voor. Franco Baresi, de technisch directeur van Fulham, stond er.
Ik zei keurig: "Hello, how are you doing?" De reactie van die vent!
Hij leek wel doofstom.' Baresi sprak geen woord Engels. Sikora
had het helemaal gehad. Hij gaat verder met de uitleg over de
soap: 'Op vrijdag waren de hoge heren van Fulham er, allemaal
heel opgetogen. Het zou toch rondkomen. Mijn advocaat vroeg
opeens: "Victor, wil jij hier eigenlijk wel spelen?" Toen in één
keer: ping! Ik wilde daar helemaal niet voetballen. Tegen Rob,
mijn zaakwaarnemenr, zei ik: "Bel Leo Beenhakker maar, ik wil in
Amsterdam gekeurd worden, dan ga ik lekker bij Ajax spelen." De
financiële mensen van Vitesse wilden mij toch nog overhalen, ze
dachten alleen maar aan het geld. Logisch, ze hadden het nodig
voor de licentie. Fulham wilde toen ineens het bedrag over vier
jaar spreiden en dan uiteindelijk een half miljoen euro meer
betalen. Maar Vitesse nam dat risico niet. Gelukkig maar.'
Op zondag werd Sikora keurig bij het VU-ziekenhuis opgevangen
door Leo Beenhakker en zijn vrouw. Twee uur later waren alle
keuringen klaar. Sikora: 'Die blauwe plek op mijn enkel, daar zei
de arts over: "Als ik nu op jouw voet ga staan, heb je er nog een
tje. Je bent gewoon honderd procent goedgekeurd." Toen viel er
echt een pak emotie van me af. Ik heb als een klein kind staan
janken in het ziekenhuis. Ze hebben me zo enorm belazerd daar
in Engeland.'
Vrienden
In het spoor van Koeman naar Ajax, de zon scheen weer uitbun
dig voor Sikora. Vrienden voor het leven die twee, wordt vaak
gesuggereerd. Als de relatie te berde komt, zet Sikora hem in het
juiste perspectief: 'Koemans aanpak als trainer en zijn trainings
stijl vind ik erg goed. Hij is heel duidelijk, zowel naar de oudere
als de jongere spelers. Bij Vitesse kwam hij binnen en zei: "Ik wil
met de ploeg die kant op. Wie mij niet wenst te volgen, mag ver
trekken." Al na een paar dagen maakte hij spelers duidelijk dat ze
geen kans hadden en dat het beter voor hen was een andere
club te gaan zoeken. Of in het tweede te gaan voetballen. Klaar.'
En wat is er dan zo goed aan de trainingsstijl van Koeman? 'Veel
herhalingen bijvoorbeeld. Leren is herhalen. Dat heb ik ook maar
geleerd, hoor, op de cursus oefenmeester 3/ vervolgt Sikora
lachend. 'De basis voor het voetbal is passen en trappen en veel
patronen oefenen, zoals de driehoekjes. Aannemen, spelen,
lange bal trappen, dat moet constant worden herhaald.'
Dat Koeman en Sikora op het veld zo dik met elkaar zijn, wil niet
zeggen dat ze privé bij elkaar de deur plat lopen. 'Of ik Koeman
verder goed ken? Ik heb anderhalf jaar met hem gewerkt en op
dat vlak heb ik goed contact met hem. Maar in mijn vrije tijd niet,
hoor. Buiten de club bel ik hem nooit. Het is niet zoals ik met
andere vrienden omga, die ik gewoon midden in de nacht kan
opbellen. En momenteel praat Koeman bij Ajax meer met andere
spelers. Hij weet precies hoe ik in elkaar zit. Mocht ik een pro
bleem hebben, dan ga ik gerust wel naar hem toe.'
Andersom wilde Koeman eigenlijk maar één speler: Sikora. Het
werd een beetje een principekwestie. De Ajax-trainers vóór hem
mochten immers veel spelers halen. Sikora wil niet zeggen dat
hij de redder van Koeman is, maar de twinkeling in zijn ogen ver
raadt dat hij blij is dat het zo is gelopen. Ook voor de trainer die
het vertrouwen in hem uitsprak.
