allemaal heel mooi te willen, maar het moet ook wel een beetje realiteit hebben. Als trainer benader je het voetbal meer met het verstand. Als voetballer heb ik eigenlijk alles op gevoel gedaan.' Als je nu hier op de Toekomst loopt, en je ver gelijkt het met hoe je van UW bij Ajax terecht kwam, op Voorland, is dat dan een wereld van verschil? Van Basten: 'Ajax was, en is nog steeds, de nummer één van Nederland. Dat heeft nog altijd aantrekkingskracht. Toen ik met mijn tas kwam aanlopen op Voorland, besefte ik wel dat het Ajax was. En van wat ik nu heb gezien, denk ik dat het nu ongeveer hetzelfde is. Jongens komen hier nog steeds met het verlangen het hoogste te halen, en weten heel goed waar ze mee bezig zijn. Maar de aanpak is hier en nu heel anders dan in mijn tijd op Voorland. Die jongens maken nu veel meer uren. Het gaat er veel professioneler aan toe. Op zich is dat een positieve ontwikkeling, maar die lossere aanpak in onze tijd had toch ook wel wat leuks. Als je nu ziet dat die jongens elke dag een heel vast programma afwerken: met de bus naar school, dan opgehaald en naar de training, met een bus weer naar huis, dan kan je zeggen: heel goed geregeld. Maar je blijft als 14-jarige of als 17-jarige ook gewoon een jonge jongen die het vertier ook buiten het voetbal moet kunnen vin den. Het is het beleid van de club, die zeker wil weten dat het niet, en nooit, aan de begeleiding mag liggen als het niet lukt met een speler. Maar ik denk dat je als club ook de ruimte moet laten aan die jongens om het buiten het voet bal zelf in te vullen. Pas als je merkt dat dat mis gaat, en zo'n jongen ontwikkelt zich niet meer zo goed, dan pas kan je zeggen dat het mis schien anders moet. Maar laat ze in eerste AJAX MAGAZINE DECEMBER 2002/JANUARI 2003

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 2002 | | pagina 69