T INTERNE
hij zou moeten spelen, namelijk niet alleen de belangen van zijn
speler te dienen, maar ook oog te houden voor de continuïteit
van het voetbal. En juist deze continuïteit lijkt op dit moment,
overigens in geheel Europa, danig onder druk te staan.' Toege
spitst op Ajax betekent dit dat op verantwoorde wijze gereageerd
moet worden op de gestelde salariseisen: 'Nu het financieel bij
Ajax weer wat beter gaat, zou de verleiding groot kunnen zijn om
als club toch maar toe te geven. Maar ook hier geldt dat het niet
zo mag zijn dat door het tegen iedere prijs willen behouden van
een indivuele speler de continuïteit van Ajax in gevaar komt.'
Over de financiële situatie van Ajax merkte de algemeen direc
teur op dat de club er door met name de inkomsten van de
Champions League dit seizoen beter voorstaat. Voor volgend sei
zoen zal dit zelfs zonder deze inkomsten het geval zijn, en als
Ajax zich wél plaatst voor deze prestigeuze competitie voor het
seizoen 2003-2004 zouden daardoor de verliezen van de afgelo
pen jaren weer wat ingelopen kunnen worden.
Keurmerk
Meer dan ooit dienen clubs en bonden de handen ineen te slaan
om gezamenlijk de problemen het hoofd te bieden. De financiële
situatie noopt daartoe. Van Eijden ziet dat op nationaal niveau
bezuinigingsoperaties schering en inslag zijn. 'Er is de laatste tien
jaar te veel gehandeld vanuit een te grote sportieve ambitie;
altijd werd geprobeerd net die ene meter verder te springen dan
de polsstok lang was en daarmee de illusie te hebben van succes
verzekerd te zijn.' Als (bestuurs)lid van de G-14 heeft Ajax een
open oog voor het belang van het gehele voetbal. Zo langzamer
hand begint het lobbywerk van de G-14 vruchten af te werpen
en wordt bereikt dat de nationale en internationale bonden hun
oor wat meer te luisteren leggen bij de clubs die uiteindelijk de
door hen georganiseerde competities het keurmerk geven en
daardoor waardebepalend zijn. Het besef leeft, ook bij de aller
grootste internationale clubs, dat voetbal nog steeds local busi
ness is. Ajax zal daarom de Nederlandse competitie trouw blij
ven, maar dit betekent niet dat getornd kan worden aan de
reputatie-coëfficiënt van de top drie. Alleen al het opnieuw
bespreekbaar maken van de verdeelsleutel van de centraal gege
nereerde middelen ('een oude hobby van een aantal clubs')
getuigt van kortzichtigheid. De waarde van de Nederlandse com
petitie wordt immers overwegend bepaald door de reputatie van
de drie topclubs Ajax, Feyenoord en PSV. Van Eijden wijst er en
passant op dat een recente uitspraak van de NMa inzake centrale
verkoop van mediarechten tot verschillende ideeën zou kunnen
leiden die niet zonder meer in het voordeel van de overige clubs
hoeven te zijn. Hij roept de KNVB, de Eredivisie NV en de Coöpe
ratie Eerste Divisie op snel met voorstellen te komen tot een
organisatiewijziging waarbij het voetbal georganiseerd wordt op
basis van de uitgangspunten effectiviteit, efficiency en samen
hang.
Voetbalwet
Michael van Praag hield voor de tweede maal zijn laatste nieuw-
jaarsspeech. Zijn beoogde aftreden als voorzitter in oktober van
het afgelopen jaar is uitgesteld tot het einde van het huidige ver
enigingsjaar in verband met de inwerkingsperiode van zijn
beoogde opvolger John Jaakke. Twee zaken hebben Van Praag
gedurende zijn veertienjarige voorzitterschap ('Als ik op 1 juli
aftreedt heb ik het toch nog net iets langer gedaan dan mijn
vader') steeds zeer na aan het hart gelegen: supporterszaken en -
Van Praag is zelf scheidsrechter geweest - de arbitrage. In zijn
afscheidsrede prees de voorzitter de Ajax-supporters, die 'tanden
knarsend een paar moeilijke jaren hebben moeten doorstaan,
maar nu de zoete vruchten plukken van hun onvoorwaardelijke
steun aan de club'. Hij constateert dat KNVB en clubs inmiddels
alle wensenlijstjes van de overheden hebben ingevuld om voet
balvandalisme zo goed mogelijk te beheersen (Ajax besteedt
hieraan jaarlijks meer dan 1,5 miljoen euro), maar bespeurt een
onbegrijpelijke onwil bij de beleidsbepalers in politiek Nederland
om het sluitstuk van dit beleid, een meldingsplicht verankerd in
een voetbalwet in te voeren.
Op het gebied van de arbitrage hadden zowel Van Praag als Van
Eijden interessante opmerkingen. Van Praag stelt vast dat vooral
door de grensrechters het afgelopen jaar veel arbiters en dus ook
clubs de boot zijn ingegaan. Hij noemt het voorbeeld van
FC Utrecht, dat door een scheids- of beter grensrechterlijke dwa
ling de bekerfinale verloor van Ajax en daardoor van zijn sponsor
een enorm bedrag is misgelopen. Hij bepleit de invoering van
AJAX MAGAZINE FEBRUARI/MAART 2003