Beleefd
Wie weieens op de hoofdtribune van de Arena komt, weet dat
de familie Van der Vaart erg hecht is. Vader Ramon en moeder
Lolita zijn zeer betrokken bij de carrière van hun zoon. En Van
der Vaart praat altijd met veel lof over zijn ouders.
'We zijn erg close. Thuis ben ik veel met mijn moeder. Met mijn
vader praat ik veel over voetbal. We nemen de wedstrijd ook
altijd even door. Over het algemeen is het logisch dat iemand
meer met zijn vader dan met zijn moeder over voetbal praat.'
Hecht is het contact tussen vader en zoon, of moeder en zoon.
Opvallend is dan ook de manier waarop Van der Vaart zijn
ouders aanspreekt: met 'u'.
'Zo ben ik opgevoed. Als ik per ongeluk "jij" zeg, voelt dat heel
raar. Dan zeg ik meteen "sorry". Het voelt bij mij alsof ik iets
misdaan heb. Het zijn mijn ouders. Ze zijn ouder dan ik en ik
heb veel respect voor ze. Mijn vriendin tutoyeert mijn ouders
ook, net als iedereen eigenlijk. Maar voor mij klinkt dat heel raar.
Ze hebben me er nooit toe gedwongen. Ze hebben gewoon
gezegd dat ze het beleefd en
prettig vinden als ik hun me u
aanspreek. Het is dus niet om
afstand te creëren. Er is ook
geen afstand.'
Zeg je ook u tegen Koeman?
'Ja, want hij is de trainer. Maar
tegen Witschge zeg ik gewoon
jij. Het gaat me dus niet om
leeftijd. Ik denk toch dat het
om een bepaalde manier van
respect gaat. Nogmaals, het is
voor mij geen teken van
afstand.'
Blessureleed
Van der Vaart heeft talent. Van der Vaart heeft een neusje voor
de goal. Van de Vaart is de hele dag met voetbal bezig. Van der
Vaart heeft een hechte familie. Het enige waar de middenvelder
over te klagen heeft, zijn de blessures die hem de afgelopen
twee jaar parten gespeeld hebben.
'Geblesseerd zijn is het ergste wat je kan overkomen als voetbal
ler. Ik heb twee zware knieblessures gehad. Het revalidatiepro-
ces daarvan is heel eentonig. Je komt 's ochtends naar de club,
je wordt gemasseerd, je doet een aantal oefeningen, waarna je
weer gemasseerd wordt en dan ga je naar huis. Dag in, dag uit,
totdat het beter gaat. Je hoofd ontploft op een gegeven
moment. Het is het zwaarste wat er is. Je moet een doel heb
ben. Een moment waarop je je richt dat je weer fit bent. Op het
moment dat je verbetering ziet, kom je weer een beetje tot
leven en krijg je weer moed. Het is zeer eenzaam. Ik ben nor
maal gesproken nooit chagrijnig. Maar toen ik voor de tweede
keer moest revalideren, werd ik toch een beetje moedeloos. Je
weet dan hoe moeilijk en vervelend het proces is. Maar goed,
het is niet anders. Je moet toch door.
'Je ziet het nu ook bij Johnny Heitinga. Hij heeft zijn kruisbanden
-Ai:-
I gescheurd en weet dat hij er weer een jaar uit is. Dat is echt ver-
I schrikkelijk. Toen hij geblesseerd raakte schoten de tranen in
I mijn ogen. Het deed me meer pijn dan toen ik zelf weer gebles-
I seerd raakte.
I 'Voor een groot gedeelte zijn mijn blessures pure pech. Knieën,
daar kan je niets aan doen.
I Maar die kleine spierblessures,
11 ook die ik nu heb, zijn mis-
11 schien te wijten aan het
drukke programma dat ik
gedraaid heb nadat ik terug
kwam van mijn tweede knie
blessure. Ik heb meteen een
boel zware wedstrijden
gespeeld: Lyon, Inter, competi
tieduels. Als het goed gaat, wil
je spelen. Dus op dat moment
dachten we allemaal dat het
kon. Achteraf gezien had ik het
misschien iets rustiger aan
moeten doen. Maar spijt heb
ik er niet van. Mijn gevoel zegt nog steeds dat ik het toen goed
gedaan heb. Ik heb er veel met mijn vader over gediscussieerd.
Had ik wel of niet tegen De Graafschap moeten spelen? Qua
naam is een Champions-Leagueduel natuurlijk leuk, maar ik
vind een wedstrijd tegen De Graafschap ook belangrijk. Je wilt
toch kampioen worden?'
De blessure die Van der Vaart opliep in dat duel bleek ernstiger
dan in eerste instantie het geval leek. Het revalidatieproces ver
loopt voorspoedig, maar 'het mag nu weieens ophouden met
die blessures,' aldus Van der Vaart.
'Als er dus iets is wat ik te wensen heb in het leven, is het fit blij
ven. Ik heb mijn lichaam nodig. Als ik speel, zit alles mee.'
Incident
Behalve met het blessureleed zat het Van der Vaart ook even
niet mee na de nieuwjaarsspeech van Arie van Eijden.
'Ik voelde me heel klein toen ik hoorde wat hij gezegd had. Het
deed me pijn. Het eerste wat door mijn hoofd schoot, was:
jemig, wat moeten de supporters wel niet van me denken?
Straks denken ze dat ik Ajax leeg wil zuigen. Op internet las ik
op van die supporters-forums meteen slechte dingen over
mezelf. Het is teleurstellend wat Van Eijden gezegd heeft. Het is
een ongeschreven regel dat je niet naar buiten toe over bedra
gen praat. Daarbij komt dat het niet eens waar is dat ik het dub
bele van de best verdienende speler heb gevraagd. Maar verder
wil ik het afdoen als een incident. Ik heb gewoon een contract
tot 2006 en we zijn over de condities aan het onderhandelen.
De club vindt mij een van de belangrijkste spelers van het elftal.
Dan denk ik dat ik zou moeten verdienen naar gelang mijn pres
taties, en die zijn goed. Ik heb gevraagd om met mijn salaris
richting de top-drie van het team te gaan. Dat is alles, meer niet.
Ajax wil graag dat ik nog een tijdje blijf en dat wil ik ook.'
Snar vnn Ruprpn
AJAX MAGAZINE FEBRUARI/MAART 2003
11