Goudglanzend zilver
joelen. En dan val je in en maak je zo'n mooie actie, waarbij de
bal er onderkant lat uitging. Dat was in zekere zin toch een
zoete wraak op Adriaanse. Zeker als je hem er na afloop zo op
ziet reageren. In plaats dat hij zegt "leuk voor die jongen", maar
hij ging toch weer heel rare dingen roepen. Het zit hem nog
steeds hoog denk ik, hoger dan dat het mij zit. Het is een heer
lijk gevoel als je weet dat het publiek achter je staat. Dat geeft
je zelfvertrouwen. Zij laten zien hoe ze me waarderen om wat
ik al die jaren heb laten zien. Ik was nooit te beroerd voor een
hakkie of een ander trucje; gekke dingen. Dat waarderen ze
altijd wel, en helemaal als je uit Amsterdam komt.'
Op het moment dat dit Ajax Magazine verschijnt heb je je
afscheid al achter de rug. We mogen hopen dat Ajax zijn dank
baarheid voor zoveel jaren trouwe dienst inmiddels uitgebreid
toonde, maar hoe zou je zelf het liefst afscheid nemen?
Witschge: 'Het liefst met stille trom. Ik ben er niet zo goed in. Ik
sta al met een brok in mijn keel als anderen afscheid nemen.
Dan sta ik echt tegen mijn tranen te vechten. Vaak is dat een
kansloze strijd, en voel ik mijn ogen vochtig worden, of erger.
Bij Blind, bij Fredje Grim. En dat wil ik niet bij mijn eigen
afscheid. Maar die stille trom zal er wel niet inzitten. Het moei
lijkste afscheid was bij Barcelona. Dat was een afscheid van een
fantastische ploeg. Wat een voetballers. Het laatste etentje, en
toen nog met z'n allen naar de disco... En dan een voor een die
jongens gedag zeggen. Heel moeilijk vond ik dat.'
Het publiek heeft tot ergernis van Koeman herhaaldelijk laten
blijken dat ze je willen houden. Is dat niet wrang, dat een van
de populairste spelers weg moet
Witschge: 'Nee, want hoe leuk die steun voor mij ook is, het
publiek maakt natuurlijk niet uit wie blijft en gaat. Dat bepaalt
de trainer. Hij heeft zijn motieven, hij neemt zijn beslissing.'
Hoe hebben de spelers eigenlijk gereageerd?
Witschge: 'Ze lazen het de middag van het gesprek al op tele
tekst. De volgende dag zag ik ze in de kleedkamer. Ze kwamen
allemaal naar me toe. Het deed me goed dat ze allemaal zei
den dat ze het jammer vinden dat ik weg moet.'
Raymond Bouwman
Ajax domineert steeds meer, al blijft de counterdegen van Milan levens
gevaarlijk. San Siro buigt naar Amsterdamse zijde, de supporters achter
het doel van keeper Abbiati dragen rood-witte kleuren om hun bast en
zekerheid in hun hart. Ajax' optische overwicht van de eerste helft, is nu
reëel en in de 77ste minuut is het raak. Gelijkmakend raak! Litmanen
zet over links een aanval op. Van der Meyde vindt met een voorzet het
schampende hoofd van Zlatan en de bal belandt tussen het tuimelende
duo Pienaar - Costacurta. Zestien jaar ervaringsverschil. Ongelijke strijd? Zes
tien jaar jonger te zijn helpt Pienaar om de vallende bal eerder te bereiken
dan zijn tegenstander en hij wurmt de bal over de lijn. 2-2! Ongelooflijk lijkt
het, maar dat is het niet. De stand, genoeg voor een plaats in de halve finale, is
een logische.
Verder gaat Ajax. Litmanen maant Zlatan tot het vermijden van individuele
acties. Ajax is meester van het terrein en Milan buigt en kraakt en toont geen
geloof meer in een goed afloop. Toch komt er een kans voor de Italianen. Rui
Costa speelt Shevchenko vrij voor Lobont! De keeper redt voortreffelijk. De
finale van de wedstrijd is bloedstollend. Ajax beheerst als zelden tevoren het
spel. Drie minuten extra tijd. Zo lang? Geen vrees, Milan ligt onder, een kwes
tie van uitspelen. Wat gaan drie minuten soms traag voorbij... O nee, o hemel,
nee! Een wanhopige schop uit het achterland van Milan wordt door Ambrosini
doorgekopt. De verdedigende staffel van Ajax hapert, Chivu glijdt net dat
beetje weg om Inzaghi doortocht te verschaffen. Duivelse Inzaghi. Twee rappe
pasjes, een lob over Lobont, het doel gaat ontvangen. Het maakt geen verschil
dat invaller Tomasson egoïstisch het doelpunt rooft door de bal nog een zetje
te geven. Het doek is gevallen. De halve finale die zo vast in de vuist lag, is
lichtjaren ver weg. Er is geen plaats voor relativering, alles doet pijn, zo'n
pijn...
Er zit symboliek in het absolute hoogtepunt van Ajax' seizoen 2002-2003. Er
waren meer prachtige, machtige, onvergetelijke momenten en wedstrijden,
maar het duel in rood-zwart San Siro zal eeuwig voortleven. Vooral omdat de
kwaliteit van het Ajax-spel zo bijzonder en het doel zo zinneprikkelend was. Er
werd verloren maar toch blonk er goud in de zilveren tranen die het team
plengde.
Ajax werd tweede in de competitie maar leverde een topprestatie die senti
menteel veel meer waard is dan een kampioenschap. Het is een seizoen om in
te graven als in een rijk gevulde schatkist. Zoveel mooie, pijnlijke, ontroerende
momenten.
Een greep. Hier in deze hand de mooiste overwinning, de zege in de door
zoveel onbekende emoties gevulde eerste Champions-Leaguewedstrijd, in
voetbalfeestelijk Amsterdam tegen Olympique Lyon. Het korte voetenwerk en
het daverende schot van Zlatan dat de score opende. De zege had een meer
voudige waarde. Hij voedde het aan twijfel onderhevig zijnde idee dat Ajax
hier, in de Champions League iets te zoeken had. Dat de jongens zich met de
besten konden meten. De winst gaf de kampioenstrots diepte.
In de ogen de vlucht van een engel. Een engel boven de heilige grond van San
Siro. Bogdan Lobont sprong niet naar de onbereikbaar in de bovenhoek spet
terende bal, hij werd gestuurd. Oneindig lang zweefden zijn onzichtbare vleu
gels hem de bal achterna, achterhaalde hem, streek hem met de platte hand
weg en landde verbaasd en gelukkig in de touwen van het aardse net.
In het hart de mooiste tranen. De verdriettranen van Ruud Krol, meteen na
afloop van de San Siro-sage. Tranen van een man die door alle voetbalwateren
gewassen is, een man die twee keer in de WK-finale stond, een man die
Europa Cups won. Groot en sterk, altijd motiverend. Een grootheid in de voet
balwereld. Maar niet te groot om zijn alle dagen uitwasemende intense
betrokkenheid bij zijn elftal in tranen te vertalen. Even gebroken door het uit
eenspatten van de droom van de jongens die hij lief heeft.
In de ziel de schoonheid van een zilveren seizoen dat pas aan het slot daarvan
als een machtig mozaïek in elkaar valt. Donkere en lichte, vrolijke en sombere
kleuren schakelen zich aaneen. Daaroverheen een mystieke gloed. Beschouw
in stilte, glimlach en knik: goudglanzend zilveren gloed!
David Endt
AJAX MAGAZINE JUNI/JULI 2003
23