 1947
tekende Jan Lutz, zoon van Peter Lutz die
het blad in 1931 ook al eens vorm had
gegeven, naast Ajax-voetballers voetbalre
porters en publiek op het omslag. Henk
Sprenger, onder meer de tekenaar van de
voetbalstrip Kick Wilstra, verzorgde mid
den jaren zeventig een korte tijd het
omslag. Heel speels waren in de jaren
zestig en zeventig de tekeningen van Dik
Bruynesteyn, die hij ook voor de program
mabladen en speciale edities (bij kam
pioenschappen of toernooien) maakte.
In 1975 begon een nieuwe traditie: de pre-
sentatiegids, waarin de nieuwe selectie en
het wedstrijdprogramma de vaste onder
delen vormen, naast een historisch over
zicht en cijfermateriaal. De presentatie-
gids werd ook in een Engelstalige versie
gemaakt.
In de jaren negentig groeide het Ajax
Magazine razendsnel, in vorm, dikte, uiter
lijk en oplage. Het werd een professioneel
gemaakt 'glossy' voetbalblad, dat ook in
de kiosk goed verkocht moest worden.
In 1998 schetste Ajax de profielen van de
lezers van Ajax Magazine en het officiële
supportersblad Ajax Life. De ijkpersoon
van Ajax Magazine doopte men 'Lucas Lief
hebber' (51 jaar): voor Lucas is het Ajax
Magazine zowel het visitekaartje van de
club als een teken van zijn goede smaak
(Lucas is geïnteresseerd in architectuur en
kunst en leest regelmatig een goed boek).
Hij ziet Ajax Magazine als een redelijk
objectief blad met diepgang en ruimte
voor meningen van niet-Ajacieden. Verha
len mogen best wat literair zijn.
Daarmee onderscheidt het Magazine zich
van Ajax Life, dat in 1994 het levenslicht
zag: ijkpersoon Stef Supporter (34) houdt
van tv-kijken, wandelen met de hond en
zelf voetballen. Boeken die hij leest moe
ten niet te dik zijn. Rond kerst bezoekt hij
traditiegetrouw een musical. Door zijn lid
maatschap van de Supportersvereniging
en het lezen van Ajax Life voelt Stef zich
verbonden met de club. Hij ziet Ajax Life
als een klankbord waarin supporters hun
meningen en andere reacties kwijt kunnen.
Foto's van huisdieren die naar Ajacieden
zijn vernoemd, kunnen op zijn aandacht
rekenen.
Ajax Life was van de nieuwe Supporters
vereniging Ajax en werd gemaakt door
professionele schrijvers én vrijwilligers.
Ajax Life, dat zes keer per jaar verscheen,
had ook speciale aandacht voor (zeer)
jeugdige Ajax-fans in eigen (foto)rubrie-
ken.
ajax
Het 'sobere' Ajax-nieuws bleef naast het nieuwe Ajax Magazine nog anderhalfjaar voortbestaan.
Het eerste nummer van Ajax Magazine verscheen in februari 1986. De bedoeling was dat het,
naast het Ajax-nieuws, vijf keer per jaar uitkwam, waarbij het derde nummer de presentatiegids
voor het nieuwe seizoen was.
JANUARI 2004