De keuzes van
Jan Siemerink
zo is gebleken, maar dat was altijd heel belang
rijk voor me. Het verbergen van die emoties
heeft met wedstrijdspanning te maken. Heftige
emoties zijn dat, waarbij je soms over de grens
gaat. Wat ik het minste zal missen, is het rand-
gebeuren: het reizen, het hotelleven, de ver
plichte praatjes met de media, al die gezichten
van mensen die er maar bij hangen en van wie
je je afvraagt wat ze er in godsnaam doen. Kijk,
ik wil geen mensen beschadigen, dat ligt niet in
mijn aard, maar van binnen heeft het weieens
gekookt. Ik ben altijd aardig gebleven. Maar dat
was soms wel moeilijk als mensen die ik hele
maal niet kende, mij ineens gingen vertellen
hoe het allemaal moest.'
Klopt het verhaal dat je ooit hebt moeten kie
zen tussen tennis en voetbal?
'Het klopt enigszins, maar het moet niet wor
den overdreven. Ik heb altijd bij Rijnsburgse
Boys gespeeld, in de hoogste jeugdelftallen.
Twee keer in de week trainen en op zaterdag
voetballen. Maar ik tenniste ook en zat op het
VWO. Op een gegeven moment zat ik bij tennis
in een selectieteam, en dan word je weieens
uitgezonden voor cupwedstrijden voor de leef
tijdscategorie tot en met 16 jaar of tot en met
18 jaar. Die wedstrijden zijn meestal in het bui
tenland. Hartstikke leuk natuurlijk, maar je moet
daarna wel je school weer inhalen. Het werd
eigenlijk allemaal te veel en toen zeiden mijn
ouders: dit kan niet meer, wij vinden school het
belangrijkste. Het was een kwestie van tijdge
brek. Met pijn in het hart heb ik toen op
17-jarige leeftijd gekozen voor tennis, omdat ik
eerder met voetballen begonnen was dan met
tennis.'
Lekker eten of lekker drinken?
'Lekker eten. Dat vind ik
gezellig. Eten vind ik leuk en als je
veel op reis bent is het belangrijk
om een restaurant te vinden waar
je in ieder geval goed kunt eten
voor de wedstrijden. We moeten
ons ook vaak een avond vermaken,
je blijft niet de hele tijd op je
kamer, dat is vreselijk. In Neder
land vind ik het lekker om thuis te
eten.'
Feyenoord of PSV?
'Feyenoord. Ik heb helemaal niets
met PSV. Ik weet niet waarom.'
Bogstra of Franker?
'Bogstra. De dingen die ik met hem
meegemaakt heb, zijn heel intens
geweest. Hij was echt verantwoor
delijk voor mij. Franker is voor het
gehele Nederlands tennis belang
rijk geweest, niet zozeer voor mij.'
Balgevoel
Er is al veel gezegd en geschreven over de ver
wantschappen tussen tennis en voetbal. Veel
voetballers kunnen aardig tennissen en omge
keerd geldt hetzelfde. Heeft dat met creativiteit
te maken? Siemerink: 'Bij voetbal moet je net
als bij tennis een bepaald veldoverzicht hebben.
Je moet weten waar de bal heen moet, de gaat
jes vinden. Veel tennissers voetballen graag omdat het een team
sport is. Dat is een leuke afleiding voor sporters die iedere dag
alleen maar met zichzelf bezig zijn. Hetzelfde geldt ongetwijfeld
voor een team. Als je altijd met elkaar bent, is het leuk om eens
voor jezelf te spelen.
'Het is ook zo gemakkelijk, hè. Je hebt een stuk ruimte, je legt
een paar T-shirts neer, je pakt een bal en je kunt beginnen. Veel
tennissers vinden het heerlijk om anderhalf uur voluit te voetbal
len. Het is een prettige vorm van conditietraining. We zijn alle
maal tennissers, dus we houden rekening met elkaar. Maar het
gaat er wel fanatiek aan toe hoor, je wilt immers niet verliezen.
Er worden regelmatig tikkies uitgedeeld. En je weet hoe som-
Van der Vaart of Litmanen?
'Van der Vaart. Ik heb al zoveel
genoten van Litmanen, dat ik nu
graag wil gaan genieten van Van
der Vaart.'
mige tennissers op de baan kunnen reageren.
Nou, zo reageren ze ook op het voetbalveld. Je
hebt de stoïcijnse tennissers, die blijken ook
stoïcijns te voetballen. En je hebt de spelers die
voortdurend door het lint gaan.'
Wenen 1995
Siemerink is van plan om weer te gaan voetbal
len, nu hij meer tijd heeft. Hij ziet er alleen
tegenop dat hij in een elftal terechtkomt waarin
iedereen iets van hem verwacht 'omdat hij nu
eenmaal die tennisser is'. Toch zal het er op
den duur wel een keer van komen. Ondertus
sen blijft hij een passieve voetbalrecreant.
Samen met zijn vader heeft hij een seizoenkaart
bij Ajax. De band met zijn 'duppie' dateert van
1980. Siemerink: 'Mijn vader nam me toen mee
naar de Meer, het was de wedstrijd Ajax -
Sparta en het werd 1-0 door een vroeg doel
punt van Simon Tahamata. Mijn vader was
sowieso een Ajax-supporter, hij ging naar de
Europa-Cupwedstrijden en hij is bij Ajax - Liver
pool geweest, de beroemde wedstrijd in de
mist. Mijn mooiste Ajax-herinnering is de finale
in 1995 in Wenen. Daar ben ik bij geweest. Dat
was zo spannend, ik heb genoten.
'Ik heb weliswaar die seizoenkaart, maar ik ga
veel te weinig. Dit jaar zal ik wel weer vaker
gaan, want ik heb nu natuurlijk meer tijd. Ik
moet zeggen dat ik het in de Arena wel aardig
vind dat je altijd met dezelfde mensen in het
vak zit. Zo leer je elkaar een beetje kennen. In
1997 speelde ik voor de Davis Cup met Neder
land in Amerika. Ik speelde singles tegen Agassi
en Courier. In deze wedstrijden stond ik 2-0 in
sets voor, maar toch verloor ik twee maal. Terug
in Nederland ging ik een week later naar het
stadion. Bij de rust stond Ajax met 2-0 voor.
Iemand in ons vak riep toen richting mij: "Zeg
Jan, 2-0 voorstaan zegt niets hè?", ledereen
lachte natuurlijk en ik vond het zelf ook wel gei
nig. Dat zijn leuke dingen, dan heb je ineens
een beetje contact.'
Heb je je de laatste vijfjaar weieens zorgen
gemaakt over Ajax?
'Ja, natuurlijk. Het is heel belangrijk om rustig te blijven als het
slecht gaat. Sommige mensen raken gauw in paniek. Je wordt
negatief. Daar moet je mee omgaan, dat is inherent aan topsport.
Voor mij was het altijd het gemakkelijkst als ik een wedstrijd won
en ver kwam in een toernooi. Dan werd ik vanzelf rustiger. Last
van vermoeidheid had ik nooit, want ik heb altijd een goede con
ditie gehad, wat trouwens mede komt doordat ik in mijn jeugd
zo lang heb gevoetbald. Op het moment dat je gaat verliezen,
kun je gaan twijfelen. Dan is het zaak om niet in paniek te raken.
En bij Ajax is er zeker sprake geweest van paniek, dat is allemaal
begonnen bij het ontslag van Olsen.
'Ik heb het idee dat sinds de komst van Ronald Koeman verbete-
AJAX MAGAZINE OKTOBER/NOVEMBER 2002
111