Concentratie
In grote lijnen paste Sikora zich soepel aan bij de Amsterdamse
club. Maar hij moest best wennen, geeft hij ruiterlijk toe. Aan de
voorbereiding op een duel bijvoorbeeld. 'Ik ben niet al uren voor
een wedstrijd honderd procent geconcentreerd. Dat werkt bij mij
niet. Dan ga ik dingen doen die helemaal niet in mijn aard liggen.
Bij mij begint de wedstrijd pas zo'n twee uur voor de aftrap te
leven. Ik vind het allemaal een beetje onzin. Als we op trainings
kamp gaan, zoals tegen FC Groningen, dan ga ik een dag van
tevoren, op zaterdag, echt niet op mijn hotelkamertje zitten:
"Morgen tegen Groningen, Groningen, Groningen!" Om half twee
denk ik: "Hupekee, drie punten pakken." Tijdens het Amsterdam
Tournament, voor het duel tegen Barcelona, was ik in de medi
sche ruimte bij Pim van Dord. Ik zette lekker de televisie aan. Ik
kreeg te horen dat dat niet mocht. En naar de radio luisteren was
ook niet de bedoeling. Als het niet kan, doe ik het ook niet, zo
ben ik ook wel weer. Die andere jongens hebben stilte nodig, dat
kun je van hun gezichten aflezen. Hen val ik dan ook niet lastig
met geintjes of zo. Nu houd ik me rustig. Als ik in de auto zit leef
ik me wel weer uit.'
Ook gevoelsmatig past de aanvaller uit het oosten zich snel aan.
Ajax zakelijk? Sikora vindt het juist geweldig dat alles zo profes
sioneel geregeld is. Sikora: 'De mensen die zeggen dat de club
alleen maar zakelijk is, praten elkaar gewoonweg na. Eenmaal bij
de club kijk je er anders tegen aan. Ik in ieder geval wel. Niels
Oude Kamphuis wilde niet vanuit het oosten naar Ajax omdat de
cultuur hem niet zou aanstaan. Ik kom uit het oosten en Jantje
van Halst komt daar ook vandaan. Het gaat er ook om hoe je
jezelf opstelt. Ik sta elke dag op met een glimlach, blij dat ik bij
Ajax mag voetballen. Alles is hier prima geregeld. En, ik ben heer
lijk de hele dag buiten. Ik moet er niet aan denken om de hele
dag in een fabriek te werken ofzo.'
Sikora stopt even met praten. Of hij nog wat wil eten, is de vraag
van de Italiaanse ober. 'Nee, mijn vriendin heeft thuis lekker
gekookt, dat hoeft niet. Maar ik zal mijn familie eens hier mee
naar toe nemen.' De familieband komt weer ter sprake. Dat is
waar Victor blijkbaar zijn innerlijk rust vandaan haalt, de zeker
heid van een warm nest. Victor knikt. 'Klopt. Ik heb weinig andere
mensen nodig. Of mijn familie in de Arena zit om naar mij te kij
ken? Ik kom kaarten te kort! Ze zullen altijd blijven komen. De
meesten vallen misschien niet zo op, houden zich op de achter
grond. Maar mijn tante en mijn zus, die schreeuwen vanaf de tri
bune als twee gillende keukenmeiden. In het veld hoor ik ze
zeker, want ze doen het heel slim. Heel het publiek gaat staan en
schreeuwen. Zodra zij weer zitten, gaan mijn zus en tante staan.'
En met de prijzen die Sikora wil winnen, zal dat geluid nog vaak
te horen zijn. Overtuigd stelt hij: 'We hebben er al twee: de beker
van het Amsterdam Tournament en de Johan Cruijff Schaal. Daar
komen dit seizoen een kampioenschap én een Amstel Cup bij. En
Champions League. Zo moet je denken, anders kom je er nooit.'
Erol Erdogan
AJAX MAGAZINE OKTOBER/NOVEMBER 2002
11