techniek, inzicht en het begrip rust bijgekregen. Vooral dat laatste heeft Sjaak er bij mij
ingebracht. Datje niet bang wordt zodra een bal wordt ingespeeld. Van Damme wordt nog
steeds doodsbang als hij de bal krijgt. Had ik ook in het begin, maar dat is nu aanzienlijk
verbeterd. Wiel Coerver heeft altijd gezegd dat iedereen kan leren voetballen, tot op
hoge leeftijd. Ik ben een voorbeeld van zijn gelijk.'
De Jonge houdt van sport. Niet alleen van voetbal, maar ook van wielrennen, atletiek en
waterpolo. De Jonge: 'Het was in 1952 dat ons hele gezin op Texel gezamenlijk luisterde
naar een radioverslag van Dick van Rijn over een belangrijke waterpolowedstrijd. Bij het
luisteren naar zo'n verslag kroop je als het ware in de radio. De opwinding voor die wed
strijd was bij ons thuis toen enorm. Groter dan de opwinding die de media nu losmaken
voor de wedstrijd tegen Tsjechië. Over die opwinding kan ik me vreselijk opwinden. Als
Nederland zich plaatst voor het EK, krijgen we weer een enorme hoeveelheid bullshit en
reclame-uitingen over ons heen. Vreselijk. Het wordt zo hijgerig. In de tijd van die radio
verslagen was het anders: je eigen fantasie maakte een evenement tot wat het was.
Tegenwoordig wordt alles voorgekauwd. Het wekt eerder irritatie op dan lust. Bij Ajax
moeten ze daar ook voorzichtig mee zijn. Rustig jongens, denk ik dan weieens. Neem jul
lie eigen Ajax Magazine: 'Terug aan de Europese top' stond op het omslag van de presen-
tatiegids... (hij slaat de handen uiteen en zegt dan met stemverheffing): Ho, ho, laten we
alsjeblieft een maandje wachten zeg!'
Is dat vaak zo ongegeneerd grote zelfvertrouwen juist niet typerend voor Ajax?
'Ik vind het vooral dom. Bestuurders van de club hebben die neiging ook; om na een serie
goede wedstrijden en een gewonnen beker te denken dat ze weer enkele jaren onafge
broken aan de top kunnen verblijven. Maar we weten nu toch zo langzamerhand dat het
om cycli gaat? Ik vind dat jammer, want hierdoor ontbreekt het aan een consistent
beleid. Ik zou liever zien dat Ajax zelf zijn spelers blijft opleiden, want dan komt het uit
eindelijk goed, zo leert de praktijk. Alleen, ook nu nog worden uit alle hoeken mensen bij-
gekocht. We hebben al Wamberto en Sikora, maar in Soetaers wordt opnieuw een speler
van hetzelfde niveau aangetrokken.'
Vindt u dat er, in relatie tot het algemene beleid binnen de club, veel in positieve zin is
veranderd sinds de komst van Koeman?
'Ja, Ronald Koeman is een zegen voor de club. In de eerste plaats omdat hij onbesproken
is bij de pers. Hij is een autoriteit. Hij hoeft niet te vlot te zijn of met dubbele agenda's en
dat soort dingen te werken. Door die natuurlijke autoriteit hoeft hij bovendien niet bang
te zijn voor de spreekwoordelijke dolk in zijn rug. Dat zijn wel de problemen van Adri-
aanse en Wouters geweest. Als de pers erin geslaagd is om zich meester te maken van de
publieke opinie en vervolgens langzaam begint met duwen, dan wordt het ook voor een
bestuur lastig. Ineens wordt de druk groot en juist dan moet het bestuur zijn lijn blijven
volgen. Gewoon zeggen: geeft allemaal niets jongens, we worden een paar keer derde
maar de jeugd komt eraan. Meestal wordt de onrust dan groot en gaat men rare dingen
doen.'
Waarom is het eigenlijk zo leuk om over voetbal te praten?
'Dat heeft met deze tijd te maken, denk ik. We leven in een periode dat de tijd zo snel
gaat dat het één het ander voortdurend aanjaagt. Bijvoorbeeld: iets is belangrijk, waar
door alle media zich erop storten. Daarna volgt de commerciële wereld, die op zijn beurt
ook weer aandacht van de media wil en daarnaast de salarissen moet betalen. Enfin, dat
loopt maar door, zodat de belangen enorm groot worden. Als ik in het spelershome kom,
zie ik de kinderen van sponsors in lange rijen staan, met handtekeningenboekjes in de
hand. Dat vind ik raar. Als ik zelf klaar ben met een optreden, wil ik ontspannen en dan
heb ik geen zin om in de artiestenfoyer handtekeningen uit te delen. Maar goed, in het
Ajax-spelershome gebeurt dat dus wel. (Begint ineens te lachen:) Maar wat ik eigenlijk
nog belachelijker vind, is dat er gerookt mag worden in het spelershome. Onvoorstelbaar,
het staat daar altijd blauw van de rook. Maar zolang de vrouw van de trainer rookt, zal dit
beleid denk ik niet worden veranderd.'
De humor van Shota Arveladze
Ondanks het staafincident in 1989 is de samenwerking tussen De Jonge en Ajax altijd
hecht gebleven. Hij voelt zich er op z'n gemak. De Jonge: 'Er lopen enkele fantastische
mensen rond bij die club. Maar ik weet natuurlijk niet hoe ik zelf word bekeken.' Dat laat
ste zal bij de Nederlanders wel goed zitten, want wie vindt het niet leuk om enige tijd met
Nederlands beste cabaretier door te brengen? Aardiger is de vraag hoe de buitenlandse
selectiespelers tegen het fenomeen De Jonge aankijken. De cabaretier: 'In China heb ik
enkele jaren geleden veel plezier gehad, vooral ook met de buitenlanders. Maar die jon
gens zijn inmiddels alweer weg.' De Jonge genoot vooral van de humor van Shota Arve-
AJAX M4R47INF
