ongeslagen in de competitie. Geen vuiltje aan de lucht dus,
vonden vooral de Ajax-spelers zelf: in de thuiswedstrijd
tegen Bochum speelde men zo nonchalant dat de Duitsers na
25 minuten met 2-0 voor stonden. Het hautaine Ajax schrok
(even) wakker en stelde nog voor rust orde op zaken: 4-2.
De komst van de Europese grootmacht Ajax zette het provin
ciestadje twee weken later op zijn kop. Vanwege de geringe
afstand werden veel Ajax-supporters in Bochum verwacht,
maar die moesten wel écht een kaartje hebben. Duizenden
politieagenten hadden de opdracht om iedere supporter die
zich zonder kaartje in de buurt van het stadion ophield, op te
pakken en tot na de wedstrijd vast te houden. Na afloop
publiceerde de politie de cijfers: honderd voortijdige arresta
ties en na de wedstrijd nog eens 660 arrestanten, van wie
vijfhonderd uit Nederland. Zestig fans verschenen voor de
snelrechter. Het is onbekend wat de waarde van deze aantal
len is: veel, weinig of 'normaal'? Een van de aanklachten
luide: landvredebreuk.
Ajax-sjaaltje
Ajax had vooraf ook zo zijn zorgen, en dan vooral op het
gebied van enfant terrible Dani. In de twee wedstrijden voor
de return in Bochum was de Portugees steeds al na twintig
naar de kant gehaald door Olsen. 'Soms is het nodig om een
duidelijk signaal af te geven,' verklaarde Olsen zijn wissels.
'Anders valt het niet te repareren. Dani hield zich niet aan
zijn taak.' Het was een schoolvoorbeeld van de eeuwige
strijd tussen de trainer die op discipline staat en de individu
alist die zich vrij wil voelen.
Het leek zelfs even of de trainer van de tegenpartij een gro
tere Ajax-fan was. Trainer Klaus Toppmöller had eerder, met
een Ajax-sjaaltje om zijn nek, uitvoerig op de loftrompet
geblazen: 'Het is een eer om tegen Ajax te mogen spelen.
Het Ajax-voetbal is het voetbal waar ik van houd: techniek en
schoonheid. Individueel kunnen ze alles. Wij moeten het van
onze teamgeest hebben. Ik betwijfel of dat genoeg is.'
Het was in ieder geval spannend in het Ruhrstadion. Zonder
de geblesseerde Jari Litmanen hield Ajax het enthousiaste
Bochum van zich af. En nadat Shota Arveladze Ajax vlak na
rust fraai op 0-1 had gezet, leek de buit binnen. (We slaan nu
even het cliché over dat Duitse ploegen nooit verslagen zijn
voordat de wedstrijd afgelopen is.) Het nonchalantere spel
van Ajax voedde het opportunistische Bochum en halver
wege de tweede helft stond Bochum, onder meer door een
slordigheid van Sunday Oliseh, met 2-1 voor. Nog een Duitse
treffer en Ajax was uitgeschakeld...
Het grote geluk voor Ajax was echter dat Dani nog niet
gewissseld was. Hij speelde gretig en reageerde drie minu
ten na de 2-1 goed op een voorzet van Babangida en kopte
de gelijkmaker achter doelman Ernst. Net als eerder tegen
Atletico Madrid had Dani Ajax 'gered'. Morten Olsen zag het
met grote vreugde aan en haalde Dani vlak na zijn treffer
weer van het veld. Nu ging het echter om een onvervalste
publiekswissel. 'Dani heeft dit keer misschien wel té hard
gewerkt.' luidde het oordeel. Een opmerking van Olsen die
goed de verwarring binnen Ajax over Dani onder woorden
bracht. Achteraf zou blijken dat Dani in het Ruhrstadion een
van zijn laatste goede wedstrijden voor Ajax gespeeld had.
Marcelle van Hoof
Danny Blind aan de bal
in het Ruhrstadion.
Toen de Duitsers op
voorsprong gekomen
waren roken zij hun
kans, maar de Ajax-
defensigjaf niets
meer we(f.
Enfant terrible Dani heeft de verlossende gelijkmaker
gescoord en wordt gefeliciteerd door zijn medespelers.