WERK elftal te zijn. We houden van voetbal zoals we van ballet houden. Voetbal is voor ons een soort theater.' Het verband tussen Achilles en Cruijff 'Ik heb in de Griekse mythologie een grote voorkeur voor de held Odysseus. Nadat ik de Odyssee had vertaald, begon ik het ritme van het werk te missen. Nooit meer denken, nooit meer schaven aan zinnen. Toen ben ik begonnen aan de Ilias, maar dat werk beviel me niet. Het is een echt oorlogsboek, met het accent op strijd. Over Odysseus had ik intussen met plezier een jeugdboek geschreven Odysseuseen man van verhalen), hij was voor mij een boeiende, grillige en ongrijpbare held geworden. Achilles, de hoofdrolspeler in de Ilias, is een ander soort held. Een echte krijgsman. Omdat Achilles mijn held niet was, zocht ik voor mezelf naar een bestaand iemand die mij inspireerde en boeide. Zo kwam ik bij Cruijff. Een ongrijpbare held in wat hij doet. De jonge Cruijff was ongrijpbaar, hij stond altijd op de goede plek. Net als de oorlogsheld Achilles. Odysseus was slim en Achilles was een echte winnaar. Met Cruijff als held in mijn belevingswereld heb ik het verhaal van de Ilias kunnen opschrijven. De keuze voor Cruijff is zowel bewust als spontaan geweest. Een voetballer als Van Basten was minder snel. Dat is de kracht van het ongrijpbare: hoe kan iemand zo snel zijn, hoe kan iemand zo snel combineren en deduceren. In Cruijff zag ik de perfecte eenheid tussen lichaam en geest. 'Ook in de rol van analyticus vind ik Cruijff schitteren. Hij geniet van taal, dat zie je direct. Hij is snel in taal, net zoals hij dat in voetbal was. Je moet niet op zijn grammatica letten, maar daar gaat het ook helemaal niet om. Het gaat juist om het flitsende en het directe. Als analyticus speelt hij opnieuw een wedstrijd. Hij ziet iedere vraag als een uitdaging. Voordat de vragensteller op zijn papiertje heeft kunnen kijken, is Cruijff er al op zijn bekende wijze overheen gewalst, zodat de geplande vraag niet meer gesteld kan worden. Ook daar is hij je te vlug af. Fabelachtig vind ik dat. Hij voetbah niet meer, hij coacht niet meer, maar in taal vindt Cruijff een soort merkwaardige energie om toch te blijven scoren. Hij zei ooit: "Als ik nadenk, ben ik te laat." Dit betekent niet dat hij niet denkt, maar hij is juist al bezig terwijl hij denkt. Bij hem is het observeren tegelijkertijd denken. Ik zag iemand eens een fantastische, met veel effect geschoten pass geven, maar Cruijff vond dat niets en zei: "Zulke ballen zijn moeilijk aan te nemen." Hij had uiteraard gelijk.' Het Ajax van de Grieken: Aias Ajacieden noemen zich graag godenzonen. In hoeverre is dit volgens de oude Grieken eigenlijk terecht? Met andere woorden: mag het wel? Dros: 'Ajax is de Latijnse 'De jonge Cruijff was ongrijpbaar, hij stond altijd op de goede plek. Net als de oorlogsheld Achilles' vorm van de Griekse naam Aias. Maar alles is in Nederland nu eenmaal door de Latijnse molen gehaald, vandaar de naam Ajax. Ajax was het bolwerk van de Grieken. Dat stond voor groot, sterk en een geweldige krijgsmacht. Na Achilles was Aias de beste. Toen Achilles was gedood, werd zijn wapenuitrusting gegeven aan de beste krijgsman. Een jury onder leiding van Pallas Athene, de godin van de wijsheid, besloot dat die uitrusting Odysseus toekwam en dat heeft Aias nooit kunnen verkroppen. Van razernij is hij krankzinnig geworden en uiteindelijk heeft hij zich in het zwaard gestort. 'Aias stamt af van Zeus. Als iemand beter, sterker of mooier dan een ander was, werd hij al snel beschouwd als de zoon van god. Voor mij is Cruijff de enige echte godenzoon. Dat ongrijpbare maakte hem als het ware onsterfelijk. Ik heb bij mijn research gelezen dat een journalist in oorlogsgebied zich ooit heeft gered door het noemen van de naam Cruijff. "Maar ik kom uit het land van Cruijff," zei hij in opperste nood, en daarmee is hij uiteindelijk weggekomen.' Het Ajax van nu 'Ajax is voor mij nog steeds het rare rotcluppie dat altijd voor spanning zorgt. De club zal dan ook uit de as herrijzen. Ik ben een trouw mens, dus ik zal Ajax niet snel inruilen voor een andere club. Dat het de laatste jaren wat minder is gegaan met Ajax, zegt mij niet zoveel. Dat gezeur over de beursgang en het nieuwe stadion evenmin. Ik let op de resultaten en ach, een paar mindere jaren kan iedereen overkomen. Van der Vaart is een schitterend talent, maar we moeten hem voorzichtig brengen. Laten we hem alsjeblieft niet meteen met Cruijff vergelijken. Van het huidige Ajax heb ik misschien wel het meest met Grim. Mooie naam hè. Als ik de naam Grim hoor, veer ik meteen op.' Dros zegt zich niet precies te kunnen herinneren wanneer haar liefde voor de Griekse mythologie is ontstaan. Ze was er wel heel snel. Dros: 'Op het gymnasium 153

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 2002 | | pagina 153