Drie vragen van Schelto Patijn aan Job Cohen
Op 26 september werd in de ArenA een seminar georganiseerd voor de afscheid
nemende Michael van Praag. Een van de onderwerpen die op de agenda stonden, was
het thema veiligheid. Van Praag heeft er bij Ajax veel mee te maken gehad. Onder de
genodigden bevond zich ook oud-burgemeester Patijn. Tijdens een kort onderhoud in de
pauze vroeg Ajax Magazine aan Patijn om zelf enkele vragen voor zijn opvolger te
bedenken. Enthousiast, en zonder enige aarzeling, kwam Patijn tot de volgende drie
vragen, waaraan hij olijk toevoegde: 'En ik denk dat ik ook de antwoorden al weet!' Die
geven we er dan ook bij.
Is het supportersbeleid na drie jaar nog een kopzorg voor de burgemeester?
Patijn: 'Ik denk dat hij hier "nee" zal antwoorden.'
Cohen: 'Op dit moment niet, maar wel wil ik graag afwachten of het vandaag (de dag
van Ajax - Club Brugge) allemaal goed gaat.'
Wat valt er nog te verbeteren op het gebied van veiligheid in de stadions zelf?
Patijn: 'Hier zal hij waarschijnlijk antwoorden: "weinig tot niets".'
Cohen: 'Ik denk dat de regelingen met pasjes, die we nog steeds gebruiken, nodig zul
len blijven. Een vervelende regeling, maar ik denk dat het moet.'
Moet de combikaart worden afgeschaft?
Patijn: 'Hier ben ik benieuwd wat hij zal antwoorden.'
Cohen: 'Ik ben bang datje er op dit moment niet aan ontkomt. Het lastige is dit: als
het op een gegeven moment niet goed gaat, heb je de neiging om strenger te
worden. Door strenger te worden maak je het lastiger voor mensen die daar
onnodig aan worden onderworpen. Soms werkt het in dergelijke situaties om
gas terug te nemen, waardoor het weer beter gaat. Daarin zal een balans moe
ten worden gevonden.'
hebben. Een festiviteit met mensen onder invloed van drank en drugs schept snel een
klimaat waarbij de zaak uit de hand kan lopen. Grote groepen mensen, waarbij dergelijke
emoties spelen, brengen veel risico's met zich mee. Het is af en toe angstaanjagend.'
Moeten we de opstootjes rondom risicowedstrijden zo langzamerhand niet gewoon
accepteren als iets dat er kennelijk bij hoort?
'Nee, je mag het nooit accepteren en daarom moet je er altijd iets aan blijven doen. Ove
rigens: het zijn de supporters van Ajax. En het is dus ook aan Ajax om er het nodige aan
te doen. Als gemeente kun je er faciliterend bij optreden, maar het is niet het suppor
tersbeleid van de gemeente. Natuurlijk, er zijn soms tegengestelde belangen tussen
Ajax enerzijds en de gemeente anderzijds. Daar moeten we ook niet zo moeilijk over
doen, want dat is logisch. En ik moet dan letten op de openbare orde en veiligheid in de
stad. Ik moet zorgen dat dat gedeelte goed loopt. Dit houdt in dat ik zo nu en dan moet
zeggen wat er wel en niet kan. Toen ik die trein met Utrecht-supporters naar huis
stuurde, deed ik dat echt niet voor mijn lol. Op dat moment wist ik dat er bepaalde men
sen werden gedupeerd, namelijk diegenen die niets hadden geroepen.'
Hoe reageerde het bestuur destijds op die beslissing?
'Dat weet ik niet, want ik was niet in het stadion. Ik was aan het wandelen toen ik werd
gebeld met de mededeling dat er, luid en duidelijk, van alles en nog wat werd geroepen.
"Wat moeten we doen?" werd me gevraagd. "Stuur maar terug," antwoordde ik. Het was
ook niet niets hoor, wat er toen werd geroepen. Ik heb nooit spijt gehad van die beslis
sing, je zult ooit een streep moeten trekken. Ik blijf erop hameren dat hierin een duide
lijk beleid moet worden gevoerd. Bij Feyenoord gebeurt het gelukkig ook. Mensen kun
nen niet dingen blijven roepen waarvan ze weten dat het pijn doet, maar waarvan ze
niet weten waarom het pijn doet. Daar moetje dus iets aan doen, want het draagt bij
aan normvervaging.'
Vindt u dat goed gedrag van de supporters moet worden beloond, hetgeen een belang
rijke wens van veel supportersverenigingen is?
'Ik vind dat een onderwerp om heel serieus over na te denken. Belangrijk ook. Als dat
lukt, dan zou het belonen van goed gedrag bij de supporters ertoe leiden dat verkeerd
gedrag wordt afgestoten door diezelfde supporters.'
Zou het helpen om groeperingen die zich hebben schuldig gemaakt aan sisgeluiden een
dagje naar het Anne Frank-huis te sturen voor een rondleiding met verplichte informa
tie? Of is dat te gemakkelijk gedacht?
'Ik weet het niet. Maar bij dergelijke gedachten ben ik wel geneigd om te denken: baat
het niet, schaden doet het zeker niet. Voorzover ik weet is zoiets nog nooit gebeurd.'
Hoe vervelend is het voor een burgemeester om een wedstrijd te moeten verbieden?
'Dat is een ramp. Gelukkig is het hier in Amsterdam nog nooit gebeurd. Het verbieden
van een wedstrijd doe je alleen in uiterste nood. Vorig seizoen ging het goed, mede door
de uitstekende prestaties van Ajax op het veld, want dat speelt ook een belangrijke rol.
Toch is het allemaal geen garantie voor de toekomst. Ook ik kan ineens voor het blok
worden gezet en daardoor een wedstrijd moeten verbieden. Ik hoop dat dit nooit hoeft
te gebeuren.'
De Arnhemse methode
In Arnhem wordt heel gericht naar de leiders van de supportersgroepen gezocht. Niet
alleen in het stadion, maar ook in winkelcentra en in het uitgaanscircuit. Zodra zo
iemand in de fout gaat, wordt hij door een agent op de schouder getikt die hem vrijwel
direct aanspreekt met: "Kijk uit hè, we houden je in de gaten!" Deze zeer persoonge-
richte aanpak, de leider weet zich vrijwel voortdurend geschaduwd, blijkt in Arnhem
naar behoren te werken. Hoewel de vergelijking moeilijk is te maken, gelooft Cohen wel
degelijk dat een vergelijkbare aanpak in het veel grotere Amsterdam eveneens succes
vol kan zijn. Cohen: 'Wij doen eigenlijk hetzelfde. In Amsterdam richten we ons intensief
op de zogenaamde veelplegers. Die houden we vreselijk goed in de smiezen en zij wor
den op grote schaal opgepakt. Het is niet langer een daadgerichte aanpak, maar juist
een dadergerichte aanpak. Dat is net als wat in Arnhem gebeurt: de jongens van wie we
het weten, worden extra goed in de gaten gehouden.'
OKTOBER 2003 107